Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1972 resultaten - Pagina 1 van 132

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[5] Zo vraagt een onderwijzer zijn leerlingen naar zaken, die hij ook zonder het antwoord van de kleine leerlingen tevoren heel goed weet en weten moet. En de rechter vraagt de overtreder van de wet wat hij gedaan heeft, niet om nu pas te weten te komen wat deze tegen de wet gedaan heeft -dat weet de rechter al lang! -, maar hij wil van de ondervraagde alleen maar de bekentenis, en hij straft de geslepen zondaar als hij hardnekkig alles ontkent, waarvan de rechter door de eensluidende verklaringen van een aantal getuigen reeds lang volkomen overtuigd is geraakt!
Hoofdstuk 257: De alwetendheid van God. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[16] Ik zei: 'O nee, in geen geval, maar wees alleen streng volgens de echte wetten van Rome, waarin veel verzachtende omstandigheden bij bepaalde kleine vergrijpen te vinden zijn! Een zachtmoedige rechter in deze wereld zal in de andere wereld ook door Mij zacht geoordeeld worden, en een barmhartige zal ook bij Mij barmhartigheid vinden. Kortom, met dezelfde maat waarmee jij meet, zal ook jij gemeten worden!'
Hoofdstuk 16: De voorwaarden om wijsheid te verkrijgen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Zie, hun God is ook de onze; maar zij hebben aan Hem een goede Vader - wij echter een Rechter! De Vader kent hun liefde en Zijn oog en oor is met hen. Maar zo is het niet bij ons. Wij zijn aan onszelf overgelaten en kunnen handelen, zoals we maar willen; maar indien wij willen overleven, hebben wij wetten en orde nodig. Want anders kan nu de ene de andere naar willekeur in haat en nijd doodslaan en zo zal het vat van de gerechtigheid zich voortijdig vullen en wij zullen dan allemaal te gronde gaan aan de op ons neerkomende grote last van onze gruweldaden. Laten wij ons daarom hecht aaneen sluiten en samen grote en kleine stenen bijeenbrengen en een hoge en stevige woning voor hem maken. En voor ieder van ons bouwen wij een kleine woning in een wijde kring om de zijne, zodat hij allen kan overzien en hun doen en laten kan gadeslaan. Als vorst in jullie midden zal hij echter vrijgesteld zijn van iedere arbeid en zal eten van wat jullie handen opbrengen.
Hoofdstuk 22: Hanoch, Kaïns zoon, als wetgever - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[24] Daar je Mij ook een rechter noemde, zul je het langst op aarde leven; want zie, Ik ben weliswaar een rechter voor alle schepselen, - maar de kinderen zullen hun Vader geen rechter noemen! Voorts zullen echter al diegenen worden gericht die de Vader als rechter zullen aanroepen! Het lange aardse leven zij voor jou dus een kleine gift van de rechter, opdat je voldoende de tijd zult hebben, jouw rechter weer als Vader te waarderen! Amen.
Hoofdstuk 166: Hoe de ware liefde tot God zal moeten zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] De overste zegt: o jij ongehoorzaam kind, hoe heb je je zo door de duivel in beslag kunnen laten nemen, dat je het je nu veroorlooft om zo'n verschrikkelijke vraag te stellen? Weet je dan niet dat niemand vóór de jongste dag in de hemel kan komen en dat, op voorspraak van de heilige maagd Maria, van de heilige Theresia en tussen hen in van de heilige Jozef, Christus de Heer onze orde van het vagevuur heeft vrijgesteld omdat ze de allerstrengste is, en dat de Heer ons in plaats daarvan voor onze volledige zuivering de genade heeft verleend om zelfs na ons aardse leven voor de daarin begane kleine zonden en doodzonden onszelf volkomen te zuiveren om aan Zijn allerhoogste gerechtigheid te kunnen voldoen. Daarom moeten de regels van de orde van onze verheven stichteres hier allerstrengst in acht worden genomen. Anders zou het kunnen gebeuren dat zo'n ongehoorzaam kind als jij op de jongste dag voor de onverbiddelijke, allerstrengste en rechtvaardige Rechter het oordeel te horen krijgt: ga weg van Mij, vervloekte, want ik heb jou nooit als Mijn zuster erkend!
