Aankomst in de vrije stad Genezareth. In Genezareth.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)

«« 102 / 244 »»
[1] IK zeg: "Of je Mij ziet of niet, Ik ben toch bij jullie. Want als je in Mij gelooft, op Mijn naam bouwt, vertrouwt en hoopt, en Mij waarachtig liefhebt, dan ben Ik altijd bij jullie en temidden van jullie. Maar bij degene die aan Mij twijfelt ben Ik niet, ook al ziet hij Mij vlak naast zich staan!
[2] Overigens was het zeer goed dat broeder Bartholoméus speciaal Judas de ogen geopend heeft over de aard van de Essenen. Het zal hem weliswaar niet veel baten, maar de anderen des te meer! Want Judas voelt zich heimelijk thuis bij zulke illusies en denkt: 'Als Jezus mij niet inwijd in die geheimen, dan ga ik naar de Essenen!' -Want hij is en blijft een vrek, en tien pond goud zijn hem liever dan de grootste waarheid uit de hemel met daarbij nog het eeuwige leven! Als Herodes hem nu een goed aanbod doet, dan verraad en verkoopt hij ons allemaal! Deze aarde zal hem heel moeilijk ooit kunnen verbeteren!
[3] Daarom vormen de grote schatten van deze wereld de grootste bedreiging voor het eeuwige leven van de mensen! Wat baat het echter de mens, als hij de schatten van de gehele wereld zou hebben en dit ten koste ging van zijn ziel? Voor hij er erg in heeft zal men zijn ziel wegnemen en in grote duisternis werpen, waar eeuwig gejammer en tandenknarsen heerst! Wat zal hij dan aan al zijn schatten hebben!?
[4] Laat ieder van jullie daarom geestelijke schatten verzamelen, die niet door de roest en de motten vernietigd kunnen worden, dan zullen jullie in eeuwigheid alles in overvloed hebben!
[5] Kijk, hier beneden op de bodem van de zee ligt al menig geladen schip met zijn meesters en schepelingen begraven! Wat voor winst hebben zij nu, die op de markten grote sommen geld wilden verdienen? Een storm maakte aan al hun kwalijke handel en wandel een eind, en hun zielen zijn mee begraven in de afgrond!
[6] Maar jullie hadden op jullie schip, dat gedurende deze nacht door een zeer krachtige storm geteisterd werd, de onverwoestbare schatten voor geest en leven uit God geladen, -en zie, met al zijn onstuimige geweld was de orkaan niet in staat jullie in de afgrond te slingeren! En daarom kwam Ik te voet over de bruisende golven naar jullie toe, om jullie door de daad te tonen dat hij, die alleen de eeuwige schatten van de hemel bij zich draagt, zich gemakkelijk boven alle helse stormen en golven van het wereldgebeuren verheft en zonder schade te lijden daarover kan wandelen en uiteindelijk toch meester is en blijft van alle moeiten der wereld.
[7] Als hij zijn levensschip echter belast met de schatten der wereld en de storm hem achterhaalt op de golven van zijn geldzorgen, dan zullen schip en schipper beiden onder gaan! -Hebben jullie al deze woorden goed begrepen?"
[8] ALLEN zeggen: "Ja, Heer, dat was duidelijk en heel begrijpelijk en onvergelijkelijk waar. "
[9] IK zeg: "Goed, laten wij dan nu overvaren naar het stadje Genezareth en naar de kleine vrije landstreek, die de naam draagt van haar kleine stad!"
[10] En de knechten begonnen te roeien en na een klein half uur kwamen wij onder de stad Genezareth aan land (Matth. 14:34) De zee vormde bij Genezareth een grote inham en was daar slechts door een nauwelijks tien klafter brede zeearm mee verbonden. Daarom noemde men deze inham ook 'Meer van Genezareth'. Wij stapten aan de linker landtong aan land, omdat de schepen die de zeeëngte passeerden en het meer van Genezareth binnenvoeren tol moesten betalen. Wij lieten ons schip aan de landtong vastleggen en lieten slechts twee knechten als bewaking achter, de andere zes gingen met ons naar de stad en kochten daar naar behoefte brood, zout en wat wijn, want de nacht had hen erg hongerig gemaakt.
[11] Ik heb het weinige dat zij kochten gezegend, zodat zij allen meerdere dagen te eten en te drinken hadden.
[12] Ik bleef verscheidene dagen in Genezareth, want het was een vrijstad en men kon daar niet door Jeruzalem of door de tempel, en net zo min door Herodes belaagd worden, omdat deze stad onder strenge bescherming van de Romeinen stond. Die hadden daar een vaste legerplaats, waarover vanuit Kapérnaum het bevel gevoerd werd. Hoewel het nergens beschreven staat, omdat het te onbelangrijk was, was dit de preciese stand van zaken.
«« 102 / 244 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.