De vervloeking van de Farizeeër.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)

«« 172 / 242 »»
[1] Een ander zegt nu: 'Als we deze zaak alleen beschouwen uit het standpunt van deze wereld, dan heb je geen ongelijk; maar als er na de dood nog een leven is voor de ziel van de mens, waaraan ik nog nooit heb getwijfeld, dan hebben al deze wereldse overwegingen en betrekkelijkheden helemaal geen waarde, en dan is deze Jezus een zon voor de nacht van de menselijke geest en toont hij ons de goede weg, waarop wij al tijdens ons lichamelijke bestaan in het grote hiernamaals kunnen zien en uit het vaderhuis het heerlijke voedsel voor het eeuwige leven kunnen halen!
[2] En dat leert hij en hij wil de blinde mensen tonen, hoe de lucht zonder meer brood en wijn, dus echt voedsel, uit de hemelen kan bieden en kan geven, zoals wij dat een paar dagen geleden op de top allen hebben gezien en waarvan wij hebben gegeten en gedronken!
[3] Dat de oude nacht steeds de strijd met de nieuwe dag aanbindt en aanbinden moet, dat leert ons niet alleen de geschiedenis der mensheid, maar ook de aard van de dingen, zoals ze dagelijks voor onze ogen gebeuren en plaats vinden; maar dat is nu juist Gods ordening, goedvinden en wil, waartegen nog nooit een wereldmacht iets heeft kunnen uitrichten.
[4] Wat wil je dan doen, als deze totaal van God vervulde Jezus je met zijn gedachten greep en volledig vernietigde? Hoe zou je je tegen hem teweer stellen?
[5] Nu moet je eens goed luisteren! Een mens, aan wiens wenken wind en zee en alle slechte en goede geesten gehoorzamen, - een mens, die de doden weer tot leven wekt en iedere ziekte, al' is deze in een nog zo vergevorderd stadium, zonder medicijnen, maar slechts door zijn wil geneest, zou wel eens iets meer kunnen zijn dan alleen maar een buitengewoon begaafd magiër! Wij hebben toch vaak magiërs gezien, en waargenomen hoe ze met louter tovertekens, toverspreuken, amuletten en toverstaven omgeven zijn en hoe ze altijd iedere kleinigheid die ze tot stand brengen, bovenmatig opblazen.
[6] Deze Jezus heeft echter noch een amulet, noch iets anders wat bij het toveren hoort, ook geen wonderzalven, geen speciale kruiden en wortels en is zeker geen geheimzinnige, mystieke pocher, maar een hele open, zeer goedmoedige en buitengewoon tegemoetkomende hoffelijke mensenvriend en een mens in de ware zin van het woord.
[7] Hij is geen moedeloze, maar hij is steeds opgeruimd, en zijn woorden zijn als honing en melk; en toch gebeurt bij al zijn eenvoud alles op de wonderbaarlijkste manier, wat hij ook maar wil! Ik ben er geheel van overtuigd dat hij in staat is om enkel door zijn wil heel makkelijk een nieuwe aarde te scheppen! Ik ken hem al sinds vlak na zijn geboorte en kan je vertellen, dat hij al als jongetje van een paar jaar hetzelfde deed wat hij nu als man voor ons doet!
[8] Maar als er een mens is die in ons bijzijn daden verricht, die alleen maar aan God mogelijk zijn, wat zal mij dan nog verhinderen om zo'n mens voor God aan te zien?
[9] Ik ben een geboren Galileeër en nu al meer dan zeventig jaar oud, Ik ben al meer dan veertig jaar priester en kan al dertig jaar lang slecht zien, één oog was al helemaal blind en met het andere zag ik alles in elkaar overlopend en onzuiver. Bij ontelbare doktoren, die uit alle wereldstreken naar Kapérnaum kwamen en zich in hun kunst verbeeldden bijna bovenaardse wezens te zijn, slangen en wilde dieren temden, vogels de kop afsneden en er weer in een oogwenk opzetten, kortom echte mirakelen verrichtten, heb ik voor veel geld voor mijn ogen middeltjes gekocht en ze precies volgens voorschrift toegepast; maar het hielp niets!
[10] Een paar uur geleden, vlak na het avondmaal, hielp hij mij door één woord, zonder wat voor middel dan ook, zodanig dat ik nu met beide ogen zo goed en zuiver zie als waarschijnlijk niemand van jullie!
[11] Zoek het maar eens in de geschiedenis op of er ooit een mens met zo'n wonderkracht en macht toegerust op aarde is geweest! Mozes heeft wel veel gedaan door de macht van God, die hij kreeg door de kracht van zijn geloof, net als Abraham deze kreeg door de grote belofte! Maar hoe klein zijn de wonderen van Mozes vergeleken bij die, die deze Jezus ons nu Iaat zien!
[12] En jullie zitten gewoonweg te beraadslagen hoe je hem uit de weg zou kunnen ruimen! Foei! Dat is schandelijk van jullie, en je verdient het om met de krachtigste tuchtroede van God voor eeuwig zo zwaar mogelijk bestraft te worden!
