Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

21 resultaten - Pagina 1 van 2

1 - 2
[10] IK zeg: " Ja, geliefden, Gods oog ziet heel scherp en ontdekt ook in de volmaaktste engel nog vlekken, - en dat geldt ook voor een zuiver mensenhart, dat is als Gods oogappel. Ik liet dit echter niet voor jullie, maar voor de gasten gebeuren, opdat zij uit de reine mond van een tot leven gewekte jongen zouden vernemen hoever zij nog van het evenbeeld van God afstaan. Overigens heeft de jongen al vanaf zijn geboorte een buitengewoon scherpe geest, en niemand moet nu denken dat Ik hem bij deze gelegenheid de woorden in zijn hart en daarna in de mond gelegd zou hebben. Zij zijn helemaal van hemzelf, daarom zal hij eens voor Mij een bekwaam werktuig zijn. "
Hoofdstuk 79: Twee engelen bieden Josoë hun diensten aan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] RISA zegt: "Heer, kijk maar eens naar die blauwe vlekken en let eens op het reeds vergevorderde ontbindingsproces, dan zult zelfs U het met mij eens zijn dat deze beiden alleen op de jongste dag van Daniël door de almacht van God weer tot leven zullen komen!"
Hoofdstuk 26: De opwekking van de twee verdronken meisjes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Dat de een of andere plaatselijke aantasting die slechts aan de grote oppervlakte, dus slechts op de buitenste laag, van de zon voorkomt en niet zo eenvoudig geheel vermijdbaar is en maar kort duurt, ook meteen op de planeten een nadelige invloed heeft, bewijzen de meer dan eens voorkomende zwarte vlekken die jullie zo nu en dan op de op of de ondergaande zon gezien hebben. Zodra jullie zo 'n vlek zien, ook al is die maar zo groot als een stip, kunnen jullie erop rekenen dat die ontregeling ook weldra op aarde door stormen en slecht weer haar invloed zal laten gelden.
Hoofdstuk 215: De uitstralende sferen van mens en zon. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Toen zei EEN van de burgers: 'Heer, hoe staat het dan met de vlekken die de zonden op de ziel achterlaten? Want wij hebben gehoord, dat als iemand eenmaal gezondigd heeft en hem als hij zich verbetert door boete te doen de zonde ook kwijtgescholden is, er toch altijd een zwarte vlek op zijn ziel achterblijft, waardoor zij zodanig gebrandmerkt is dat dan in het andere leven iedere zuivere ziel haar ontwijkt en niet met haar omgaat, en dat zo'n bevlekte ziel net zo lang God niet mag zien tot zij de vlek in het kwade vuur van de onderwereld (Scheoul) helemaal is kwijtgeraakt.'
Hoofdstuk 19: De reiniging van de zonde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Ja, wie op hoge leeftijd met alle ernst zoekt wat hij in zijn jeugd met veel minder moeite gemakkelijk had kunnen vinden, als de wereld met haar zinnelijk genot en lichtzinnigheid hem dat niet hadden verhinderd, zal het ook nog vinden -maar pas wanneer hij zijn ziel van alle materiële slakken en vlekken heeft gereinigd!
Hoofdstuk 154: Het geestelijke zoeken van de Grieken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[16] Ik antwoordde: 'Ik heb je immers al gezegd dat zij steeds onderricht zijn door afgezanten van Mijn geest, die het licht vanuit Mijn hemelen overbrachten en de mensen al naargelang hun begripsvermogen onderwezen. Deze afgezanten hebben echter bovenal het inkeren in het innerlijk van de geest onderwezen, zodat iedereen die de waarheid in zichzelf wilde vinden, die ook kon vinden; maar dat is, zoals jullie weten, de wedergeboorte van de ziel. Dat inkeren heb Ik jullie ook vaak aanbevolen als een geschikt middel om de ziel vrij en schoon te maken van alle vlekken en smetten van haar zelfzucht en daardoor tot Mij te komen.
