De droom van de schriftgeleerde

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)

«« 79 / 214 »»
[1] Toen de zon 's morgens al boven de bergen uitkwam en Ik en de leerlingen zoals gewoonlijk reeds buiten waren, ontwaakten ook de Farizeeƫr en de schriftgeleerde; ze wasten zich volgens het strenge gebruik van de Joden en de Farizeeƫr vroeg toen aan de schriftgeleerde of hij soms een droom had gehad.
[2] Deze zei (de schriftgeleerde): 'Ja, vriend, zoals ik je gezegd heb voordat we gingen rusten; maar ik heb alleen maar dwaze dingen door elkaar gedroomd.
[3] Luister! Ik bevond mij tussen hoge bergen, en waar ik ook keek, overal zag ik enkel goud en zilvermijnen; en ik zag een heleboel mijnwerkers, die die metalen in grote klompen uit de bergen haalden. Toen ik dat metaal echter in zo'n enorm grote hoeveelheid voor mij zag, begon het elke waarde voor mij te verliezen, en toen de mijnwerkers steeds maar meer van dat metaal boven de grond haalden werd ik bang, en ik begon een uitweg te zoeken, maar waar ik ook heenging om daar weg te komen, steeds was de weg zodanig met de grootste klompen goud en zilver versperd dat het onmogelijk was om daar ooit overheen te komen en een uitweg te vinden.
[4] Toen wendde ik mij in mijn grote angst en bijna volslagen vertwijfeling tot een mijnwerker die in mijn buurt stond, en ik vroeg hem mij een weg uit die goud en zilverkloof te tonen.
[5] Maar op heel grove toon brulde hij mij toe: 'Er bestaat hier geen uitweg! Wie eenmaal in deze kloof verdwaald is geraakt, komt er niet meer uit; want wij zien meteen wanneer iemand hier bij ons terechtkomt en versperren hem dan de weg naar buiten, zodra hij onze schatten is gaan bewonderen. In deze kloof hebben al buitengewoon veel machtigen en groten der aarde hun ondergang gevonden, en jij zult niet een van de laatsten zijn!'
[6] Na deze zeer dreigende woorden van die grove mijnwerker, die toen direct van mij wegliep, bereikten mijn vrees en angst hun hoogtepunt, zodat ik daardoor totaal bewusteloos op de grond viel en in die kwalijke toestand in mijn droom andermaal in een nieuwe droom terechtkwam.
[7] Toen kwam er een man naar mij toe die mij op ernstige toon vroeg wat ik daar deed.
[8] Ik zei: 'Waarom vraag je me dat - ik weet niet eens wanneer, hoe en waarom ik hier ben gekomen. Ik heb dat immers nooit gewild en toch bevind ik mij hier.'
[9] Daarop verdween de man en spoedig daarna zag ik een boosaardig dier op mij afkomen. Toen raakte ik in een nog grotere angst. Maar ik zag een bliksem uit de hemel komen die dat boosaardige dier trof, waarvan ik je de gestalte niet kan beschrijven. Het begon te kronkelen en te steigeren en weldra stortte het in een diepe afgrond, en ik begon mij meer op mijn gemak te voelen.
[10] Ik stond op en haastte mij van die plek naar een plaatsje toe, dat tamelijk ver van mij weg lag en er vriendelijk en uitnodigend uitzag. Al gauw kwam ik in de buurt van dat plaatsje. Ik zag er heel sierlijke tuinen, waar een groot aantal van allerlei vruchtbomen stonden die ik niet kende en waarvan de takken vol hingen met de meest buitengewone vruchten.
[11] In een van die tuinen zag ik ook vrouwen en meisjes van een grote schoonheid, en ik begon zin te krijgen om met hen te praten. Maar mijn lust was ook snel weer over; want toen de meisjes en de vrouwen mij zagen, begonnen ze te schreeuwen en vluchtten ze voor mij weg.
[12] Ik dacht bij mijzelf: 'Waarom is dat toch?'
[13] Toen hoorde ik een stem vanuit een verborgen hoek: 'Dat is onze vijand! Vlucht voor hem, opdat hij ons niet ook hier van onze bezittingen, onze kuisheid en onschuld berooft! Jullie, onze mannen, grijp hem en bind hem vast en werp hem in een kerker waar padden en slangen huizen!'
[14] Toen ik dat hoorde, begon ik te vluchten over stenen en stoppels; uiteindelijk viel ik van vermoeidheid op de grond en daarna werd ik wakker.
[15] Werkelijk, dat was toch wel een dwaze en slechte droom, en ik ben van het angstzweet nog helemaal nat over mijn hele lijf.
[16] Wat vind jij nu, vriend, van deze nare onzinnige droom?'
«« 79 / 214 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.