Liefde voor God en liefde voor de vrouw. Alle liefde moet uitgaan van de liefde voor God.

Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)

«« 97 / 153 »»
[1] De officier zegt: 'Ik dank je, beste broeder, voor je schitterende uitleg. Ja, je hebt volkomen gelijk, de liefde voor de mensen is bij mij nog veel sterker dan de liefde voor God de Heer, die toch de oorsprong van alle liefde is. Vrouwen hebben het met de liefde voor God ook veel gemakkelijker dan wij mannelijke wezens, want zij beminnen in de persoon van God ook de geheel volmaakte man, wat vanwege hun polariteit heel goed samengaat. Maar bij ons mannen ligt die zaak iets anders: wij kunnen op een nog zo volmaakt mannelijk wezen nooit zo verliefd worden als op een vrouwelijk wezen, omdat dit zo in de natuur besloten ligt.
[2] Daarom meen ik dat er tussen de liefde voor een vrouwen die voor God een aanzienlijk verschil moet bestaan. Men zal God, het hoogste Oerwezen, toch heel anders moeten liefhebben dan een vrouw. Daarom geloof ik, dat een bescheiden liefde voor een mooie, lieve vrouw heel goed kan bestaan naast de machtige liefde voor God. De liefde voor God moet er een van de hoogste reinheid zijn, terwijl de liefde Voor de vrouw altijd een beetje zinnelijk mag wezen. De liefde voor een vrouw hangt grotendeels af van de vorm, terwijl de liefde 'voor God een zuiver innerlijke beschouwing van de oneindige volmaaktheden van de Godheid is en een verheven eerbetuiging voor haar liefde en goedheid. Ik denk dat het in wezen een ware belediging van God zou zijn als men God met dezelfde gevoelens zou liefhebben als een vrouw.
[3] Ik ben derhalve van mening dat de nu geredde Mathilde niet de minste afbreuk kan doen aan mijn liefde voor de Heer, maar mij in tegendeel slechts tot een nog grotere liefde voor Hem kan aansporen.
[4] De sergeant-majoor zegt: 'Geloven maakt weliswaar ook zalig, maar ik houd mij alleen maar aan de zaligheid van de zuivere liefde voor God. De mens heeft één hart en kan bijgevolg ook slechts één ware liefde hebben, waaruit naderhand als die belangrijkste liefde gerijpt is, in de goddelijke ordening alle andere soorten liefde kunnen voortkomen. Dus ben ik van mening dat men eerst volkomen stevig in zijn schoenen moet staan in de liefde voor God; dan pas laten alle andere vormen van liefde zich in een uitstekende harmonie met elkaar brengen. Is men echter nog onzeker in zijn liefde voor God en weet men nauwelijks hoe men God méér kan liefhebben dan een mooi gevormde vrouw... dan, vriend, is de echte wijsheid van de geest nog wat ver weg!
[5] Kijk, het hart heeft maar één kamer voor de liefde en deze moet dienen voor God en tegelijkertijd ook voor de naaste, en omgekeerd. Als je op de juiste manier liefhebt, dan kun je God niet anders liefhebben dan een vrouwen een goede vrouw niet anders dan God, omdat het hart van een mens maar tot één echte liefde in staat is. Wat er daarnaast nog is, is eigenliefde en deugt niet voor het rijk van God.
[6] Hoe hebben dan mensen als Johannes, Jakobus, Petrus en ook Paulus de Heer liefgehad? Hoe beminde iemand als Magdalena Hem en hoe beminden duizend anderen de Heer? Kijk, deze waren helemaal verliefd op de Heer en nog enkele graden sterker dan jij op je lieflijke Mathilde. En juist door zo'n verliefd zijn op de Heer is in deze wezens de basis gelegd, waardoor zij langs de kortst mogelijke weg tot Zijn innigste vrienden en tot meesters in de liefde en wijsheid zijn geworden. Daar achter de Heer staan Petrus, Paulus en Johannes. Ga erheen en vraag hun of ik ook maar één onwaar woord heb gesproken!'
[7] De officier zegt: 'Wat zeg je? Paulus, Petrus en Johannes, die de beroemde openbaring heeft geschreven, zouden daar staan? En wel die drie ernstige mannen die zich achter de Heer bevinden?' De sergeant-majoor: 'Ja, zij zijn het in hoogsteigen persoon!' De officier vervolgt: 'Wel, dan moet ik hun natuurlijk meteen mijn complimenten gaan maken! Ik geef weliswaar niets om complimenten maar als er een reden voor is, zijn ze geheel op hun plaats en mogen ze niet achterwege blijven. Ere wie ere toekomt!'
[8] De officier zegt: 'Vriend, voorzover mijn hart mij zegt is hier echter slechts één compliment op z'n plaats en dat bestaat voor iedereen uit de zuiverste liefde! Heb je echter liefde voor God de Heer, dan omvat je ook met deze liefde Petrus, Paulus en Johannes, evenals alle hemelen, maar met aardse complimenten hoef je hier niet aan te komen. Daarom denk ik dat jij alleen bij de Heer je opwachting hoeft te maken, al het andere komt dan vanzelf.'
[9] De officier zegt: 'Ja, je hebt volkomen gelijk. Jij moet ook in alles gelijk hebben, omdat je zo diep doordrongen bent van de ware wijsheid. Schaden kan het echter niet, als men met die drie eerste apostelen van de Heer tot een goede verstandhouding zou komen, want we moeten toch aannemen dat deze drie na God de Heer de eerste geesten zijn in de hele oneindigheid. Daarom zou het naar mijn mening toch goed zijn om zich tenminste aan hen voor te stellen en hen als de eerste vrienden van de Heer te begroeten!'
[10] De sergeant-majoor zegt: 'Doe wat je wilt! Ik heb je slechts gezegd, wat hier alleen nodig is. Nu wenkt de Heer Zelf je echter. Ga naar Hem toe! Alleen uit Zijn mond stroomt de hoogste wijsheid. Neem deze goed in je hart op en leef ernaar!'
«« 97 / 153 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.