Ruban richt zich tot de Heer

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)

«« 65 / 276 »»
[1] Nadat RUBAN deze volmacht heeft gekregen, gaat hij naar Mij toe en zegt, wanneer hij bij Mij is gekomen: 'Heer en meester vol ware goddelijke kracht! Omdat Roclus om U zeker niet onbekende redenen niet bij U durfde te komen, zoals ook geen van zijn elf metgezellen, hebben ze mij gemachtigd om met U, Allerwaarachtigste, alles met betrekking tot ons afkeurenswaardige instituut te bespreken. Daarna zal alles, wat U maar wilt, beslist gebeuren, en wij willen U zelfs graag het hele instituut ter beschikking stellen en allemaal Uw leerlingen worden! Zegt U nu dus genadig wat Uw wil is, die ons allen heilig is, dan zullen wij strikt daarnaar handelen! Wilt U echter dat het instituut helemaal opgeheven wordt, zegt U het dan; want we zijn allen ook overeengekomen dat het instituut geheel opgegeven wordt, als U dat verlangt!"
[2] IK zeg: 'Je bent een eerlijke ziel, waarom jouw huis dan ook door de vlammen ontzien werd! Maar kijk, als Ik wil dat jullie instituut opgeheven wordt dan zou Ik er hetzelfde mee kunnen doen als met die grote rots in zee, waartegen al heel wat schepen in de storm te pletter zijn geslagen! Zie je de rots nog?"
[3] RUBAN zegt: Ja Heer, ik zie hem en ken hem helaas maar ,al te goed; want ik ben zelf eens bijna tegen die rotswanden verongelukt!
[4] IK zeg: 'Hij worde vernietigd, zodat hij voortaan voor geen enkele schipper meer gevaarlijk is!"
[5] Op dat ogenblik was de rots, die in totaal een inhoud van meer dan tienduizend kubieke vadem had, tot op de bodem van de zee opgelost, zodat er niet alleen geen spoor van over bleef, maar er ook op die plaats niets te merken was van enige troebelheid in het water. Wel zagen allen met grote verbazing op die plek een sterke golfslag, die natuurlijk ontstond doordat het water dat voorheen die grote rots omgaf, in de holle ruimte stortte en van nu af aan een ononderbroken watermassa vormde.
[6] Toen RUBAN dat zag, werd hij van angst vervuld en zei met bevende stem: 'Het is dus precies zoals ik tegen Roclus heb gezegd! Daar houdt alle magie op en gaat het om de naakte waarheid! Wat U nu, o Heer en Meester, met die kwaadaardige rots hebt gedaan, zou U bijvoorbeeld ook even gemakkelijk met de hele aarde kunnen doen, en helemaal met ons slechte instituut! Daarom kan ik nu niets anders zeggen dan: Heer en Meester, Uw wil geschiede! Want U bent geen mens, maar Gods geest.woont ten volle in U! Moge U ons allen, arme zondaars, genadig zijn en zeer barmhartig! U alleen bent alles in alles, en U alleen kunt alles, voor U is niets onmogelijk!"
«« 65 / 276 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.