Een evangelie voor beledigden

Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)

«« 174 / 187 »»
[1] En toen Sethlahem zich weer bij het offeraltaar bevond, te midden van Abedam, Henoch, Jared en Abedam de bekende, haalde hij diep adem en wilde door een toelichtende aanklacht zijn hart luchten over de hem aangedane beledigingen door de zeven.
[2] Maar de hoge Abedam was hem voor en zei hem als het ware vragend: "Sethlahem, waar zijn dan die zeven?
[3] Ik zie alleen jou. Hoe heb je het kunnen laten gebeuren, dat je de dienst die je je had voorgenomen, geheel niet hebt volbracht?!
[4] En in plaats van de zeven hierheen te brengen, kom je heel alleen en bovendien met een beledigd hart vol bittere klachten!
[5] Wat moet ik nu met je beginnen? - Ik zeg je, als je je op je zeven broeders wilt wreken, schrijf dan hun schuld in het zand! Maar indien iemand je in zijn hart kwaad wil doen, zegen hem, alsof hij je eerstgeboren zoon was, dan zul je een waarlijk onsterfelijk kind van de eeuwige liefde zijn en je zult vol genade en vol liefde zijn en alle wijsheid uit haar zal je deel zijn!
[6] Zie, wat heb je aan een denken de geest, als je de liefde niet hebt?! Ik zeg je, je zult eeuwig in het duister rondtasten! Want ook al zou je duizend jaar lang het gindse verre gebergte aangapen en er zoveel over nadenken dat je met je gedachten een gat in een steen zou boren, - zeg me, zou daardoor de gesteldheid van de blauwe verten je duidelijker worden?!
[7] Ik denk, niet in het minst! Indien je echter in plaats van het lange, koude denken je hart laat ontbranden voor die blauwe verten, zul je je dan niet zo gauw mogelijk op weg begeven, je enkele evenzo verlangend gestemde gezellen kiezen en dan een reis maken naar de jou onbekende verten?! En als je daar zult aankomen, zul je het daar dan zo aantreffen, als honderdduizend blinde gedachten je voordien hebben wijsgemaakt?!
[8] Zal iedere nog zo gedachteloze blik je daar niet meer onthullen dan hier in duizend jaar talloze zogenaamd vlijmscherpe gedachten?!
[9] Dus zie eens, welk een groot voordeel de liefde heeft boven alle gedachte wijsheid!
[10] Wie de liefde heeft, dat wil zeggen de zuivere liefde tot God, de Vader van alle mensen en de Schepper van alle dingen, en uit deze liefde al zijn broeders en op de juiste, reine wijze ook zijn zusters liefheeft, die heeft alles; ja hij heeft het eeuwige leven en alle duidelijk heldere, heilige wijsheid, niet een duistere wijsheid van wereldse gedachten, die nergens anders toe dient dan alleen om de levende mens allengs rijp te maken voor de dood en tenslotte helemaal te doden!
[11] Maar indien je juist door de liefde tot de ware, levende wijsheid wilt komen, waarlijk, dan moeten eerst alle aanklachten tegen je broeders uit je hart wijken en tevens alle ingebeelde wijsheid! Als dat niet zal gebeuren, dan zul je steeds zodanig in het duister rondtasten, dat je niet eens in staat bent te onderscheiden wie je voor je hebt, een mens of een eeuwige, almachtige God en dat is bij jou reeds in hoge mate het geval.
[12] Overleg daarom vooraf in je hart! Vergeef je broeders, ook al zouden zij je nog zo slecht hebben behandeld, dan zal ook Ik je je dwaasheid vergeven en je helen tot een eeuwig leven!
[13] Maar indien het je ergert dat je broeders anders denken en spreken dan jij, waarom houd je er dan tegelijk geen rekening mee dat jouw andere gedachten ginds zeven harten verbitterd maken, terwijl die zeven alleen met jou te maken hebben?!
[14] Zie, één slag hier, één ertegenin, kan dat ooit leiden tot gewin? Maar zijt gij samen één van zin, en huist daar ook de liefde in, dan is daar ook al het gewin! En al is daar niet veel waarheid in, dan heeft het toch nog deze zin: toch blijf Ik je nabij daarin. Is dat dan niet een groot gewin?!
[15] Ga daarom nu nog een keer naar je broeders toe! Vraag hen om vergeving en wees hun toegenegen; dan zullen zij gemakkelijk te bewegen zijn hierheen te komen en voor het ware, eeuwige leven te winnen zijn!
[16] De trotsen zul je nimmer voor je winnen door trots terug te doen, niet eens je eigen kind! Want je zegt vanuit jouw wijsheid immers zelf dat je ontdekt hebt dat twee krachten van gelijke aard nooit één kunnen worden, want de ene werkt de andere tegen en probeert die teniet te doen; daarom kunnen twee stenen niet de plaats van één enkele steen innemen.
[17] Zie, is dat niet jouw leer?! En Ik voeg daar nog aan toe, dat die leer juist is en volkomen waar.
[18] Maar heb je er nooit op gelet als de zwakkere steen wijkt voor de sterkste?! Welke volgt nu de andere en welke wordt vervolgens de leider van de andere en tenslotte de grondslag zelf?
[19] Waarlijk zeker niet de grotere, die de zwakke re van zijn plaats schoof, maar de zwakkere, die de grotere ontweek! Zie, dat is ook wijsheid! 20. Ga daarom nu naar je broeders toe en doe hetzelfde; dan zul je ook hun leidsman en meester worden volgens de betere begeerte van je hart! Amen."
«« 174 / 187 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.