[13] Waarlijk, in deze Jezus schijnt datgene ten volle vervuld te worden, wat de grote profeet Jesaja over de verhevenste knecht van God voorspeld heeft, toen hij zei:
[14] 'Zie dit is Mijn knecht, die Ik heb uitgekozen en die Ik het meest liefheb, waaraan Mijn ziel een welbehagen heeft; Ik zal Mijn geest op Hem leggen, en Hij zal aan de heidenen het oordeel verkondigen! Hij zal niet schreeuwen of twisten, en zijn geroep zal niet op de straten te horen zijn. Het gekneusde riet zal Hij niet breken en de smeulende pit niet doven, totdat Hij voor de overwinning het oordeel uitvoert en de heidenen hun hoop zullen stellen op Zijn naam!' (Jes. 42,1-4)
[15] Als Hij kroon en scepter zou willen, mijn hemel, Hij heeft er meer dan voldoende macht voor! Want net zoals Hij Zijn apostelen in een oogwenk uit alle windstreken door Zijn onzichtbare dienaren door de lucht kan laten vergaren, wat we met eigen ogen hebben gezien, net zo zou Hij alle heersers van deze aarde kunnen verzamelen en hen heel eenvoudig ter verklaring kunnen zeggen: 'Ik ben de Heer, en jullie allen zijn voor eeuwig afgezet! Als jullie Mijn knechten wilt zijn dan mag je bij Mij blijven; maar wil je dat niet, verdwijn dan en verga!'
[16] Maar Hij, die in de ware zin van het woord almachtig is, heeft ons allemaal zelfs bedreigd, als we beneden ook maar een woord zouden vertellen van wat hier is gebeurd! Hij zoekt dus geen wereldse roem en werelds aanzien, maar alleen maar de geestelijke groei en vervolmaking van de mensen. Zó wil Hij alleen maar een geestelijke staat bij de mensen vestigen en hen, die niet meer weten waar ze vandaan gekomen zijn weer in het verloren paradijs terugbrengen! En daarom zouden we hem' indien mogelijk, uit deze slechte wereld moeten verwijderen? Nooit of te nimmer! Vervloekt is degene, die zulke gedachten in zijn hart koestert!
[17] Nooit heeft de aarde een grotere mensenvriend geherbergd, nooit een die onzelfzuchtiger was dan Hij is, - en jullie willen de hand aan hem slaan? Vraag.jezelf maar eens af wiens geesteskinderen jullie zijn, en de satan, die in je hart woont, zal het Jullie zeggen en zal jullie antwoorden: 'Ik ben jullie vader!'
[18] Hoe moet jullie Messias er dan uitzien? Soms net als jullie? Of moet Hij optreden als een duizendvoudige Simson en met het wapen van Simson zomaar met één slag de mensen bij millioenen doodslaan en dan niet Zichzelf, maar jullie op de heersersstoel zetten, en Zich dan door jullie heel onderdanig laten gebruiken als lastezel, kameel, waakhond, als vechtende leeuw in de woestijn tegen je vijanden, als adelaar, die met zijn scherpe ogen vanuit de hoogte meedeelt, waarvandaan de vijand op je afkomt, zodat je geheelongestoord het geroofde van de hele aarde kunt verbruiken en met de teerste en schoonste meisjes der aarde kunt geilen?! Dat zou pas een Messias voor jullie zijn!
[19] Jullie willen heren zijn, en de Messias moet jullie knecht zijn! Op die manier wil je wel een Messias hebben! Maar dat je 'Heer' tegen de Messias moet zeggen, dat zint je niet, en daarom zou je Hem nu uit de weg willen ruimen!
[20] Denk er eens over na en raadpleeg je hart of het er met jullie niet letterlijk zo uitziet, en jullie harten zullen hard ' Ja' roepen!
[21] Mocht ik dit echter ten onrechte verondersteld hebben, zeg me dan eens, hoe jullie Messias er moet uitzien en welke eigenschappen hij moet hebben!
[22] Het is een schande voor ons, terwijl wij ons nog wel kinderen van de Allerhoogste noemen; en de heidenen, tollenaars en zondaars zijn ons in alles voor! De Grieken, Romeinen, Egyptenaren, Perzen, Assyriërs en bijna alle ons als heidens bekend staande volkeren hebben uit dankbaarheid voor hun afgoden de grote wijze mannen verafgood, omdat ze dachten, dat zulke mannen hen door hun goden uit genade gegeven werden, en ze bewezen hen goddelijke verering, bouwden tempels voor hen en verklaarden de plaats waar zo'n wijze gewoond had tot heilige plaats. In slechts heel weinig gevallen is het voorgekomen dat de goddeloze heidenen onmenselijk tegen hen opgetreden zijn.
[23] Maar wij Joden, die de naam 'Volk van God' dragen, hebben een groot aantal van onze door God gezonden profeten gestenigd en ze vervloekt en toch durven wij ons nog steeds 'Kinderen Gods' te noemen!
[24] Elia, een van de grootste en machtigste profeten, moest bijna naar het einde der wereld vluchten, om zichzelf in veiligheid te brengen voor de woede van de 'Kinderen Gods' en de woede van hun buren. Dat zijn prachtige 'Kinderen Gods'!
[25] Wij zijn het die de boden van God gestenigd hebben en wij zouden nu ook deze goede Jezus uit de wereld willen helpen, als dat zou kunnen! Maar de hemel zal daar wel op toezien! Mocht zoiets echter mogelijk worden -want God laat de mensen zelfs de slechtste daad begaan opdat zijn maat voor de hel vol zal worden -, dan voorspel ik jullie de eeuwige vloek over al de Joden, dat ze op aarde nooit meer een thuis zullen hebben, en dat hun naam, waar zich zelfs de heidenen voor gebogen hebben, walging zal opwekken bij de mensen!
[26] Zo waar God leeft, zo waar zal dit ook gebeuren! En zo'n misdaad zal in de hel eindeloos worden vergolden! Denk er goed aan, dat ik dit als Farizeeër tegen jullie heb gezegd!'
«« 172 / 242 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.