Het volk van de toekomst

Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)

«« 29 / 77 »»
[1] (De Heer:) 'Als er geen stormen over de aarde raasden, maar overal een gelijkmatige temperatuur en stroming zou heersen, zou de hele aarde weldra verbrokkelen en barsten; want alleen door hevige stormen en aardbevingen treedt er een krachtige levenswerking op, een verfrissing, die merkbaar wordt in de verfrissende lucht na een storm.
[2] Zouden jullie je lichaam zo weinig mogelijk bewegen, het steeds aan een gelijkmatige temperatuur blootstellen en al het onaangename vermijden, dan zal er weldra een vervaloptreden van de krachten die jullie niet oefenen, en daarmee een verval van het lichaam. En als dat al met het lichaam gebeurt, hoeveel te meer dan met de ziel die steeds in hetzelfde bestaan voort droomt zonder dat ze geprikkeld wordt -want alleen de ziel leeft immers, niet het lichaam. Om levenslustig en creatief te kunnen zijn, moet ze werk te doen hebben. Door het werk doet ze kennis op en beleeft ze vreugde aan wat ze gedaan heeft. Op het materiële vlak uit dit werk zich als strijd van het zwakkere tegen het sterkere, op het geestelijke vlak echter in de kennis en het toenemen van de liefde.
[3] Omdat God in Zijn wezen oneindig is, kan ook de geest oneindig verder groeien. Die groei brengt echter het ontstaan en vergaan van aardse volkeren teweeg, waarbij het vergaan van de lichamen er niet toe doet; want alleen de zielen moeten groeien, het lichaam is vergankelijk.
[4] Zoals een heel edele plant uit een veel minder edele soort is ontstaan, langzaam, door het zorgvuldig verzorgen en het wegsnijden van alle wilde scheuten, zo groeit ook het volk van de toekomst -dat één kudde zal zijn, geleid door slechts één herder, die Ik zal zijn -slechts door langzame zorg, nadat er eerst heel veel weelderige wilde scheuten verwijderd zijn.
[5] Het voltooien van dat werk en daarmee ook de grote verlossing van de werelden is het doel van Mijn menswording, dat echter bij ieder individueel begonnen moet worden, niet bij de grote massa; want ook een oceaan bestaat uit afzonderlijke druppels. Als men daar het zout aan zou willen onttrekken, zouden er ook maar kleine hoeveelheden uitgehaald, van zout ontdaan en in een voor dat zoutvrije water geschikt vergaarbekken bewaard moeten worden -een werk dat nutteloos lijkt, maar tenslotte toch naar het doel leidt, als iemand eeuwigheden tot zijn beschikking heeft. -Hebben jullie nu begrepen wat jullie in Mijn woorden is gezegd?'
[6] Raël en ook de leerlingen zeiden: ']a, Heer, wij denken dat wij U, voorzover dat mogelijk is, helemaal hebben begrepen, hoewel wij het idee hebben dat Uw woorden nog veel bevatten wat U niet hebt uitgesproken, maar wat er toch uit op te maken is. In latere tijden zal ons dat ook nog wel duidelijker worden, als ook datgene wat U nu in woorden tegen ons hebt gezegd, volkomen opgenomen is.'
[7] Ik zei: 'Beste vrienden, Ik lees in jullie gemoederen nu nog de vraag, welk volk dan nu in de plaats van het volk der Joden kan treden, ingeval zij niet aan de verwachtingen beantwoorden -wat inderdaad het geval is, zoals jullie weten, want anders zou Ik niet zo vaak de verwoesting van de stad Jeruzalem hebben voorspeld - aangezien jullie niet bekend is dat er een ander volk is dat een enigszins soortgelijke scholing als het volk Israël heeft doorlopen.
[8] Welnu, ook dat zal Ik voor jullie beantwoorden. God, als de Alwetende, is nooit zo onverstandig dat Hij Zijn werk op slechts één pilaar bouwt, maar Hij bouwt het steeds op verscheidene steunpunten, om te zorgen dat het gebouw dat Hij neerzet, niet in één nacht instort ingeval de worm aan de ene of de andere steunpilaar heeft geknaagd. Ook het werk van verlossing staat daarom op heel veel veilige steunen, zodat het moet lukken, zelfs wanneer de vijand uit alle macht probeert het te verhinderen.
