Aanwijzingen van de Heer voor de verbreiding van het evangelie

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)

«« 130 / 276 »»
[1] (DE HEER: ) 'Laten we ook vooral niet hardop van tevoren beweren: ' Zo en zo zal het gaan!' Want als het grote werk moet slagen, dan mag zelfs Ik niet een scherpe blik in de toekomst werpen, opdat er tussen Mij en de door Mij geschapen mensen vooral niet het minste in komt te staan dat ook maar enige invloed zou kunnen uitoefenen op de vrije wil van de mensen.
[2] Wij van onze kant moeten daarom ook niets anders doen dan de mensen enkel de volle komst van Gods rijk van de zuivere liefde en waarheid verkondigen, en alleen als het nodig is er een klein wonder aan toevoegen, dat zich echter altijd alleen maar als een weldaad kenbaar moet maken en nooit als een straf of zelfs als een met toorn vervulde wraak zelfs dan niet wanneer wij door de blinde en derhalve ook zeker zeer ondankbare mensen het grootste ongemak te verduren zouden krijgen. Als een van jullie dat Zou doen, dan zou hij in plaats van iets goeds, alleen maar iets slechts bewerkstelligen en dan zou Ik genoodzaakt zijn om al Mijn genade aan hem te onttrekken en hem tenslotte met toorn in Mijn ogen aan te zien.
[3] Mijn leer moet dus zonder enige uiterlijke en nog minder innerlijke dwang aan de mensen en volkeren in de hele wereld gegeven worden, en er mogen alleen daar wonderen gedaan worden, waar de mensen ten eerste een levendig het hele hart overtuigend, vast geloof hebben, waarin geen enkele uiterlijke twijfel meer voorkomt, en verder veel ervaring en veel kennis bezitten wat de verschillende dingen betreft.
[4] Voor zeer licht en bijgelovige mensen moeten geen wonderen gedaan worden, omdat ze daardoor meteen beroofd zouden worden van iedere vonk van hun toch al zwakke vrije wil! En dan zou Mijn nieuwe leer uit de hemelen voor hen absoluut niet nuttiger zijn dan hun oude bijgeloof; want ze zouden meteen aan de woorden uit de hemelen een bijzondere, goddelijk magische werking toe gaan schrijven, ze op zich laten inwerken, en zich geheel passief op gaan stellen in alle dingen en omstandigheden, en al het handelen volgens Mijn leer laten voor wat het is.
[5] Ja, uiteindelijk zouden ze zelfs zo traag worden als tegenwoordig veel welgestelde joden, voor wie het zelfs teveel moeite is om zelf tot God te bidden; zij betalen de Farizeeën en ook andere mensen om voor hen bidden, omdat ze er zelf veel te weinig tijd voor zouden hebben, en het ook veel te lastig voor hen is om die vele ellenlange gebeden zelf voor zich uit te murmelen
[6] Als het echter eenmaal zo ellendig ver mocht komen met deze nieuwe leer van Mij, dan kan een algemeen gericht dat alles tot de toestand van de oude waarheid terugbrengt, zoals in de tijden van Noach, zeker niet ver meer zijn.
[7] Leer de mensen daarom de zuiverste waarheid en laat alles wat met mysterieuze en magische wonderen te maken heeft er totaal buiten, omdat anders alles mis zou gaan! Want als iemand het handelen volgens zijn vrije wil achterwege laat en tot een soort vrome traagheid overgaat, dan houdt hij immers op een mens te zijn; dan is zijn waarde minder dan die van een dier, en is hij te vergelijken met onvruchtbaar en wild struikgewas, dat onder inwerking van buitenaf, van het licht van de zon en haar warmte slechts als wild gewas zonder vrucht vegeteert en bijna tot geen enkele noodzakelijke zelfwerkzaamheid meer in staat is.
[8] Bij zulke mensen verkilt dan ook de liefde, en de arme naaste is voor hen tenslotte niets anders dan een lastige vlieg geworden, die hen stoort in hun wereldse slaap vol behaaglijkheid. En wat de liefde tot God betreft, daar betalen ze dan allerlei offers en gebeden voor. Zeg me, hoe ziet het er in het hart van zulke mensen dan uit met het rijk van God?! Ik zeg niet, dat deze toestand later bij mensen die deel hebben aan Mijn leer, zonder meer zal optreden, zoals nu bij de Farizeeën en joden; maar het kan gebeuren, en dat binnen niet eens zo heel lange tijd, wanneer jullie als degenen die deze leer uitdragen niet verstandig genoeg te werk gaan.
[9] Want Ik maak jullie immers niet tot gebonden, maar tot geheel vrije boden ter verkondiging van het rijk Gods op aarde. Wel zullen jullie van Mij altijd een aanwijzing krijgen wat je hier of daar moet doen of zeggen, -maar je zult er nooit met je wil toe gedwongen worden, omdat jullie voor alles ook Mijn lieve en nu allereerste kinderen zijn!
[10] Ik zal noch aan jullie noch aan iemand anders ooit Mijn wil die met Mijn wijsheid overeenstemt, opdringen, maar deze alleen te kennen geven door woorden en door raad; dan moeten jullie je die eerst zelf door je eigen wil en door daden eigen maken, en wel door allerlei zelfverloochening in de verschillende dingen van deze wereld.
[11] "Want jullie weten nu immers dat de hele wereld en haar veelsoortige materie er vanwege de geest is, en de geest eeuwig niet omwille van de materie; en daarom zou het dan ook uiterst dom van jullie zijn wanneer je voor de materie zou. kiezen, nu jullie al voor meer dan de helft van je bestaan mensen zijn die in de geest zijn overgegaan. Maar jullie zullen absoluut niet op een of andere manier door Mij gedwongen worden om volledig voor de geest te kiezen; want Iedere beslissing is en blijft de hoogst eigen zaak van ieder mens zelf, omdat daar juist zijn eeuwig leven van afhangt.
[12] Kennis en geloof alleen, ook al is dit zonder enige twijfel, helpt niemand verder, maar slechts het handelen in overeenstemming hiermee! Daarom moeten jullie ook de mensen die voortaan door jullie de waarheid van Mij zullen leren kennen, er vooral toe aanzetten om ernaar te handelen. want als dat niet gebeurt, kunnen de beloften welke Mijn leer bevat ook nooit in vervulling gaan, zoals iemand nooit in Damascus zal aankomen wanneer hij de weg daarheen wel goed kent en ook vast en overtuigd gelooft dat de hem welbekende weg bijna rechtstreeks naar Damascus voert -, maar nooit een stap op deze weg wil zetten; of wanneer hij ook regelmatig van plan is om de reis daadwerkelijk te ondernemen, maar er nooit toe komt zich op weg naar Damascus te begeven omdat hij in feite door allerlei kleine zaken wordt verhinderd'
«« 130 / 276 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.