Het vertrek van Cyrenius en zijn voorzieningen voor de H. Fami­lie. Het afschuwwekkende verslag van de getuigen van de kinder­moord. Brief van Cyrenius aan Herodes (17 oktober 1843)

Jakob Lorber - De jeugd van Jezus

«« 47 / 302 »»
[1] Nadat hij eerst nog de stads­commandant nadrukkelijk op­dracht had gegeven deze familie in alle omstandigheden en met spoed terwille te zijn, nam Cyre­nius op de vierde dag eindelijk af­scheid.
[2] Heel de familie wilde hem uiteraard uitgeleide doen tot aan zee, waar zijn schip voor anker lag.
[3] Maar Cyrenius wimpelde dat allervriendelijkst af, zeggende: 'Beste en verheven vriend, blijf alstublieft rustig hier .
[4] Men kan immers niet weten hoeveel nagezonden koeriers­ en met wat voor berichten -mijn schip alreeds hebben ingehaald.
[5] Ofschoon U hier nu abso­luut veilig bent, wordt van mij nu toch wel de grootste scherpzin­nigheid vereist, opdat niet door welke speurder ook, achterhaald zou kunnen worden waarom ik ditmaal in januari naar Egypte ben geweest!'
[6] Jozef begreep Cyrenius heel goed, bleef dus thuis en nam van zijn weldoener afscheid door hem te zegenen op de deel van zijn huis.
[7] Met de belofte dat hij Jozef spoedig opnieuw zou komen be­zoeken ging Cyrenius met zijn vier bedienden heen, en was te voet weer spoedig bij zijn schip.
[8] Aanvankelijk werd hij daarbij zijn aankomst met uitgelaten­heid ontvangen, maar kort daarop ook met luid gejammer vanaf een aantal andere schepen, die inmid­dels hier waren geland.
[9] Van de kust van Palestina waren namelijk heel wat ouders weggevlucht uit angst voor Hero­des, de kindermoordenaar, en zij vertelden aanstonds welke gru­weldaden Herodes in en om Bethlehem en in heel Zuid-Pales­tina, nota bene met behulp van Romeinse soldaten, verrichtte!
[10] Dit was voor Cyrenius aan­leiding onmiddellijk een brief te schrijven aan de landvoogd van Jeruzalem, en een van gelijke strekking aan Herodes zelf.
[11] De korte inhoud van die brief luidde: 'Hierbij gelast ik, Cyrenius, broeder van de keizer en stadhouder over Azië en Egyp­te, u in naam van de Keizer on­middellijk met uw gruwelen op te houden.
[12] Bij in gebreke blijven zal ik Herodes als een ordinaire rebel aan de kaak stellen en hem straf­fen in overeenkomst met wat de wet als passend voorschrijft, en op een manier, die mijn daardoor ge­wekte toorn bevredigen zal!
[13] De landvoogd van Jeruza­lem wordt bij deze opgedragen een nauwkeurig onderzoek in te stellen naar deze gruwelen en mij daarvan onverwijld op de hoogte te stellen, opdat deze wreedaard de gerechte straf voor zijn misda­den niet kan ontgaan!
[14] Gegeven op mijn schip, de " Augustus", voor de kust bij Os­tracine in naam des Keizers, diens hoogste plaatsvervanger in Azië en Egypte, heersend landvoogd van Celesyrië, Tyrus en Sidon. w.g. Cyrenius, vice-Augusti.'
«« 47 / 302 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.