De meteoor.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)

«« 233 / 246 »»
[1] Mathaël wilde juist nog iets zeggen, toen er heellaag een grote, vurige meteoor overvloog en door zijn snelheid een eigenaardig, goed hoorbaar, suizend geluid in de lucht maakte; want hij bevond zich op een hoogte van slechts achthonderd klafter boven de aardbodem. Achter de meteoor was een lange staart zichtbaar, die schijnbaar de vliegende meteoor volgde. Alle drie schrokken van dit verschijnsel en vroegen haastig aan de engel wat dat nu toch wel geweest kon zijn.
[2] Maar in plaats van de drie meteen een antwoord en een verklaring te geven, schoot de ENGEL de meteoor na en bracht hem in een oogwenk bij de drie terug als een wat grove bol van twee en een halve klafter doorsnede. Hij zette hem wat apart en zei toen tegen de drie: "Wel, kom hier en bekijk rustig dit verschijnsel, niemand van jullie zal daarbij een haar gekrenkt of geschroeid worden!"
[3] De drie staan op en naderen heel aarzelend de nog steeds helder gloeiende meteoor. Er vlakbij ruiken zij een sterke zwavellucht, en de hele, grote brok lijkt van dichtbij precies op puimsteen en uit de grotere poriën schieten blauwachtig-witte vlammen te voorschijn en veroorzaken een vreemd sissen en zacht fluiten en pruttelen. Veel vlammetjes zijn nog erg fel, veel zijn er echter ook al mat.
[4] Nu vraagt MATHAËL pas weer aan de engel: "Wel, wat is dat nu voor een ding, hoe en waar is het ontstaan? Het schijnt een tamelijk vaste massa te zijn en moet voor onze mensenkracht een groot gewicht hebben. Beste hemelse vriend, leg ons dat eens wat uit!"
[5] De ENGEL zegt: "Deze klomp was een half uur geleden nog een deel van de zon. Door een grote vuurkrater, waarin het geweldig tekeer ging, werd hij samen met vele andere brokken, met een onbegrijpelijk groot geweld naar buiten geslingerd in het grote wereldruim. Als bij toeval werd deze klomp richting aarde gestuurd. Sneller dan de bliksem vloog hij door de ether en bereikte reeds achter het werelddeel Europa de atmosfeer van deze aarde, die hij eerst aan de bovenzijde slechts lichtjes raakte. Toen hij in het volgende ogenblik echter dieper zonk en door de steeds dichtere atmosfeer van deze aarde veel weerstand ondervond, verminderde zijn snelheid sterk en toen hij in deze omgeving kwam, vloog hij in vier ogenblikken slechts twintig uur gaans. Toen ik hem inhaalde was hij Azië toch al bijna voorbij en zou binnen tien ogenblikken in de grote aardse zee zijn gevallen. De Heer wilde echter dat jullie ook in dit opzicht voorlichting krijgen, en niet blijven geloven dat er een boze geest over de aarde vliegt om daaraan en aan de mensen schade te berokkenen. Nu hebben jullie de boze geest voor je en daar kunnen jullie van leren dat dit een heel gewone verschijning is tussen de grote hemellichamen."
[6] MUREL zegt: "Maar hoe kwam het dan dat hij in de lucht zo'n helder licht gaf, maar hier nu steeds minder licht uitstraalt?"
[7] RAPHAËL antwoordt: "De sterke lichtuitstraling wordt veroorzaakt door de buitengewoon snelle vlucht door de lucht. Er ontstaat een zeer grote wrijving met de luchtdeeltjes, waar hij hard tegen aandrukt omdat zij hem niet snel genoeg kunnen ontwijken. Op deze hoogte ontbrandt de lucht echter als zij teveel wordt samengeperst of teveel druk ondervindt en omdat de lucht in de gehele baan van zo'n meteoor steeds maar door ontbrandt, is het op de plaats waar zo'n meteoor zich in zijn baan bevindt altijd zo licht als de bliksem, en omdat achter de met zo'n hoge snelheid voort vliegende meteoor een luchtledig ontstaat, waarvan de wanden nog sterk door het vuur aangetast zijn, ziet men achter de meteoor ook altijd een staart, waarvan het felle gloeien afneemt en die op zichzelf alleen maar een verschijnsel en geen werkelijkheid meer is.
[8] Voel maar eens aan deze massa hoe gloeiend heet die nog is en dan zal dat jullie wel helemaal overtuigen van wat ik je nu hierover heb verteld! Langs heel natuurlijke weg kan ik jullie nóg een bewijs leveren, want ik kan namelijk een experiment uitvoeren, waarbij ik een steen neem die hier ligt, deze met bliksemsnelheid door de lucht slinger en na enige ogenblikken weer hier laat brengen door geesten, die mij dienen. Dan kunnen jullie je ervan overtuigen dat deze steen, met een gewicht van slechts een paar pond, straks net zo sterk zal gloeien als deze meteoor zojuist gegloeid heeft."
[9] Toen slingerde Raphaël de steen met ontzettende kracht de lucht in en de dienstbare geesten joegen de steen gedurende een paar ogenblikken sneller dan de bliksem op een hoogte van enige klafters in kringen door de lucht. Behalve dat de steen een sterk suizend geraas veroorzaakte, gaf hij zoveel licht, dat de gehele wijde omtrek als op klaarlichte dag verlicht werd en de drie eigenlijk alleen maar één stralende, lichtende kring voor zich zagen omdat de vlucht van de steen te snel was om door een menselijk oog waargenomen te kunnen worden.
[10] Na enige ogenblikken werd de steen weer door de dienstbare geesten, terwijl hij nog roodgloeiend was, heel rustig voor de drie verbaasde toeschouwers op de grond gelegd en RAPHAËL zei: "Hier ligt nu het snel en eenvoudig uitgevoerde experiment vóór jullie. Zien jullie een verschil tussen deze kunstmatige en die op natuurlijke wijze ontstane meteoor?"
[11] MATHAËL zegt: "Nee, ze zien er precies hetzelfde uit, alleen is de grootte natuurlijk verschillend! Maar er komt nu toch nog een vraag bij mij op en wel de volgende: "Voor jou is het zonder moeite mogelijk zo'n steen met ongelooflijke vaardigheid en kracht zodanig weg te slingeren dat de lucht door de ontzettende snelheid van de geworpen steen door de druk ontbrandt en de steen zelf meteen meer dan gloeiend wordt. Je hebt ons al zo vele proeven van je onbeschrijflijke vaardigheid en kracht gegeven dat wij aannemen dat het jou niet veel moeite kost. Bovendien ben je één van de machtigste engelengeesten, die met hele hemellichamen als met hazelnoten zou kunnen spelen en een zon zelfs in een oogwenk zo diep in de eindeloze scheppingsruimte zou kunnen slingeren, dat een bliksem honderdduizend maal honderdduizend jaar nodig zou hebben om haar te bereiken! Voor zo'n experiment heeft God je de ons natuurlijk nog zeer onbegrijpelijke kracht en macht verleend. Maar hoe kan de zon, die toch een traag natuurlichaam is, uit zichzelf ook zo'n kracht ontwikkelen?"
«« 233 / 246 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.