Hoofdstuk 52: De wedergeboorte van de geest - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[35] En zie, je moet nog dieper schouwen, hoe en waarom Ik alles zo geregeld heb! Zie, de maan heeft vlekken en vele donkere plekken en de aarde heeft koude, maar vaste polen en heeft hoge bergen en heeft diepe dalen en heeft bronnen, beken, rivieren, stromen, zeeën en kleine en grote meren; en de zon heeft vlekken, grote en kleine. Nu zie, dit alles zijn uitwerkingen van de liefde en van de genade, ofwel van de daarmee overeenkomende warmte en van het licht, hetgeen allemaal de eeuwige Liefde is en de macht van de Godheid door Haar. Kijk daarom naar de zwakken en naar de maan, hoe zij op elkaar lijken en haar wezen wordt je verklaard; overdenk al het doen en laten van de sterken en voor je ogen zal de aarde ontsluierd liggen; en van de ene pool tot aan de andere moet de onbeweeglijke rust van de geest in de liefde tot de liefde aanwezig zijn, zodat alles wat de geest omringt in een vaste ordening kan bewegen en daardoor voor het gemeenschappelijke doel van de eeuwige instandhouding bezig kan zijn. Want zie, alles hangt van rust af; zonder deze kan niets bereikt worden en wie niet is als de polen van de aarde, die dringt niet door tot in zijn binnenste, zoals de verbindingslijn tussen de polen het middelpunt van de aarde doorsnijdt. En je liefde moet koud zijn als het ijs op de polen, zodat je in staat bent alle warmte van de goddelijke liefde op te nemen. Want zie, wat warm is, is niet geschikt voor het opnemen van warmte; maar wat koud is in zijn rust, dat is in staat warmte in overvloed op te nemen en het uit te laten stromen in alle delen van het leven. Want zie, wie de warmte, die Gods liefde is, in zich opneemt en die in zich vasthoudt en haar niet verder laat stromen, is een vrek en zijn binnenste zal opgelost worden en hij zal zichzelf vernietigen als het ijs bij het vuur; wie haar echter ontvangt zoals de polen en haar meteen weer doorgeeft aan allen die dichtbij en veraf zijn, bij hem is de goddelijke liefde op de juiste plaats en hij beantwoordt aan de wil van de grote en heilige Gever.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Jonatha antwoordde: 'Ei­genlijk zie ik niets anders dan de oude vlekken, die steeds hetzelfde blijven,
Hoofdstuk 174: Jozef en Jonatha houden bespiegelingen over de volle maan. Het Kindje over veelweterij in tegenstelling tot veel liefhebben. Aanschijn Gods en wezen van de maan - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[5] maar toch denk ik als ik de maan zie telkens, wat die vlekken toch zullen betekenen, en ook: wat voor een lichaam die maan nu eigenlijk is, waarom we haar soms helemaal niet, dan weer als een sikkel, en ook nog wel eens half kunnen zien.
Hoofdstuk 174: Jozef en Jonatha houden bespiegelingen over de volle maan. Het Kindje over veelweterij in tegenstelling tot veel liefhebben. Aanschijn Gods en wezen van de maan - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[9] Want alle zonden, alle vlekken en alle smetten van mijn hart zijn voor U even duidelijk als de helderste dag en mijn gedachten kent U wel en al mijn begeerten hebt U Zelf geteld!
Hoofdstuk 64: Het visioen van Horidaël. De innerlijke, onderrichtende stem in de mens - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[11] Wanneer we dat nu uit ervaring weten, dan zullen we ook gemakkelijk begrijpen waarom het goed is wat langer naar de witte, vlakke muur van dit gebouw te kijken, namelijk, om dezelfde reden dat het goed was langer naar de zon te kijken. Jullie hebben toen, door langer te kijken de complete zonneschijf en zelfs haar vlekken gezien en wij zullen hier in deze zee van licht geleidelijk aan het ornament van dit zuilenrondeel beginnen te onderscheiden.