Hoofdstuk 62: Bezoek aan de karmelietessen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Werkelijk, hoe vaak heb ik op aarde voor het volk vanaf de kansel gepredikt, hoe verschrikkelijk het is om voor het aangezicht van de onverbiddelijke Rechter te verschijnen en hoe vreselijk het is om in de handen van de levende, almachtige God te vallen! Het is best mogelijk dat veel van mijn toehoorders door mijn preken ook innerlijk diep geschokt werden, maar ikzelf heb mijn preken zeker allerminst ter harte genomen en liet me daarna, zoals jullie weten, een lekkere hap evenals een goed glas wijn heel goed smaken. Hier is het volgende spreekwoord precies van toepassing: wie een kuil graaft voor een ander, valt er tenslotte zelf in. Daarom zit ik nu dan ook tot over mijn oren in deze kuil en voel sterk en levendig, wat ik tijdens mijn leven door mijn preken de anderen wilde laten voelen. Daarom vraag ik jou dan ook des te dringender, mij en ons allemaal een kleine troostende mededeling te doen, waarin je ons vertelt hoe het mogelijk is dat jij in de situatie waarin we ons bevinden, zo vrolijk kunt zijn.
Hoofdstuk 97: De bekentenis van een prediker Huiswaarts - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[7] Na deze krachtige roep schuift de kleine, vaag lichtende, heuvelachtige wereld snel onder de voeten van onze man. En wel zo, dat hij voor de eerste keer na zijn gewelddadige overgang precies aan Jezus' rechter zijde op de hoogste berg weer vaste grond onder zijn voeten voelt.
Hoofdstuk 13: De roep van Robert. De komst van Jezus. De afgescheiden ziel vindt weer vaste grond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Wanneer zulk een machthebber zich onttrekt aan zijn eigen wet, dan rijst de vraag wie hem dan ontheft van jouw liefdeswet, die voor de hele wereld zonder onderscheid van stand of karakter geldend dient te zijn? Waarom moeten honderdduizenden in de grootste armoede versmachten, wanneer ze slechts, vaak alleen door grote nood gedwongen, zich aan een of andere kleine oneerlijkheid hebben schuldig gemaakt? Waarom moeten zij zich de onverbiddelijke gestrengheid van de wet laten welgevallen, terwijl de groten onbekommerd en gewetenloos kunnen doen wat ze willen, en geen rechter ze tot verantwoording mag roepen!
Hoofdstuk 23: Roberts instemmende antwoord. Zijn tegenvraag over het machtsmisbruik van de vorsten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Ik zeg: 'Mijn beste Bruno, je hebt nog een beetje honger en dorst! Weet je ook waar dat vandaan komt? Kijk, dat komt, omdat er in jouw hart nog een kleine rechter zit! Deze rechter is op zichzelf weliswaar heel billijk en rechtvaardig, maar toch past hij niet in Mijn ordening.
Hoofdstuk 111: Bruno heeft nog steeds honger en dorst. Wenken over de hemelse ordening - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Jammer genoeg is het trouwens vaak zo dat de zachte vermanende stem van Mijn engelen onopgemerkt blijft voor de verstokte oren van de wereldmensen, en Ik dan genoodzaakt ben de stem van de duivels voor de dove mensen te laten klinken. Vindt echter de stem uit de hemelen ook maar enigermate gehoor, dan laat Ik de stem van de duivels graag verstommen. Want een vader blijft toch steeds de zachtmoedigste rechter en slaat er niet meteen op los, ook al houdt hij de tuchtroede dreigend omhoog. Het is beter tientallen jaren lang te dreigen en door de vingers te zien, dan een jaar lang te straffen. Want de planten op onze aarde zijn van de teerste soort en moeten met veel omzichtigheid behandeld worden. De geboorteplaats van de kinderen van Mijn hart is een andere dan van die van Mijn andere wezensdelen. Jullie moeten altijd voor ogen houden dat juist die kleine aarde de geboorteplaats is van de kinderen van Mijn hart!
