Raphaël schrijft alles over het geslachtsleven op.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)

«« 73 / 246 »»
[1] CYRENIUS zegt: "Ja, eeuwige, geestelijke Heer en Meester! Over dit onderwerp heb ik nu geen verdere vragen meer. Alleen ware het zeer te wensen dat dit allemaal woordelijk opgeschreven zou zijn, want het omvat een hele grondwet."
[2] IK zeg: "Kijk, Raphaël zal dat voor je doen, laat daarom schrijfmateriaal voor hem brengen!"
[3] Cyrenius beveelt meteen zijn dienaars om voor schrijfmateriaal te zorgen, en deze brengen snel een behoorlijke hoeveelheid onbeschreven perkamentrollen, en ook enige koperen platen om op te graveren. Als alles gebracht is, roep Ik Raphaël, die snel bij onze tafel komt en aan Cyrenius vraagt hoe hij het geschreven wil hebben, op perkament of op koperen platen.
[4] CYRENIUS zegt: "Voor het dagelijks gebruik is het beter op perkament, maar voor de latere nakomelingen is het op koperen platen beter en houdbaarder te bewaren. Maar als ik het geheel eenmaal op perkament heb, zorg ik wel voor een afschrift op de koperen platen."
[5] RAPHAËL zegt: "Weet u wat, omdat het me toch niet meer of minder moeite en werk geeft of ik alles nu één of tweemaal opschrijf, zal ik in één keer de rollen én de platen beschrijven!"
[6] De TWAALF aan de belendende tafel zetten grote ogen op en willen nu erg graag toekijken en zien, hoe de jonge man met belde handen tegelijk zal schrijven.
[7] SUETAL zegt nog speciaal tegen Ribar: "Nou, naar die dubbele schrijverij ben ik erg benieuwd! De grote meester uit Nazareth moet dus ook een bekwaam schoolmeester zijn, want dit soort schrijfwerk heb ik nog nooit gezien. Maar de zon zal waarschijnlijk al ondergegaan zijn voor hij alles opgeschreven zal hebben wat de zeer wijze Griek -die vast ook een oudere leerling van de Nazareeër is -nu heeft gesproken!"
[8] RIBAR zegt: "Dat is sterk afhankelijk van zijn snelheid. van schrijven. Misschien kan hij zijn magie ook bij het schrijven gebruiken, waar wij net zo min wat vanaf weten als van het tot stand brengen van de vroegere wonderdaden. We hebben ze gezien en ook ondervonden, maar hoe en waardoor ze tot stand zijn gebracht, daarvan hebben we niet het minste idee! Daarom moeten wij een voorgenomen daad bij deze mensen, die in ons bijzijn al zulke grote dingen gedaan hebben, nooit van tevoren in twijfel trekken, totdat wij van het tegendeelovertuigd worden doordat het een of andere voornemen mislukt!"
[9] SUETAL zegt; "Ja, ja, die mening heb ik ook wel, maar je moet toch wat zeggen!"
[10] RIBAR zegt: "Broeder, het is hier werkelijk beter steeds te zwijgen en verder alleen maar te kijken en te luisteren! Kijk, de jongen maakt de rollen en de platen klaar! Let dus maar goed op, want hij zal nu zeker meteen beginnen te schrijven!"
[11] SUETAL staat nu op en observeert nauwlettend hoe de veronderstelde, jonge leerling zal schrijven, maar als hij scherper toeziet, ontdekt hij dat alle rollen en de platen al volgeschreven zijn. Daarover buiten zichzelf van verbazing, roept hij luid: "Nee, iets groters dan dit wonder bestaat niet! Wij wachtten tot de leerling zou beginnen met zijn dubbele.schrijverij, en kijk eens, hij heeft alles al klaar! Ah, dat gaat alle menselijke begrip volkomen te boven en zoiets werd nog nooit gehoord!"
[12] Op deze uitroep van Suetal staan nu alle twaalf op, kijken naar de open rollen en naar de dicht beschreven platen, en allen overtuigen zich ervan dat zowel de rollen alsook de platen helemaal beschreven zijn met goede, zuivere en goed te lezen schrifttekens, en zij vragen zich af: "Hoe is dat nu mogelijk?"
[13] RAPHAËL merkt de verbazing van zijn tafelgenoten wel en zegt tegen Suetal: "Kijk, dat komt door die acht vissen die ik gegeten heb, waarop jij wat jaloers was. Men moet eerst wat krachten opdoen, wil men zo'n werk goed volbrengen! -Of denk jij dat niet?" .
[14] SUETAL zegt: "Beste, wonderbaarlijke vriend, je wilt me een beetje plagen, maar dat geeft niet, want ik zie dat je een enorme dosis goddelijke almacht bezit en met jou valt niet te twisten! De acht vissen hebben je zeker niet zo'n almacht gegeven, maar alleen de goddelijke, grote meester uit Nazareth heeft je die gegeven! Zorg jij er daarom voor dat wij hem nu eens vlug te zien krijgen! Ons hart laat ons nu niet meer met rust, wij moeten hem zien en spreken! -Want nu zouden ook wij hem eens willen zien en spreken!"
[15] RAPHAËL zegt: "Heb nog wat geduld tot ik het geschrevene hier helemaal op orde heb, daarna zullen wij pas gaan zien waar mogelijkerwijs voor de blinden en doven de grote meester zit!" Daarmee zijn de twaalf tevreden en voorlopig houden ze zich kalm.
[16] Raphaël doet de rollen nu ordelijk bij elkaar en geeft ze samen met de platen aan de ook niet weinig verwonderde Cyrenius, die ze meteen doorkijkt en de juistheid ervan verbazingwekkend vindt.
«« 73 / 246 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.