Hoofdstuk 44: Achtste verdieping. Over het binnengaan in het leven van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Verhef nu je blik van de aarde naar de zon, die een getrouw beeld is van de wedergeborenen! Kijk goed en je zult spoedig gewaarworden, dat er zich menigmaal vlekken op haar evenaar bevinden. Zie, volgens de natuurlijke uitleg van de verschijnselen, zoals jullie dat noemen, zijn dat uitbarstingen vanuit haar binnenste net als vuurspuwende vulkanen op aarde en zijn het overeenkomstige uitbraken van de woede van de Godheid en kleine blijken van Haar alles vernietigende macht, die volgens de natuurwetten zich altijd door grote of kleine onweersbuien, afhankelijk van de grootte van de vlekken, op de aarden plaatselijk kenbaar maakt; maar dan wordt de Liefde des te werkzamer en verzacht alles weer met de wateren van erbarming, en op de zon met de grote stroomvloeden uit de oeverloze zee van Haar erbarmende genade. En zie, zo wordt alles weer tot de juiste orde teruggebracht en buiten deze ordening, waarin Ik vanaf de eeuwigheid der eeuwigheden de eeuwige Liefde Zelf ben en waaruit en waarin alles wat bestaat werd gemaakt, kan niets bestaan noch ontstaan; en wie gezien zijn vrijheid, uit deze ordening treedt, die handelt tegen de liefde en tegen het leven en zal voor eeuwig te gronde gaan.
Hoofdstuk 6: De analogie van het gesternte - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Wat vinden jullie zo op het eerste gezicht van de ochtend- of de avondzon? Jullie zeggen: beste vriend en broeder, we vinden haar onverdraaglijk fel schijnen en we kunnen de ronde vorm van haar lichaam niet onderscheiden, want haar gestalte lijkt op een vormloze vuurbal. Goed, vrienden en broeders, maar wat gebeurt er wanneer jullie jezelf overwinnen en onafgebroken naar deze vuurbal gaan kijken? Jullie zeggen: de glans verdwijnt geleidelijk aan en voor onze ogen staat slechts een sneeuwwitte schijf die aan haar rand voortdurend lijkt te vibreren en wanneer we echt lang toekijken, kunnen we zelfs de grootste vlekken op haar oppervlak als heel kleine zwarte puntjes waarnemen.
Hoofdstuk 44: Achtste verdieping. Over het binnengaan in het leven van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Nu we dit weten, wordt het stralen van iedere zon jullie nog grondiger duidelijk, als Ik jullie zeg, dat desondanks iedere zon toch ook nog haar eigen licht heeft vanuit het gebied van de daar wonende geesten. Dit eigen licht is echter niet van die intense aard zoals jullie de zon waarnemen; maar het is veeleer slechts een voortdurend actief vermogen van het luchtoppervlak van het zonnelichaam, waardoor deze het van de centraalzon en van de wanden van de hulsglobe uitgaande licht en de uitstralingen van andere zonnen des te inniger en volmaakter in zich kan opnemen en daarna weer kan doorgeven. Om deze reden bestaan er op ieder zonnelichaam dan ook een groot aantal vulkanen, met name in het gebied van hun evenaar. Hoe het echter zit met deze vulkanen, die niet zelden voor het gewapende oog als zwarte vlekken zichtbaar worden, en hoe de luchtatmosfeer van de zon door hen steeds in staat wordt gehouden om licht op te nemen, zal jullie in de volgende mededeling bekend gemaakt worden.
Hoofdstuk 5: De uit zichzelf stralende hoofdmiddenzon. Het spiegellicht van de ondergeschikte zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[1] Jullie zullen al wel vaker waargenomen hebben, dat de zon meestal op haar evenaar soms één of verscheidene, deels grote, deels kleinere vlekken vertoont, waar omheen zich aan het gewapende oog een walvormige rand toont, waarachter zich dan naar alle kanten golven van licht verspreiden, door sommige astronomen ‘fakkels’ genoemd. - Onder vele wereldse geleerden is al heel dikwijls de vraag opgeworpen, wat deze vlekken toch zouden kunnen zijn. - Deze vraag heeft ook al even zovele hypothetische antwoorden gekregen, maar nog nooit was daar een volkomen zeker antwoord bij.
Hoofdstuk 8: Oorzaak en wezen van de zonnevlekken - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
1 - 2