[9] Hier op deze aarde zijn verscheidene volkeren die geschikt kunnen zijn om in plaats van de Joden als zegelbewaarders van het nieuwe woord te dienen; want het oude zal voortaan door de oude bewakers des te angstvalliger worden bewaakt, naarmate er meer ellende over hen zal losbarsten. En ook al zullen de Joden over de hele aarde verstrooid worden, ze zullen des te steviger vasthouden aan het oude geloof, omdat dat en de hoop op het herstel van hun vroegere, vergane grootheid het enige anker is waardoor ze van algeheel verval en vernietiging gered kunnen worden, waar ze zich goed bewust van zullen zijn.
[10] Mijn nieuwe woord heeft echter eveneens zegelbewaarders nodig, dat wil zeggen: een volk uit welks midden steeds weer nieuwe leraren kunnen opstaan, die de enigszins drassig geworden leer weer reinigen en het moeraswater in een heldere stroom veranderen. Want evenals de Joden slechts langzaam rijp werden, zo kan ook dat volk slechts langzaam rijpen. En evenals de Joden gevangenschap moesten ondergaan vanwege hun zonden en tot afgoderij vervielen, zo zal ook het volk van de toekomst ter wille van hun rijping tot soortgelijke fouten, ja zelfs precies dezelfde kunnen en moeten vervallen. Evenals Ik in het Joodse volk profeten heb opgewekt, zullen er daar profeten opstaan en de zuivere leer vanuit de hemelen zuiveren van alle toevoegingen.
[11] Dat volk is jullie nu echter zo goed als onbekend, maar mettertijd zal het met grote kracht tevoorschijn komen en alles wat verrot en onbruikbaar is in stukken slaan; want het is machtig in zijn nog onaangetaste natuurlijke kracht. Dezelfde leraren die hier nedergedaald zijn als Mijn dienaren, zullen ook daar weer terugkomen, deels in het vlees, deels in de geest, en zij zullen met grote geestdrift en alles overwinnende macht van Mij getuigen, zoals ze tot nu toe van Mij getuigd hebben, en Ik zal hun onzichtbaar terzijde staan en hen lelden.
[12] Maar dan, als dat volk ook eenmaal een zodanige hoogte bereikt zal hebben dat de vreemde koningen bang zijn dat het de aarde wil bezitten, zoals de Romeinen nu, dan zal er een tijd aanbreken die rijk zal zijn aan verrassingen voor de volkeren der aarde. Want niet dat volk zal dan het middelpunt worden, maar er zal een nieuw volk ontstaan, dat gevormd wordt uit de edelste geslachten van alle volkeren. Die zullen de wereld overwinnen met Mijn kracht en vrede en eendracht zullen en moeten dan heersen over alle landen en volkeren. En temidden van dat nieuwe volk zal dan het heil geboren worden, dat geen koning en geen wet verder nodig heeft dan alleen dit ene: 'Heb God lief boven alles en je naaste als jezelf.'
[13] En jullie, Mijn getrouwen, zullen medewerkers zijn aan dit nieuwe materiële en geestelijke rijk. Daarom zijn jullie hier verzameld, namelijk om nu al in jullie eerste aardse dagen uit Mijn mond te horen waartoe Ik jullie roep; want al diegenen die, voor jullie nu onzichtbaar, eveneens werkers zullen zijn voor de grote gelukzaligheid van deze aarde en door deze aarde van het universum en het geestenrijk, zijn eveneens aanwezig en verheugen zich over jullie als medewerkers aan het begonnen werk. Jullie zullen hen echter zien, die grote scharen, die ervoor nodig zijn om het werk te laten gedijen!'
[14] Na deze woorden opende Ik bij alle aanwezigen hun geestelijk gezicht, en zij zagen alle profeten en engelen van Mijn hemelen, die hen heel vriendelijk naderden en met hen over Mijn laatste openbaringen spraken.
«« 29 / 77 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.