Onderlinge beraadslagingen.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)

«« 137 / 246 »»
[1] Zachtjes zegt MATHAËL tegen Cyrenius: "Die noot is waarschijnlijk ook weer te hard voor ons om te kraken! Marcus heeft goed werk geleverd, maar wat kunnen we doen als wij hun aan de hand van hun voorschriften geen schending van hun plicht kunnen aantonen? Maar laten we eens horen wat Ebahl en Julius te vertellen hebben! Hoewel ons dat wat zij naar voren zullen brengen ook niet veel zal helpen, want de oude staat te vast in zijn schoenen en is in staat om elk van zijn snode daden met de Schrift in de hand te rechtvaardigen. Wat is daar dan tegen te doen?"
[2] CYRENIUS zegt: "Goed, dan gebruik ik mijn onbeperkte macht om al die Schriftgedeelten, die tegen het gezonde, menselijke verstand ingaan, ongeldig te verklaren en dan zitten ze in de val!"
[3] MATHAËL zegt: "Dat zal niet baten, want dan kan hij zeggen: 'Het gezonde mensenverstand eist echter ook, dat een wet eerst gegeven en bekrachtigd moet zijn, vóór men iemand aan de hand daarvan kan veroordelen.' Wat kunt u dan dáár tegenin brengen? We moeten de zaak uitzonderlijk goed overdenken, voor we van menselijke kant iets tegen deze kerels kunnen uitrichten! Cornelius, Faustus, Kisjonah uit Kis en een zekere Philopold uit dezelfde streek kunnen nu gauw hier zijn, die zullen ons zeker heel goed van dienst zijn! Ik verheug me zeer op hun komst!"
[4] Na een tijdje nagedacht te hebben, zowel over het door de overste gezegde, als ook over het meer in het geheim opgemerkte van Mathaël en over diens vreugde over de aangekondigde komst van Cornelius met zijn groep, nodigt Cyrenius Ebahl uit om iets steekhoudends over de orthodoxe priesters naar voren te brengen.
[5] En EBAHL staat op en zegt: "Geëerde vriend! Vossen en handige mensen zoals uw Proteus zijn moeilijk te vangen. De vossen omdat ze altijd zorgen voor twee uitgangen en de anderen omdat die zich in alles kunnen veranderen, zelfs in de elementen. Daarom wil ik hier het volgende zeggen: Daar u op grond van datgene wat u door de waarachtigste en betrouwbaarste getuige -die u net zo goed kent als ik -over deze mensen werd gezegd, zeker geen twijfel kunt hebben of het zo is of niet, maar anderzijds als wereldlijk rechter tegenover de wereld toch slechts een oordeel kunt vellen over iets, waarvan uw oor en uw oog zich uiterlijk kunnen overtuigen, geef ik hier de volgende raad: Laat deze lastige vragers gaan. Doe dat zonder ook maar iets in te willigen van datgene wat zij hebben gevraagd en zonder hen door een oordeel tot enigerlei straf te veroordelen! Daarmee heeft u aan de innerlijke, geestelijke waarheid en aan het wereldse verstand volledig voldaan! Dat is mijn mening!
[6] Ik zou U over het veelvoudige volksbedrog en de gewetenloze volksonderdrukking honderden dingen kunnen vertellen die ik bij veel gelegenheden bij deze namaak godsdienaars heb beleefd, maar wat voor nut heeft dat? Ze vinden altijd wel een gaatje waardoor ze kunnen ontsnappen! Ze beschermen zich zorgvuldig met de doeken van Mozes en de mantel van Aäron en de profeten tegen iedere van buiten komende wind die hen zou kunnen schaden, en hoe koud de wind ook is, ze worden er niet eens verkouden van!
[7] Wij weten best waarvoor het uiterlijke verstand de Schriften der profeten kan gebruiken, want die zijn overal goed voor zolang men hun innerlijke, geestelijke betekenis niet kent, en dat is de voornaamste schuilplaats van deze mensen. Daarom zal er niet veel anders opzitten dan wat ik heb voorgesteld. "
[8] CYRENIUS zegt: " Ja,ja,je hebt helemaal gelijk, ik erken dat volkomen. Maar toch meen ik dat er misschien wel iets aantoonbaar strafbaars tegen deze mensen ingebracht zou kunnen worden, waar zij zich dan tegenover mij niet meer uit zouden kunnen praten!"