Hoofdstuk 144: De eeuwige dood, zijn oorzaak en zijn wezen. Het lot van degenen die in de derde hel ten prooi vallen aan de eeuwige dood. Het dreigen met het oordeel en de lankmoedigheid van de Heer. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[12] Deze eerste mensen stierven vervolgens op de kleine resten van deze eens grote planeet geheel uit, omdat zij daar geen voedsel meer vonden. In hun plaats kwamen er toen naar verhouding kleine mensen, die nu nog de kleine planeetjes bewonen en buitengewoon bescheiden wezens zijn en nu overeenkomen met de hoofdharen en de wenkbrauwen in de grote, universele scheppingsmens. Op de achtergrond zie je echter nog de hele planeet, met alles, zoals hij vroeger bestond, behouden voor een grote dag, die eenmaal over de hele oneindigheid zal uitgaan! [13] Nu weet je ook van deze deur, wat je voorlopig moet weten. De rest zal te rechter tijd vanzelf uit jezelf komen en wel uit dit zaadje, dat Ik nu in je hart heb gelegd! Volg Mij daarom naar de tiende deur, waar je weer nieuwe wonderen staan te wachten; zo zij het!'
Hoofdstuk 46: Het negende vertrek met zijn treurig geheim - De verwoeste wereld van de asteroïden en de geschiedenis hiervan - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Op deze voorliggende vraag moet gezegd worden, dat met de uitdrukking -woestijn -niet zozeer de kleine woestenij van Bethabara aan de overzijde van de Jordaan gelegen, bedoeld werd, maar veel eerder de geestelijke woestijn in de harten van de mensen. De woestijn van Bethabara, waar Johannes inderdaad leefde, predikte en doopte, was voor dit doel slechts daarom gekozen, opdat de mensen konden zien hoe het er in hun eigen hart uit zag, namelijk net zo woest, leeg, zonder edele vruchten, maar vol dorens en distels, allerlei onkruid en vol adders en ander verwerpelijk kruipend gedierte. En in die menselijke woestijn treedt Johannes op als een ontwaakt geweten, wat hij zuiver geestelijk gezien ook is, en predikt boetedoening ter vergeving van de zonden en bereidt zo voor de Heer de weg naar de harten van de tot een woestijn geworden mensen.
Hoofdstuk 5: Jordaan. Johannes de doper getuigt van zichzelf. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Toen deze leerlingen opgenomen waren en Mij aan Mijn woorden en door de enthousiaste verhalen van degenen, die bij Mij waren, herkend hadden, startte Ik met het formele onderwijs aan de mensen, en Ik begon hen tot boetedoening te manen omdat het Rijk van God dichtbij gekomen was. Ik ging in hun synagogen en gaf daar lessen. Velen geloofden, maar nog meer ergerden zich en wilden Mij grijpen en van een berg in zee gooien. Ik ontliep hen echter, tesamen met allen die bij Mij waren, en bezocht een paar kleine plaatsjes aan de Galilese zee. Ik verkondigde daar het Rijk van God en genas veel zieken; en de armen en het gewone volk geloofden in Mij en namen Mij liefderijk op. Een aantal van hen sloot zich bij Mij aan en volgde Mij overal, zoals de lammeren hun herder.
Hoofdstuk 12: Naar Kapérnaum. Begin van het prediken. In Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Kaiphas presteerde het zelfs om in het binnenste van de tempel nog bepaalde plaatsen te verhuren aan de duivenverkopers en een paar kleine wisselaars. Deze kleine wisselaars hadden kleine munten, zoals groschen en staters, en zij wisselden voor hun klanten deze kleinere munten tegen zilverlingen, Romeinse goudstukken of Romeins veegeld, waarbij zij een zekere winst voor zichzelf hielden. Veegeld was geld dat de Romeinen speciaal voor het kopen van vee gebruikten. Afhankelijk van het dier , dat op de munt afgebeeld stond, kon men daarmee voor een soortgelijk dier betalen. Als men dit veegeld bij de grote en kleine wisselaars wisselde voor ander geld, dan werd een hogere winstmarge berekend.
Hoofdstuk 12: Naar Kapérnaum. Begin van het prediken. In Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[15] Nu werd de Jood ontstemd en ging weg naar zijn andere genoten, waaraan hij alles vertelde wat hij van Mij gehoord had. Zij schudden hun hoofden en zeiden: 'Vreemd! Hoe kan deze mens dat weten?' - Ik verliet echter die plaats en ging met de Mijnen in een kleine herberg buiten de stad en bleef daar enige dagen.
Hoofdstuk 15: De tekenen die doden. Herberg buiten Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...