Vermijdt de eigendunk.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)

«« 80 / 242 »»
[1] De overste zet grote ogen op, net als veel van de andere aanwezige gasten en zegt: ' Ja, als dat zo is, dan is het aardse leven een bijzonder gevaarvolle onderneming; wie zal dat overleven?'
[2] Ik zeg: 'Ieder, die leeft volgens Mijn leer! Wie echter leeft volgens zijn eigen, merendeels door de eigenliefde en de hoogmoed gevoede eigendunk en die degene, die hem ergens mee beledigd heeft, niet van ganser harte kan vergeven en hem ook niet tienvoudig kan zegenen, die zal dan ook vroeger of later de onafwendbare gevolgen van de vijandschap smaken, waarbij hij volstrekt geen bescherming van Mij heeft te verwachten, behalve als hij zijn schuld aan de vijand tot op de laatste penning betaald heeft! Leef daarom met iedereen in vrede en eendracht! Het is beter voor jullie om onrecht te verdragen, dan ook maar schijnbaar iemand onrecht aan te doen. Daardoor zul je je geen wrekers bezorgen en de geesten, die anders je vijanden zouden zijn geworden, worden dan je beschermgeesten en zullen veelonheil van je hoofden afwenden!
[3] Waarom dat alles echter zo is en moet zijn? Daar antwoord ik op: Omdat het zo moet zijn volgens Mijn wil en Mijn onveranderlijke orde!'
[4] De overste zegt: 'Ja, Heer, ik herken nu overduidelijk Uw eindeloze en door niets beperkte liefde en wijsheid en zeg: Als misschien eens alle mensen doordrongen zullen zijn van Uw leer, dan zal de aarde geheel en al in een hemelrijk zijn veranderd! Maar - en dat is een enorm groot maar! - wanneer zal dat gebeuren?!
[5] Als ik me nu de grote aarde voorstel, waarvan geen onderzoeker nog heeft vastgesteld waar ze begint en waar ze eindigt, en denk aan het zeer grote aantal verschillende mensen dat het onmetelijk wijde aardoppervlak bewoont, dan begint het mij te duizelen! De onbeschaafdste en ruwste kwaadaardigheid schijnt bij vele bewoners van de grote aarde de algemene hoofdtrek van hun levenswijze te zijn!
[6] Het overgrote deel van de mensen is geheel doortrokken met dierlijke zelfzucht en duivelse hoogmoed!
[7] Waar zich maar ooit een vredelievend volkje op de grote aardbodem vestigde en door gemeenschappelijk samenwerken een bepaalde welstand bereikte, daar werd het weldra opgespoord door de fijne neus van de wolf en tijgermensen en vijandelijk overvallen; de ongelukkigen werden overwonnen en daardoor duizendmaal ongelukkiger gemaakt, dan ze daarvoor in hun natuurlijke bestaan waren!
[8] In het geval echter dat zulke vreedzame en ontwikkelde volkjes toch nog door moed, wijsheid en geestelijke kracht de vijanden van zich af sloegen, waarbij ze deze, natuurlijk met de wapens in de hand, voor het grootste deel vernietigen moesten, zouden de geesten van de gedode vijanden vanaf dat moment nu juist hun grootste en schadelijkste vijanden worden. Dan vraag ik me in gemoede af: Hoe, wanneer en onder welke omstandigheden zal Uw heilzame leer op de aarde ooit helemaal ingang vinden en het doen en laten van alle mensen der aarde bepalen?
[9] Als slechts enkele volkeren zich in de milde stralen van Uw onovertrefbare leer in volkomen geluk zonnen, dan zullen ze van dag tot dag door steeds meer en meer vijanden omringd worden; als ze zich zonder tegenstand aan de vijanden overgeven, dan worden ze alleen maar slaven van hun veroveraars en zullen ze zich iedere druk, hoe onmenselijk ook, ja ten slotte zelfs het verbod tot navolging en uitoefening van deze leer van U, moeten laten welgevallen.
[10] Als ze echter door welk machtsmiddel dan ook hun vijanden verslaan, dan zullen op dat moment de in de strijd gedode vijanden nu juist hun onoverwinnelijkste vijanden worden, en met het hemelse rijk op aarde zal het dan nog wel even duren, volgens mijn beslist niet als maatstaf dienende mening!
[11] Ik betwijfel dan ook ten zeerste of men nu juist - al is het voor de beste zaak -het kwaad van iedere vijand met goed moet beantwoorden! Ik betwijfel niet, dat je daardoor wel uit menig blinde vijand een ziende vriend zal maken; maar of die regel ook op grote aantallen vijanden van de goede zaak zegenrijk toegepast kan worden, dat, Heer, vergeef mij mijn zwakke begrip, wil ik dan toch gezien de eerder aangevoerde redenen, enigszins in twijfel trekken!
[12] Ik moet maar steeds aan dat onzalige Scylla en Charybdis denken, waar men, als men het geluk heeft de eerste vijand te ontlopen, door de tweede des te zekerder in de pan gehakt wordt! -Heer, geef ons hierover nog wat opheldering en ik zal al mijn vijanden broederlijk omarmen en alle gevangenen uit de kerkers vrij laten, -ook alle dieven, rovers en moordenaars, ook al zijn ze nog zo slecht!'
«« 80 / 242 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.