Heerlijke belofte voor daadwerkelijke volgers.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)

«« 48 / 242 »»
[1] Maar weinigen van degenen die aan tafel zaten, wisten, dat ze door engelen met voedsel uit de hemel bediend werden. Ze dachten echt, dat Ik zulke bedienden in Mijn gevolg had, en deze in Klein-Azië voor geld gekocht had. Alleen begrepen ze hun grote opgewektheid en vriendelijkheid en fijne beschaving niet; want zulke lijfeigenen trokken gewoonlijk zure gezichten en verrichtten hun diensten zuiver slaafs als machines, en van beschaving en menselijkheid was bij hen gewoonlijk geen sprake. Kortom, de gasten hadden het zeer naar hun zin en de opperpriester, die nu steeds meer inzag, dat deze vele dienaars bovenaardse wezens waren, begon steeds meer, zoals men wel zegt op hete kolen te zitten, omdat hij er zich voor schaamde, dat het volk zich wel keurig, maar toch te amicaal, met deze heerlijke dienaren onderhield.
[2] Het meest schaamde hij zich voor dat deel, dat ondanks alle tekenen uit de wijd geopende hemel, ongelovig naar huis liep. Met een benauwd gemoed zei hij: 'Mijn Heer en Mijn God! Waardoor kun je zulke mensen nu nog laten geloven, als zulke tekenen geen uitwerking hebben! Uzelf, o Heer, en de vele engelen uit de open hemelen, waren niet in staat dit gespuis te bekeren; wat zal ik arme sukkel nu met ze doen? Zullen ze mij niet in m'n gezicht spuwen, als ik de moed zou hebben, om ze Uw leer te onderwijzen?'
[3] Ik zeg: 'Je hebt toch ook een groot aantal gelovigen om je heen; maak hen tot je helpers, dan zal het gemakkelijker gaan. Want als er ergens een mens is, die een grote last moet optillen en daar alleen niet sterk genoeg voor is, dan neemt hij een helper. Gaat het met die ene nog niet, dan neemt hij een tweede en een derde daarbij en wordt op die wijze de last de baas. Als er al een dergelijk groot aantal gelovigen is, en hier is dat zelfs iets groter dan het aantalongelovigen, dan is daar het werk licht.
[4] Geheel anders staat het er voor in zulke plaatsen, waar helemaal geen gelovigen wonen! Wel moet men er een poging wagen, zodat zich niemand daar kan verontschuldigen door te zeggen: 'Ik heb er nooit een woord over gehoord.'
[5] Als er een gelovige is, blijf dan bij hem en openbaar hem het rijk van Gods genade! Als echter ook niet één het woord aanneemt, ga dan verder en schud op zo'n plaats ook het stof van je voeten, want zo'n plaats is verder geen genade waard, behalve de genade, die aan de dieren des velds en aan de bossen wordt gegeven. Dit is de manier waarop je je verder tegenover al de ongelovigen moet gedragen!
[6] Maar Ik waarschuw je, dat je zelf vast moet blijven geloven, anders zul je voor Mijn rijk maar weinig kunnen bereiken! Laat je niet op een dwaalspoor brengen door allerlei mededelingen, die je binnen enige jaren uit Jeruzalem over Mij zult ontvangen! Want Ik zal daar aan het gerecht worden overgeleverd, en zij zullen Mijn lichaam doden, maar op de derde dag zal Ik het weer levend maken, en op die wijze tot aan het einde der wereld bij en onder jullie blijven! Want het gespuis in Jeruzalem zal pas dan geloven, als het ervan overtuigd is dat Ik niet te doden ben!
[7] En daarna zal het ook op verschillende plaatsen van de aarde zo zijn, dat de halstarrige mensen de verkondigers van het evangelie lichamelijk zullen doden. Maar juist zo'n dood zal hen gelovig maken, omdat ze daardoor zullen zien, dat al degenen, die hun geestelijk leven gebaseerd hebben op Mijn woord, nooit gedood kunnen worden! Want de gedoden zullen bij hun respectievelijke leerlingen terugkomen en ze zullen hen Mijn wegen leren!
[8] Maar naar de harde wereldse mensen, die geen geloof hebben of, als ze al geloof hebben, desondanks niet handelen zoals het geloof hen leert, zullen noch Ik noch Mijn leerlingen komen om de duisternis van de twijfel volledig uit hun hart weg te nemen. Wanneer het eind voor hun vlees komt zullen ze het kwaad van hun ongeloof en de gevolgen van het miskennen van Mijn leer daadwerkelijk voelen, terwijl degenen, die door hun daden laten zien dat ze geloven, de vleselijke dood niet, zullen voelen en beleven!
[9] Want als Ik de deuren van hun vlees voor hen open, zullen ze hun: vlees verlaten, net als gevangenen, die door de goedheid van hun meesters hun kerkers mogen verlaten. :
[10] Laat je dus nooit iets wijsmaken als er het een of ander over Mij, verteld wordt! Want degene, die tot aan het eind toe trouw en onverstoord blijft in het geloof en in de liefde, zoals Ik dat verkondig en verkondigd heb en voortdurend verkondigen zal, die zal zalig worden in Mijn eeuwig: rijk in de hemelen, dat je nu boven je geopend ziet, terwijl Mijn engelen opstijgen en neerdalen!'
«« 48 / 242 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.