De morele en geestelijke achteruitgang onder de kinderen van de hoogte. Koning Lamechs laatste verordeningen en dood. Thubalkaïn als opvolger van Lamech.

Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)

«« 126 / 366 »»
[1] En zo leefden ook de meeste goede mensen afgezonderd en meer van de wereld teruggetrokken in hun gemoed en schonken geen aandacht aan wat de mensen deden die hoe langer hoe meer de wereld ingingen, - wat echter ook vergeefs geweest zou zijn.
[2] Want de mensen van de wereld waren zeer eigenzinnig geworden, en het was niet raadzaam met hen over geestelijke zaken te spreken, omdat zij ten eerste alles beter wisten dan degenen die trouw aan Mij waren, en ten tweede echter ook bij krachtige tegenspraak van de kant van Mijn getrouwen al gauw hun toevlucht namen tot grove en ruwe handtastelijkheden.
[3] Zulke agressieve aanvallers luisterden derhalve helemaal niet meer naar de stem van de oudsten en keken ook helemaal niet naar de vaak wonderbaarlijke werken die de getrouwen in hun bijzijn bewerkstelligden om hen weer op de rechte weg terug te leiden.
[4] En wat was weldra het gevolg? - Niets anders dan dat ze geheel in zinnelijkheid verzonken!
[5] De krachtigste jongelingen en mannen begonnen steeds meer en meer de laagte te bezoeken, en aangezien zij daar als kinderen Gods altijd groot aanzien voor hun persoon ondervonden en vele mooie meisjes en vrouwen aantroffen, hadden zij ook zelden meer zin om terug te keren naar de hoogte.
[6] Zij namen daar vrouwen en vestigden zich, zij bouwden nieuwe grote steden en versterkten die met zware ringmuren en begonnen al spoedig in dit weliswaar grote land de baas te spelen. Dat was in het bijzonder het geval met hun zonen, die zij hadden verwekt bij de dochters van de wereld in de laagte, want die waren krachtig en vervuld van een machtige wereldse geest, of duidelijker gezegd: zij waren de gezegenden van de slang, die hen met alle wereldse macht, kracht en gezag uitrustte.
[7] En Lamech in de laagte, die toen nog leefde, moest met groot leedwezen aanzien wat degenen die van de hoogte waren gekomen nu deden.
[8] Voor hij stierf, riep hij zijn kinderen bij zich, daar hij de leeftijd van zeshonderddertig jaar had bereikt, wat in de laagte ongekend was, en sprak tegen hen:
[9] 'Kinderen! De Heer heeft mij geroepen om de slecht geworden wereld te verlaten. Daarom zal het ook spoedig gebeuren dat ik mijn reeds zeer vermoeide lichaam zal afleggen.
[10] Maar trek het je niet zo aan als de kinderen van de hoogte dat gedaan hebben toen hun vaders werden weggeroepen, anders zal het jullie nog veel erger vergaan dan het hen nu vergaat. Je ziet hen dagelijks de bergen ontvluchten en hier nieuwe steden bouwen; ze nemen onze vrouwen en verwekken bij hen krachtige wereldse kinderen die onze volkeren hoe langer hoe meer onderwerpen!
[11] Ik raad jullie daarom aan je vast aan de Heer te houden, want alleen Zijn macht heeft tot nu toe deze machtige vijanden uit onze steden en gewesten gehouden.
[12] Wanneer jullie ooit de Heer zouden verlaten, dan zullen jullie spoedig onmachtige slaven van deze machtigen van de wereld worden!
[13] Houd je vast aan deze woorden! - Moge de geest van de Heer met jullie zijn zoals Hij met mij was en van nu af aan eeuwig zal zijn! Amen
[14] Spoedig daarna stierf Lamech en werd door zijn kinderen op eervolle wijze in een prachtige grafkelder gelegd, in een gouden kist.
[15] Alle elf steden treurden jarenlang om deze leider; maar Thubalkaïn nam het staatsroer in handen en trad in de voetstappen van zijn vader, - maar met een meer wantrouwende geest.
«« 126 / 366 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.