De wedergeboorte van de ziel

Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)

«« 50 / 77 »»
[1] De volgende dag kwam Simon Petrus naar Mij toe en zei: 'Heer en Meester, wij zien nu allemaal heel goed in dat wij verkeerd gehandeld hebben, aangezien God Zelf zeker nooit de hulp of zorg van mensen nodig zal hebben; maar toch is ons tot nu toe nog steeds niet zo duidelijk hoe het komt dat Uw lichaam soms in een soort tijdelijke onafhankelijkheid van Uw innerlijke geest verkeert, zodat het ook in Uw woorden klinkt alsof U nu eens de eeuwige geest Gods in persoon Zelf bent, maar dan weer alsof Uw lichamelijke mens geheel en al onafhankelijk en slechts bij tijd en wijle van Hem doordrongen is! Wij raken daarbij steeds in een bepaalde tweespalt in onze zienswijzen, die U ons zeker zult vergeven, omdat wij U immers vast aanhangen en in U geloven, maar U toch in Uw innerlijke natuur nog niet helemaal begrijpen. Hoe is het daar nu eigenlijk mee gesteld!'
[2] Ik zei tegen hem: 'Mijn beste Petrus,jij en ook je broeders begrijpen veel dingen nog niet, omdat jullie in jezelf het geestelijke niveau nog niet hebben bereikt om dit op zichzelf toch eenvoudige proces te kunnen begrijpen, dat Ik jullie toch al vaak genoeg heb uitgelegd. Maar jullie zijn nu hier om bij jezelf te onderzoeken wat jullie aan Mij nog onduidelijk is.
[3] Wat heeft het voor nut om jullie steeds te wijzen op het verschil tussen de Mensenzoon en de Godszoon, als jullie bij jezelf niet in staat zijn het verschil te kennen en te voelen tussen de geestelijke en de lichamelijke mens?
[4] Pas wanneer jullie reeds in het lichaam volledig zijn wedergeboren, zal deze vraag tot jullie volle tevredenheid zijn opgelost;jullie allen hebben daartoe reeds belangrijke stappen gezet, zodat dat doel voor jullie niet meer veraf is. Toch is het nog niet helemaal bereikt.
[5] Maar beantwoord Mij nu een paar vragen, opdat jullie dit belangrijke punt beter leren begrijpen!
[6] Ten eerste: hoe beleven jullie je denken en voelen? Is dat uiterlijk of innerlijk, dat wil zeggen: kunnen jullie een vraag die aan jullie gesteld wordt alleen maar beantwoorden omdat jullie met je geheugen het antwoord van jullie leraar hebben geleerd, of beantwoordt jullie eigen innerlijke ik de vraag door gevolgtrekkingen te maken?
[7] Jullie zullen zeggen: 'Dat kan allebei!' Als de mens nu alleen maar een machine was, zij het ook voorzien van een zelfbewuste ziel, dan zou hij alleen uiterlijk kunnen denken, dat wil zeggen zich door indrukken van zijn geheugen kennis kunnen verschaffen die alleen door onderricht is aangeleerd, ongeveer zoals men een dier africht. Het trekken van een conclusie is echter, dat de ziel vragen stelt aan een in de mens levend, innerlijk principe, dat antwoord geeft op gestelde vragen, en als geest ook in de ziel leeft en als zodanig, zoals Ik jullie al vaak heb gezegd, volmaakt is. Daarom kan er in het innerlijk van de mens ook een werkelijk spel van vraag en antwoord ontstaan.
[8] Men zal zeggen: 'la, als de geest volmaakt is, waarom komen er dan vaak zulke buitengewoon dwaze gevolgtrekkingen tevoorschijn? Geeft de geest dan niet altijd het juiste antwoord?'
[9] Dat doet de geest wel; maar omdat hij in eerste instantie in de mens het levensbeginsel van de ziel is, kan deze, daar ze zelfbewust is, ook overeenkomstig haar eigen wezen als een spiegelbeeld handelen. Precies zoals een echt spiegelbeeld niet zou kunnen ontstaan zonder dat er een object aanwezig is dat er volkomen aan gelijk is, zo kan ook de ziel haar oordelen alleen maar zelf te kennen geven, wanneer die als reflecties van haar geest uitgaan. Maar zoals een spiegelbeeld alles omgekeerd weergeeft, precies tegengesteld aan het object, en toch waar is, zo gebeurt dat ook hier, zolang ze beiden niet proberen in elkaar op te gaan.
[10] Alleen een mens die zijn geest in zoverre in zichzelf heeft gewekt dat zijn ziel geen aardse, omgekeerde reflecties meer weerkaatst, heeft de wedergeboorte bereikt en staat in de volledige waarheid. Natuurlijk is het niet gemakkelijk die grenzen te doorbreken, omdat de aards ingestelde ziel door het materieel aardse lichaam sterker wordt aangetrokken dan door de geest, die zich slechts zwak doet gevoelen en waarvan ze de werking graag als haar eigen werk aanneemt, als ze niet geleerd heeft het onderscheid te maken.
[11] Deze grenzen te doorbreken is Mijn en jullie taak, evenals van al Mijn volgelingen -en de weg daarheen vinden jullie door je innerlijke geest, die jullie tot spreken dienen te brengen. Die alleen is de enige echte leraar, omdat hij samenhangt met de algemene geest Gods en daar in het klein een afbeelding van is, en derhalve alle waarheid alleen daaruit put.
[12] Als de ziel zich nu volledig ondergeschikt heeft gemaakt aan het wezen van haar geest en ze daardoor in aards opzicht geen wensen meer heeft, zodat ze enkel en alleen nog naar het geestelijke streeft en derhalve als zelfbewuste ziel in het geestelijke is opgegaan, dan heeft de meer voltooide mens een niveau bereikt dat door de Indische wijzen als 'Nirvana' aangeduid werd, een toestand dus waarin iedere wil die gebaseerd is op vleselijke, aardse neigingen teniet is gedaan, en die ieder leven in het vlees als materieel bestaan uitsluit. Die toestand is in het materiële leven mogelijk en moet zelfs bereikt worden opdat de totale vrede zijn intrek neemt in het menselijke hart.
[13] Deze wedergeboorte van de ziel hebben jullie nu bijna bereikt. Ginds in Mijn rijk is er, wanneer Ik opgevaren zal zijn, echter nog een andere wedergeboorte: dat is die van de geest, die dan bestaat uit een onlosmakelijke gemeenschap met Mij. Dan heersen er de hoogste gelukzaligheid van de kinderen in het Vaderhuis en vreugden die geen menselijk hart ooit kan vermoeden, omdat die puur en zuiver geestelijk zijn, en waarvan jullie vóór die tijd nog niet de kleinste glimp begrijpelijk gemaakt kan worden.
[14] Streef er dus eerst naar dat jullie ziel de wedergeboorte bereikt, opdat jullie ziel leert om alleen nog maar met het oog van de geest te kijken en daardoor zichzelf en haar oorsprong steeds beter leert kennen!
[15] Maar daar Ikzelf net als jullie al die treden in Mijzelf als mens moet beklimmen -omdat Ik de Baanbreker ben voor de mensheid, die zich ondanks vele afgezanten altijd weer in dwalingen verstrikt heeft - zullen jullie tenslotte ook wel begrijpen dat Ik, om jullie dit opklimmen tot voleinding aanschouwelijk en begrijpelijk te maken, niet anders kan spreken dan Ik nu doe!'
«« 50 / 77 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.