[9] EBAHL zegt: "O jee, .alles eerder dan dat, want deze kerels kennen iedere jota van de Romeinse wet en weten, beter dan welke advocaat ook de wet zo te ontduiken dat geen satan hen kan pakken. Zij moeten ontelbare van dergelijke vergrijpen persoonlijk of als medeplichtige begaan hebben. Voor Gód zullen zij zich natuurlijk niet kunnen verbergen, maar wij krijgen geen vat op hen als wij hen volgens de wet willen aanpakken! Misschien dat Kisjonah, Cornelius, Faustus of de Griek Philopold daartoe in staat zijn? -Van ons komt echter, buiten de Heer en de engel Raphaël, niemand hen te na!"
[10] CYRENIUS schudt het hoofd en zegt: "Ik zou ze als verdachte personen kunnen laten bewaken, misschien zou dan de ernst van de zaak hun geweten toch een beetje wakker schudden!?
[11] EBAHL zegt: "Probeer het, maar ik sta er voor in dat u na de eerste protesten van de overste, de bewakers niet snel genoeg zult kunnen laten verdwijnen! Wij hebben voor de bultenwereld immers helemaal geen spoortje van een Causa Criminis (strafrechtzaak) Er is geen aanklager, dus kan er ook geen rechter zijn! Het stille getuigenis van de Heer kunnen wij in dubbelopzicht niet als aanklacht beschouwen. Ten eerste ontbreekt daaraan ieder werelds kenmerk van een bewijs van schuld en ten tweede zou de Heer Zelf, in werelds opzicht, slechts als een halve getuige.gelden. Want zeker nu zou men zich niet op zijn goddelijkheid en zelfs met eens met volledig wettelijke geldigheid op zijn voorspellende gave kunnen beroepen Ante forum Romanurn (voor het Romeinse gerechtshof). Wij weten natuurlijk wel precies wie Hij is, maar de dorre Romeinse wet kent onze Heer en Meester nog lang niet en dus ook Zijn door Zijn wijsheid ingegeven verklaring niet. Daarom kunt u nu, ondanks al uw innerlijke overtuiging, deze mens slechts beoordelen naar wat u van mensen als uiterlijk bewijs van schuld kunt bijeenbrengen. En daartoe is toch vóór alles een aanklager nodig en dan komen pas de beëdigde getuigen.: Of heeft de uitspraak van een profeet of een orakel enige waarde bij u, als beide niet tot uw religie behoren?"
[12] CYRENIUS zegt: "In bijzondere gevallen wel, vooral als de profeet eerst voor een fatsoenlijke rechtbank heeft aangetoond dat hl] helemaal geloofwaardig is! Als de rechtbank niets tegen hem inbrengt kan hij zelf, evenals een uitspraak van een getest orakel, dienen als rechtsgeldig, algeheel bewijs! Want alleen de rechter heeft het recht de geldigheid van de getuige te aanvaarden of te weigeren, of te bekrachtigen en vast te stellen of hij wel of niet ontvankelijk is!" .
[13] Dan zegt EBAHL: "Goed, maar wat gebeurt er als een profeet zich niet als aanklager en net zo min als getuige laat gebruiken! Waarmee kunt u hem dan dwingen?! Als getuige zal dat misschien nog gaan, maar als aanklager toch zeker nooit! Wij hebben er hier een, maar waarmee kunt u deze hoge Ene dwingen en waarmee de engel Raphaël, om óf als aanklager óf als getuige op te treden?"
[14] CYRENIUS zegt: "Van dwang kan natuurlijk helemaal geen sprake zijn! Laten we dus maar afwachten, want de aangekondigden zullen toch waarschijnlijk niet zo lang meer op zich laten wachten! - Het lijkt mij toe dat ik nog tamelijk ver weg op zee roeispanen zie glinsteren!"
[15] MATHAËL zegt: "Dat zag ik een half uur geleden ook al, maar het blijft maar steeds op dezelfde plaats! - Wel, hoe staat het met het verhoor? Zijn jullie nog op hetzelfde punt?"
[16] CYRENIUS zegt: "Geen steek verder! Jij had gelijk en Ebahl heeft ook gelijk en ik zie wel in dat wij met al onze onbeperkte macht in wereldse zaken bij hen weinig of niets uitrichten en de nieuwkomers zullen hoogstwaarschijnlijk ook niet veel helpen."
«« 137 / 246 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.