Gelijkenis van de moeder met haar twee zonen.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)

«« 204 / 242 »»
[1] Als 's morgens de zonsopgang al zichtbaar wordt, wekt de engel van Jonaël en Jaïruth al degenen die nog slapen, en Kisjonah, die met zijn familie het dichtst bij Mij bivakkeerde, gaf snel zijn vrouwen zijn dochters evenals alle dienaren de opdracht om voor een goed morgenmaal te zorgen!
[2] Maar Ik zeg dan tegen de bezorgde Kisjonah: 'Doe jij dat vandaag maar niet, want weet je, we moeten broeder Baram uit Jesaïra ook eens een genoegen doen! Kijk eens daar aan zee! Daar vlak aan de oever ligt het vol geladen schip van Baram, en zijn zonen en dienaren zijn samen met hem bezig om de ochtendmaaltijd hierheen te brengen. Heb voor vandaag dus maar geen zorgen beste broeder; want het grote schip bevat ook nog een uitgebreid middag en avondmaal, benevens veertig zakken beste Griekse wijn.'
[3] 'Ah', zegt Kisjonah, 'die zwijgzame Baram toch! Hij zei geen woord over wat hij van plan was; 's avonds verdween hij heel stilletjes; ik meen dat hij vlug na onze aankomst verdween, en nu is hij met een volgeladen schip terug! Hij moet een goede wind gehad hebben, anders zou hij naast het werk nog lang niet hier kunnen zijn; want met kwade wind moet je van hier naar Jesaïra een hele dag roeien.'
[4] Ik zeg: 'Geloof Mij broeder, wie goeds van plan is, zal steeds een goede wind hebben; wie echter slechts in de zin heeft, zal steeds een slechte wind hebben.
[5] Er waren eens twee broeders, die een moeder hadden die veel schatten bezat. Beiden hielden heel veel van hun moeder, en wel zodanig, dat de moeder niet kon vaststellen welke van de twee het meest van haar hield, zodat ze aan hem het grotere erfdeel kon geven. Maar alleen de ene hield echt van haar; de andere had het slechts voorzien op het grote erfdeel en daarom was hij zeer attent voor de moeder en was daarbij niet zelden de broer, die echt van zijn moeder hield, voor.
[6] Omdat de goede zoon zijn moeder echt liefhad, verdacht hij zijn broer niet in het minst en verheugde zich er alleen maar over als zijn broer de geliefde moeder een plezier deed. Zo ging dit dus enige jaren goed.
[7] Maar de moeder werd ouder en zwakker en riep de beide zonen bij zich en zei: 'Ik kom er niet achter wie van jullie beiden mij meer liefheeft, zodat ik hem het grotere erfdeel kan geven; daarom wil ik dat jullie na mijn sterven de erfenis gelijkelijk zullen verdelen!'
[8] Toen zei de goede zoon: 'Moeder, u heeft ervoor gezorgd dat ik heb leren werken en ik kan net zoveel brood verdienen als ik nodig heb; maar ik zal God met mijn gehele hart smeken dat Hij u net zo lang laat leven als ik leef, en dat u uw schat voor het welzijn van het hele huis beheren kunt! Want zonder u zou de erfenis mij kwellen en mij altijd treurig maken zo vaak ik er naar zou kijken. Liefste moeder, houd u dus de erfenis en geef hem aan wie u maar wilt! Voor mij is uw hart de beste erfenis; dat God het lang in leven moge houden!'
[9] Toen de moeder deze taal van haar goede zoon met een ontroerd hart aangehoord had, sprak zij, terwijl zij niet liet merken wat zij dacht: 'Beste zoon, je bekentenis doet mij welontzaglijk veel plezier, maar dat is nog geen reden om jouw erfenis aan een vreemde weg te geven. Als jij er geen deel van wilt hebben, dan moet je broer de gehele erfenis na mijn dood nemen, en jij moet hem dienen en je brood in het zweet van je aanschijn verdienen!'
