De heiliging van de sabbat

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)

«« 264 / 276 »»
[1] Toen we 's ochtends vroeg ontwaakten was iedereen in huis reeds druk in de weer; op de kookplaats brandde reeds een levendig vuur, waar verscheiden pannen omheen stonden waarin allerlei kruidige spijzen voor ons en de mensen in het huis werden gekookt; er waren ook vissen, en wel de beste en mooiste bergforellen. De genezen dochter was de allerbedrijvigste bij de haard en was druk bezig om zo snel mogelijk een goed ochtendmaal voor ons klaar te maken. Toen ze Mij zag rende ze uit liefde gewoonweg op Me af en bedankte Mij nogmaals voor haar genezing.
[2] Maar Ik vroeg haar, hoe het kwam dat ze op een sabbat zoals vandaag zo kon werken?
[3] Daarop antwoordde ELIZA: 'Heer en Meester, in de Schrift staat immers nergens een wet die het de mensen verbiedt om op een sabbat God te dienen!"
[4] IK zei: 'Heel goed, -op een sabbat moet men wel bij uitstek God alleen dienen; maar jij dient nu vol ijver Mij en Mijn leerlingen! Zijn wij dan goden?!'
[5] DE BEDRIJVIGE DOCHTER zei: 'O Heer, Uw leerlingen zijn wel mensen zoals wij; maar U bent God door en door, wat ik nu maar al te duidelijk inzie! En als ik en alle anderen hier in huis met hun bedrijvigheid nu U dienen, dan ontheiligen wij de sabbat zeker niet!'
[6] IK zei: 'Maar zeg Me, allerliefste Eliza, wie jou gezegd heeft dat Ik een God ben! Want zie, als Ik een God zou zijn en Jehova in de hemel is toch ook een absoluut waarachtige God, dan zouden er duidelijk twee Goden zijn; maar in de Schrift staat toch uitdrukkelijk: 'Ik alleen ben je God en Heer; daarom moet je behalve Mij geen andere en vreemde goden hebben!' Wel, hoe kan dat dan, wanneer ook Ik een God zou zijn?"
[7] Terwijl ze druk bezig was om de vissen toe te bereiden zei ELIZA: 'O Heer, dat kan heel goed samen gaan!"
[8] IK zei: "Ja, maar hoe dan?"
[9] ZIJ zei: "Omdat U en de Vader in de hemel niet twee, maar geheel en al één zijn en de hemel altijd en alleen maar daar is waar U, o Heer, bent!"
[10] IK zei: 'Maar wie heeft je dat gezegd en wie heeft je daarin onderwezen?'
[11] ZE zei: 'op de eerste plaats Uzelf, Heer! 'Vrede zij met jou en je huisgenoten!' en 'Gods rijk is nabij gekomen!', dat zijn woorden die alleen maar uit Gods mond kunnen komen! Daarna kwamen Uw wonderdaden, die behalve God niemand kan verrichten! Dan heb ik gisteren toen U, Heer, Zich ter ruste hebt begeven, met mijn vader nog veel over de twaalfjarige Jezus in de tempel gesproken en in Jesaja alle teksten die op U betrekking hebben doorgelezen en toen is meer dan zonneklaar gebleken, dat U als de beloofde Messias niemand anders bent en kunt zijn dan in Uw geest Jehova Zebaoth Zelf. Zie, Heer, dat zijn de redenen waarom ik U nu houdt voor hetgeen U duidelijk bent!'
[12] IK zei: 'Wel, Ik moetje gelijk geven, zoals ook je aardse vader; maar jullie mogen Mij niet vóórtijdig aan je buren verraden! En omdat jullie Mij dus herkend hebben en met jullie ijver vandaag als op een sabbat alleen Mij dienen, kun je werken; maar let erop dat jullie daardoor niemand van jullie buren aanstoot geven!"
[13] ELIZA zei: 'O, daar hoeft U zich geen zorgen over te maken! Dat punt hebben we allang achter ons. Wij verrichten op een sabbat weliswaar geen zware, slaafse arbeid; maar wat er gedaan moet worden doen we ook op iedere sabbat. We zijn nu niet meer onderworpen aan het gehuichel van de tempel en de bijbehorende zelfzuchtige wetten, waarvan iedere rijke zich voor een bepaalde tijd kan vrijkopen, maar onze wet is de waarheid en het goede daarvan en die verbiedt niemand om op een sabbat het allernoodzakelijkste voor zijn huis te verrichten.
[14] En als het zo noodzakelijk was voor het verkrijgen van het eeuwige leven om volkomen passief te zijn, dan zou U, o Heer, zeker aan alle mensen het goede voorbeeld hebben gegeven door op de sabbat geen zon, geen maan en ook geen sterren op te laten komen en onder te laten gaan, waartoe U met Uw almacht zeker in staat zou zijn. En dan zou er waarschijnlijk ook geen wind waaien, geen wolken en nevelen opstijgen, geen beek stromen, geen zee zich bewegen en ook de dieren zouden dan zelfs als voorbeeld voor ons mensen instinctmatig de hele sabbatrust in acht nemen! Maar als men de gehele grote schepping maar enigszins goed observeert, ziet men maar al te gauw dat U op de sabbat even werkzaam bent als op alle andere werkdagen, en omdat wij volgens de Schrift Gods kinderen zijn, doen we toch zeker niets verkeerds wanneer wij in alles de goede, heilige en liefdevolle Vader navolgen!"
[15] IK zei: 'Waarlijk, zoveel wijsheid had Ik in jou als mens nauwelijks gezocht! Blijf daarom zoals je bent en geef allen het goede voorbeeld, zoals de Vader in de hemel altijd aan alle mensen het beste voorbeeld geeft!'
«« 264 / 276 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.