Over bestaan en niet-bestaan

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)

«« 176 / 214 »»
[1] Rafaël zei: 'Ik wist wel dat je hier aan mij een ervaring zou opdoen, waarop jouw Griekse filosofie, die nog sterk in je is blijven hangen, schipbreuk zou lijden. Die moet weg uit je gemoed, als je het wezenlijke van het rijk Gods reeds tijdens je lichamelijke leven wilt vatten!
[2] Wat bazel je over bestaan en niet bestaan? Er is maar één bestaan; een niet bestaan is er in de hele eindeloze scheppingsruimte helemaal nergens. Het tijdelijke, materiële bestaan is weliswaar alleen maar een proefbestaan om het ware en nooit meer te vernietigen bestaan te bereiken, maar is in zichzelf toch ook alleen maar een vol.komen geestelijk bestaan, omdat er als zodanig in het gehele uitgestrekte bereik van de oneindigheid onmogelijk een ander werkelijk en waar bestaan kan zijn.
[3] Kijk vriend, met al je Griekse wereldse wijsheid -daar zit nu de Heer in ons midden! Hij alleen is het ware en eeuwig werkelijke bestaan in Zichzelf; w.ij zijn alleen maar Zijn door Zijn wil van het kleinste tot het grootste gerealiseerde ideeën en lichtgedachten.
[4] En omdat Zijn ideeën en lichtgedachten de vrucht zijn van Zijn eeuwige, eindeloze liefde, die Zijn wezen en bestaan is, en net als Hij onvergankelijk en voor eeuwig onverwoestbaar zijn, zo is ook ons bestaan voor eeuwig volkomen onverwoestbaar in het reële geestelijke zijn.
[5] Omdat Zijn eindeloze wijsheid en Zijn liefde vanuit Zijn ideeën en gedachten niet alleen voor Hemzelf zichtbare beweeglijke beelden heeft geschapen -als je het op menselijke wijze zo mag zeggen -als het ware voor Zijn vergankelijk en in zekere zin voorbijgaande genoegen, maar omdat ze als aan Hem volkomen gelijke -want uit Hem ontstane -en zelfstandige vrije wezens voor eeuwig moeten bestaan, kunnen deze ideeën en gedachten van Hem niet gelijk gesteld worden met die van de fantasie van een mens, maar zijn ze even ware realiteiten als Hijzelf de enige, eeuwig enig ware realiteit is.
[6] Voor het feit dat Hij aan al Zijn meer dan eindeloos vele ideeën en gedachten een bepaald materieel proefbestaan geeft, ter consolidering van hun zelfstandigheid, heeft Hij in Zijn eindeloze wijsheid vast en zeker de beste en meest waarachtige reden; want welke ware meester, die een groot kunstwerk wil bouwen, zal met eerst zo duidelijk mogelijk bij zichzelf te rade gaan hoe het voor altijd zo behouden kan worden als het moet zijn volgens het zeer wijze plan, dat de meester in zichzelf opvatte?
[7] Het is dus volkomen onmogelijk dat er ook maar een stipje vernietigd zou kunnen worden van wat er eenmaal is, omdat alles wat eenmaal bestaat in de eindeloze. .overvloed aan gedachten en. ideeën van de Heer en eeuwige Meester, Zijn onvernietigbare realiteit bezit. Dat de vormen, verschijnselen en bestaande dingen en wezens, die in de materiële wereld voorkomen, aan veranderingen en schijnbare vergankelijkheid onderhevig zijn, is door de Heer net zo vastgesteld als bij een wijze bouwmeester, die een grote, stevige burcht moet bouwen. Daarbij zul je bij het begin van de bouw ook een heleboel en allerlei ruwe bouwstenen, bakstenen, balken en nog een groot aantal andere voor. de bouw noodzakelijke dingen zien; maar al die op zichzelf afzonderlijke dingen zullen volgens de aanwijzingen van de bouwmeester eerst nog aan geweldige veranderingen onderworpen worden, voordat ze geschikt zijn om gebruikt te kunnen worden voor de bouw van de grote burcht, wat je uit het genoemde beeld veel gemakkelijk zult opmaken en begrijpen. Op precies dezelfde manier zijn alle dingen in de natuur, waarvan de mens de sluitsteen vormt, het voorafgaande bouwmateriaal, waaruit dan pas het wezenlijk bestaande en onverwoestbare van de geestelijke wereld voort moet en zal komen.
[8] Of denk je soms dat de Meester, die de zichtbare hemel, deze aarde met alles wat zich daarop bevindt en de mens vanuit Zichzelf volgens Zijn eeuwige liefde en wijsheid heeft geschapen, zelfs het meest onaanzienlijke mosplantje soms alleen maar heeft laten ontstaan opdat Hij, de Eeuwige, gedurende een paar ogenblikken aan zo'n schepseltje genoegen zou beleven, het dan weer zou vernietigen en laten vergaan, maar onmiddellijk op een ander plekje voor Zijn plezier eenzelfde spelletje zou beginnen? O vriend, wat zou zo'n denkbeeld kleingeestig zijn!
[9] Kijk, als de Heer ook maar één van Zijn kleinste scheppende, goddelijke gedachten en ideeën volledig zou kunnen verdelgen en vernietigen, zou Hij toch ontegenzeglijk iets van Zijn eindeloze volmaaktheid verliezen - wat op zichzelf de reinste onmogelijkheid zou zijn; want Hij is wat Zijn eeuwige geest betreft juist de macht, die de eindeloze scheppingsruimte overal met Zijn alom werkzame aanwezigheid vervult! Waar in Hemzelf zou Hij een uit Hem en lil Hem, door Zijn wil gerealiseerd en eenmaal in een zelfstandig bestaan geplaatst wezen moeten laten, zodat het volledig teniet gedaan zou kunnen worden?
[10] Als je dat allemaal op de juiste manier hebt opgevat, zul je je oude bestaan en niet-bestaan wel in zoverre weten te corrigeren, dat er alleen een bestaan, maar eeuwig nooit een niet-bestaan kan zijn. Want als er een niet bestaan zou zijn, zou het toch ergens moeten zijn en bestaan; maar als het ergens zou bestaan, dan zou het immers geen niet-bestaan zijn, maar iets wat uiteindelijk toch zou bestaan, en dan zou er van al je filosofie van een niet bestaan geen sprake meer zijn.
[11] Kijk, omdat je mij volgens je Griekse filosofie iets hebt willen aantonen wat onmogelijk ooit aan te tonen is, heb ik mij van hetzelfde wapen bediend en daarmee een echt licht voor je ontstoken. Als je het tot een echt heldere levensvlam in jezelf zult laten worden, zul je ook duidelijk begrijpen wat in feite het rijk Gods is in zichzelf, dat wil zeggen in zijn puur geestelijke sfeer, alsook in zijn overeenkomstige betrekking en innige verbinding zowel op deze aarde als op de andere talloze hemellichamen, waarvan je een zeer klein deel als sterren aan het zogenaamde firmament waarneemt. Maar jouw oude Griekse filosofie moet je helemaal uit jezelf verwijderen! Want in deze voor de hand liggende waarheid zulje zeker een waarachtiger troost vinden dan in een leer, volgens welke een mens aan het einde van zijn korte aardse leven zijn gelukzaligheid in het volledige niet-bestaan verwacht!'
«« 176 / 214 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.