Verschillende zeden.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)

«« 208 / 263 »»
[1] Nu stonden wij eindelijk op van onze tafels en gingen snel naar de Moren, terwijl de fraaie morgenzon juist haar natuurlijke, lichtende luister weer aannam. Toen Ik daar kwam, verhieven zich allen van hun lange tafel en maakten met de handen over hun borst gekruist heel eerbiedig een buiging voor Mij.
[2] En de AANVOERDER zei in goed Galilees-Hebreeuws: "Heer, Heer, Heer! Er is nu geen ongelovige meer onder ons! leder woord uit Uw heilige mond zal voor ons een nooit meetbare, grote genade van Uw waarachtige vriendelijkheid en erbarming zijn voor alle tijden der tijden, ja voor de eeuwigheid!
[3] Eeuwige Heilige, als U ons, zwarthuiden, waardig genoeg acht om ons wat meer te vertellen over ons en onze plichten en vervolgens ook over Uw wezen, maak ons dan gelukkig door enige woorden uit Uw mond, en dan zullen wij ons daardoor voor alle tijden der tijden ook nog in onze laatste nakomelingen overgelukkig voelen U als Schepper en Heer van de gehele zintuiglijk waarneembare en geestenwereld gezien en gesproken te hebben!
[4] De lichtglans, die ik in mijn visioenen als een levende stralenkrans om Uw heilige wezen zag, is nu zichtbaar in Uw grote liefde en vriendelijkheid en in Uw wijsheid, die haar weerga niet kent in de gehele oneindigheid.
[5] Wij zijn nu als gewillige lammeren, zij het dan begroeid met zwarte wol; maar zoals de zwarte kleur zeker meer licht en warmte in zich opneemt dan de witte -waarom wij ook witte kleding dragen om het teveel aan licht en warmte van ons af te houden -, zo geloof ik dat wij zwarthuiden ook het heilige licht van Uw geest dieper en intensiever in ons hart zullen opnemen dan zovelen waarvan het lichaam gehuld is in een witte huid, maar bij wie het gemoed het geestelijke licht sterker afstoot dan onze witte kleding het natuurlijke licht en de warmte. Daarvan hebben wij voorbeelden genoeg in het grote Memphis aangetroffen, die de overste 'bewegende levensschaduwen' heeft genoemd. Die mensen leven als eendagsvliegen, die de morgen schept en de avond weer doodt.
[6] Weliswaar hebben wij ook niets waarop wij ons tegenover U, o Heer, zouden kunnen beroemen, maar wij weten wel dat wij alleen maar mensen zijn, en dat wij allen werken zijn van één en dezelfde Schepper en ons daarom ook nooit kunnen inbeelden, dat de een wat voor zou hebben op de ander, alsof hij in alle ernst een soort heersende halfgod zou zijn. Iets dergelijks zagen wij bij de blanken, waar er een zich verbeeldde heerser te zijn en alle anderen zich tot op de grond voor hem moesten buigen, terwijl degenen die dat niet deden meteen met stokken werden geslagen. Heer, deze deugd van de blanken beviel ons helemaal niet, en dat straffen geeft blijk van heel weinig wijsheid!
[7] Wij slaan onze kinderen nooit, ook dieren niet; maar wij hebben geduld en kunnen wachten en oefenen onze kinderen voortdurend in alles wat wij goed, waar en noodzakelijk vinden. Zodra onze kinderen groot, krachtig en verstandig worden, behandelen wij hen niet meer als onze levenslange slaven, maar als onze broeders en als mensen die helemaal gelijkwaardig zijn aan ons, en die net als wij, ouders, met alle levensrechten uit Gods hand zijn voortgekomen. En toch houden onze kinderen heel veel van ons en nooit doet welke zoon of dochter ook ooit onrecht tegen vader of moeder!
[8] Bij de blanken zagen wij de kinderen van angst kruipen en als honden jammeren onder de strenge blikken van hun ouders! Men zou haast zijn gaan geloven dat het zo engelen worden. Maar wanneer zulke kinderen bij bepaalde gelegenheden zonder toezicht van hun ouders waren, veranderden zij als een blad aan een boom en zou men ze zonder meer voor leerlingen van de duivel gehouden kunnen hebben, die, zoals de overste in Memphis ons vertelde, de barre kloven der aarde onveilig maken. -Voor zo'n opvoeding van de mensen zouden wij voor eeuwig en altijd willen bedanken!"
«« 208 / 263 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.