De hoofdman krijgt uitleg.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)

«« 107 / 244 »»
[1] IK zeg: "Ik vind je een echt brave man en vriend, en wat je gezegd hebt is Jammer genoeg maar al te waar. Als Ik een mens zou zijn van de soort zoals de aardse mensen zijn, dan zou Ik jouw raad ook zonder meer opvolgen, want in jouw borst klopt een rechtschapen mannenhart, maar Ik ben een heel ander mens en een heel ander wezen dan waarvoor jij Mij houdt! Kijk, alle machten des hemels en van deze aarde moeten Mij gehoorzamen, en daarom heb Ik niets te vrezen. Wel zal de Schrift bitter en smartelijk aan Mij vervuld worden, maar niet volgens de wil van deze wereld, maar volgens de wil van de Vader in de hemel, die nu echter in Mij is, zoals Ik eeuwig in Hem ben! Maar terwille daarvan zal Mijn macht over hemel en aarde niet het geringste inboeten. Want als Ik het zou willen, dan zou deze aarde in een oogwenk veranderen in een nietig stofje tesamen met alles wat in en op haar is, ademt, leeft en beweegt, maar omdat Mijn fundament 'behoud' heet, gebeurt dat niet!
[2] Het kan gebeuren dat Ik uit ergernis en jaloerse afgunst van de tempel als opruier van het volk en als godslasteraar wordt aangeklaagd en vervolgens aan het dwarshout genageld wordt; maar dat alles zal Mijn macht niet breken en tot aan het eind van deze wereld niet de minste afbreuk doen aan Mijn leer .
[3] In de loop van de tijd zullen weliswaar de eigenlijke wereldmensen van Mijn leer grotendeels hetzelfde maken wat de Egyptenaren, Grieken en Romeinen van de oerleer hebben gemaakt, die Adam en zijn eerste nakomelingen kregen. Maar naast die afgoderij zullen er toch velen zijn, die Mijn leer en Mijn macht net zo rein zullen bewaren en bezitten, als ze nu uit Mijn mond komt, en daardoor zullen zij ook steeds de macht hebben en bezitten, die hen door het levende geloof in mijn woord tijdelijk en in het hiernamaals voor eeuwig verleend wordt! Zo ben Ik dus Heer en vrees daarom geen heer en diens wetten! "
[4] De HOOFDMAN zegt: "Vriend, dat is kort maar krachtig! In aanmerking genomen wat u hier gedaan heeft zou ik bijna geloven dat u zoiets zou kunnen, hoewel soortgelijke genezingen - alleen niet zo ontzettend grootschalig -mij niet helemaal vreemd zijn. Het is algemeen bekend dat buitengewone verschijnselen, op de lichamelijke en ook op de geestelijke gezondheid van een mens, afhankelijk van zijn temperament, vaak een bepaalde wonderbaarlijke invloed hebben. Zo heeft bijvoorbeeld een grote schrik al eens aan een doofstomme het gehoor en de spraak teruggegeven! Ik zou u een aantal van zulke gevallen kunnen vertellen, -maar de tijd is te kort.
[5] Heel kort wil ik u daarmee slechts zeggen, dat uw geneeskunst, hoe buitengewoon deze ook is en tot hoeveel dank zij ons ook verplicht, mij toch niet ten volle kan overtuigen dat daarom iedere andere macht van hemel en aarde u niets zou kunnen doen! Ik wil over de mogelijkheid niet met u twisten, -bij God moeten alle dingen mogelijk zijn; maar vriend, er is een grote kloof tussen de mogelijkheid en de werkelijkheid! Als ik u beter zal leren kennen, zal ik misschien ook vaster geloven.
[6] Maar nu, goede, beste vriend, vraag ik u mij mijn misschien een beetje te aanmatigende taal niet kwalijk te nemen, want ik heb slechts gesproken zoals ik het begrijp, en niet uit een kwaad hart, maar uit een beslist goed hart! Mijn ambtsbezigheden roepen mij nu echter, en daaraan moet ik gehoor geven. Maar morgen ben ik de gehele dag tot uw dienst!
[7] IK zeg: " Als je blijven wilt, kun je ook blijven, want je werk is al in jouw naam uitgevoerd!"
[8] De HOOFDMAN zegt: "Het is weliswaar al tamelijk schemerig geworden, zonder de maan zou het al nacht zijn; maar ik zal direkt weer terug zijn, - ik moet eerst nog even in het kamp zijn en zien of de nachtwakers wel goed verdeeld en opgesteld zijn."
[9] Met deze woorden verlaat de hoofdman snel de kamer en Ebahl prijst hem als een kommandant, zoals er niet veel te vinden zijn, en dat Genezareth zich zeer gelukkig mag prijzen zo'n goede, ervaren en in zijn kring uiterst verstandige legerchef te hebben!
[10] IK zeg: "Dat is hij zeker, tot grote beschaming van vele Joden, die Gods woord en Gods geboden hebben en waarvan het gehele hart toch volleugen en vol bedrog, vol twist, toorn, echtbreuk en allerlei hoererij is. Daarom zal het ook gebeuren dat, zoals Daniël getuigt, het aan David beloofde rijk van de Joden wordt afgenomen en aan de heidenen gegeven zal worden, en dat de nakomelingen van de zoon van Hagar zullen heersen over de nakomelingen van Isaäk, hoewel in deze tijd al het heil voor de gehele wereld afkomstig is van de stam van Juda."
[11] EBAHL zegt: "Meester, u bent als heiland beter dan als profeet! Ik kan nog steeds niet begrijpen waarom de profeten zonder uitzondering steeds maar iets slechts en nooit wat goeds voorspelden! Is dat nu nodig, of geloven de profeten alleen maar op die manier hun mysterieuze aanzien in stand te houden door de mensen steeds maar straffen van God te voorspellen?
[12] Goede, geweldige meester, uit wat u zegt is mij duidelijk geworden dat u behalve wonderheiland nog iets anders bent, namelijk net zo'n profeet als een van de vier grote profeten, en dus zou u mij eens iets kunnen uitleggen over de vreemde aard van de profeten! Zoals ik reeds zei, voor mij zijn de profeten steeds een raadsel geweest, en daarom zou ik graag van u iets meer over hen horen!"
«« 107 / 244 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.