[10] De goede zoon antwoordt: 'Liefste moeder, als ik dienen en werken zal, dan zal mijn hart toch steeds zeer dankbaar aan u denken en zeggen: 'Zie, zo heeft je lieve tedere moeder je werken geleerd!' Maar als ik de erfenis had, dan zou ik uiteindelijk werkschuw worden en mij in het nutteloze leven van de weelde storten en tenslotte zelfs u nog vergeten! Daarom wil ik uw verworven geldschat niet, waarop niet uw hart staat afgebeeld, maar die slechts de macht van de keizer weergeeft; maar ik wil datgene wat ik uit uw hart heb meegekregen, dat draagt ook haar afdruk en heeft een onwrikbare plaats in mijn hart. En daarom is deze erfenis die u, lieve moeder, mij al vanaf de wieg rijkelijk hebt gegeven, en waardoor ik al veel goeds en kostbaars heb gekregen, onbeschrijflijk veel beter dan degene, die u zich met het werk en de moeite van uw handen heeft verworven! Bij het zien ervan zou ik alleen maar droevig worden, omdat ik er steeds bij zou moeten denken: 'Kijk, dat heeft je geliefde moeder zoveel moeite en werk gekost; misschien heeft ze wel vaak van pijn gehuild om jou een erfenis te bezorgen!' Wel, liefste moeder , omdat ik zoveel van u houd, zou ik dan toch onmogelijk vrolijk kunnen zijn!'
[11] De tot tranen toe bewogen moeder roept de andere zoon en zegt tegen hem, hoe zijn broer er over denkt, en wat hij wil.
[12] Deze antwoordt dan: 'Ik heb altijd wel gedacht dat broer weliswaar een edel mens, maar op bepaalde punten een zonderling is! Dan ben ik toch een heel ander mens! Net zo veel als ik u eer en acht, lieve moeder, net zo zeer acht ik ook alles wat u mij geven wilt en zult, en ik neem daarom de gehele erfenis met een van dank vervuld hart aan, en de diensten die mijn broer mij wil verlenen zullen niet onbeloond blijven. Als u dat echter wilt, lieve moeder, dan zoudt u mij alvast de halve erfenis kunnen geven, zodat ik een stuk grond kan kopen en een vrouw neem?!'
[13] De moeder zegt wat weemoedig na het antwoord van haar tweede zoon: 'Het blijft bij wat ik gezegd heb! Je krijgt pas na mijn dood je erfenis!'
[14] Toen werd de tweede zoon bedroefd en ging naar buiten.
[15] Maar na een jaar werd de moeder erg ziek, en toen de beide zoons op het veld werkten, kwam een maagd en riep de beiden bij de moeder opdat de waardigste volgens de wil van de moeder de zegen van haar zou krijgen.
[16] De goede zoon werd toen zeer bedroefd en bad onderweg luid tot God of Hij het leven van zijn moeder zou willen behouden.
[17] De slechte zoon ergerde zich echter daaraan en zei tegen de biddende broer: 'Wil je dan werkelijk met je gebed de natuur de wet voorschrijven?! Wie eenmaal zover is, hetzij vader, moeder, broer of zuster, moet sterven; en daar helpt geen smeken en bidden tegen! Daarom is mijn lijfspreuk: Wat God wil, daar ben ik het mee eens!'
[18] De goede broeder werd toen nog treuriger en bad nog inniger voor het leven van zijn moeder .
[19] Toen zij in de kamer kwamen waar de moeder ziek lag, zei de slechte zoon: 'Ik wist wel, dat u niet zo vlug dood gaat!' -En hij begon haar toen ervan te overtuigen dat ze niet bang moest zijn voor de dood!
[20] Maar de goede zoon weende en bad hardop. God verhoorde het zuchten van de goede zoon, stuurde een engel naar het bed van de zieke moeder, en deze genas haar volkomen.
[21] Weldra stond de moeder van het bed op daar ze merkte dat een hogere macht haar de gezondheid had weergegeven. En toen ze begon te lopen en merkte hoeveel kracht ze in haar voeten had, zei zij: 'Dat heb ik te danken aan het vurig gebed van die zoon, die het aangeboden erfdeel uit echte liefde voor mij niet aannam! Waarlijk, ik zeg je, liefste zoon: Omdat jij uit echte liefde voor mij niets wilde hebben, daarom krijg je nu alles; wat van mij is, is nu ook van jou! Maar jij, die alleen maar terwille van de erfenis van mij hield, en hartstochtelijk op mijn einde zit te wachten omdat ik zo goed was om je alles te laten erven, jij krijgt nu niets en zult voor altijd een knecht van de mensen zijn!'
[22] Beoordeel deze gelijkenis nu eens! Wat denken jullie nu, wie van de beide zonen had de goede wind?'
[23] De leerlingen antwoorden: 'Duidelijk degene, die zijn moeder echt liefhad!'
[24] Ik zeg: 'Heel goed geantwoord! Maar Ik zeg jullie: Net zoals deze moeder deed, zo zal de Vader in de hemel ook eenmaal doen!
[25] Wie Mij niet liefheeft terwille van Mijzelf, die komt niet daar waar Ik zal zijn!
[26] De mens moet God zonder winstbejag liefhebben, net zoals God hem liefheeft, anders is hij God geheelonwaardig!'
«« 204 / 242 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.