Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

476 resultaten - Pagina 1 van 32

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[7] Een mens die dus liefde opvat voor allerlei materie, en door zijn handelwijze daar geheel in opgaat, zondigt tegen Gods orde, die het bestaan van de mens alleen maar tijdelijk op een materiële bodem plaatste om met gebruikmaking van zijn geheel vrijgelaten wil er de strijd mee aan te gaan en sterk te worden voor de onsterfelijkheid. En het gevolg van de zonde is de dood, of het verloren gaan van al datgene, wat de ziel van de mens zich onrechtmatig uit de materie heeft toegeëigend, omdat alle materie, zoals Ik je heb laten zien, als datgene wat het lijkt te zijn,.niets is:
Hoofdstuk 70: Het wezen van satan en van de materie - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] In de tweede vorm van de wezens verschijnt dan de mens met een vleselijk lichaam, staande op de bodem van het resultaat van zijn eerste veroordeling. Ondanks dat hij nu op drievoudige wijze was gescheiden van zijn diepste grond, herkende hij deze in zich zelf toch al weer gauw, en werd trots, hoogmoedig en ongehoorzaam aan een niet zo strenge wet, die niets dwingend voorschreef, maar alleen aangaf wat wenselijk was.
Hoofdstuk 4: Over wet en genade. Bij Bethabara. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Na deze woorden ging Ik de tempel in en waar Ik ging, maakte men ruim baan en degenen, die Mij volgden hadden daar geen moeite mee; wel lag de bodem vol met uitwerpselen en afval.
Hoofdstuk 13: Jeruzalem. De tempelreiniging. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Hij,Die voor eeuwigheden de werelden,zonnen en manen Zelf schiep en ze in hun uitgestrekte banen plaatste, Die zet nu jullie in nieuwe banen van het eeuwige leven!
Hoofdstuk 140: Het goddelijk geheim in de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Die warmte heet liefde en is geestelijk tevens de bodem, waarin de zaden gaan kiemen en hun wortels laten groeien.
Hoofdstuk 158: De tweede scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[16] Zo worden zelfs afzonderlijke delen van de mens aangegeven. De kennis heeft een eigen plaats: de zee van de mens. En de als een vruchtbare bodem uit de kennis ontsproten liefde, wordt steeds door de zee, zijnde de totale kennis van het echte licht, omspoeld en gesterkt om steeds rijkelijker allerlei edele vruchten voort te brengen.'
Hoofdstuk 158: De tweede scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Want net zoals het zaad, wanneer het in de aarde gelegd wordt, weldra opgroeit en een veelvoudige vrucht voortbrengt, zo groeit ook de juiste kennis in de levenskrachtige bodem van het hart.
Hoofdstuk 159: De derde scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Toen de Farizeeër deze les uit Mijn mond hoorde, sprak hij heel somber en met een ernstig gezicht: 'O grote, heilige, voor de hand liggende waarheid! Hoe heerlijk, hoe groot ben je! Hoe gelukkig zouden alle mensen op deze aarde kunnen zijn, als ze in die heilige waarheid woonden en hun levenswandel daarnaar richtten! Maar, o Heer, er is een levensgroot maar! Zo lang er nog een stofje van de aarde bestaat, of zolang de mensen deze aarde bewonen zullen, zal er hebzucht, nijd, gierigheid, hoogmoed en de alles bedervende heerszucht onder hen zijn, allemaal zaken uit de basis van de hel; en op die bodem zal deze waarheid, die ongetwijfeld uit de hemel is, toch nooit wortels krijgen en hij zal door al die duizendmaal duizend hellekinderen tot de laatste letter achtervolgd worden! Wat heb je dan aan zo'n hemelse waarheid?!
Hoofdstuk 168: Het heilige woord, de wereld en de mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Ik zeg je, snoevende Griek met de naam Philopold, de vlieg, die zich niet zelden brutaal veroorlooft over je neus een kleine bedrijfsrondgang te maken, staat op de punt van jouw neus steviger dan jij op jouw aardbodem! Want als jouw neus schipbreuk leed, dan zou de vlieg toch nog een tweede laag hebben waar ze zich heel goed in leven kan houden, en dat is de lucht; maal waar is jouw tweede laag als de bodem onder je voeten je niet meer houdt?!'
Hoofdstuk 212: De stoïcijn. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Maar ik en overste Cornelius zijn van plan om u in uw ware gedaante aan de keizer te tonen, en dan zult u uw voorrecht vlug kwijt zijn! Verder kunt u mij dreigen zoveel u wilt; want ook ik bevind mij op wettelijke bodem, en wij opperrechters van dit land hebben sinds kort een nieuwe verordening ontvangen met betrekking tot uw intriges, waar de keizer nu ook van op de hoogte is, en daarin staat uitdrukkelijk vermeld, dat wij u zeer scherp in het oog moeten houden, en ik verzeker u, dat wij opperrechters deze nieuwste verordening uit Rome buitengewoon trouw en gewetensvol nakomen en wij hebben u al op een voor u beslist niet erg vriendelijke wijze beschreven! Begrepen?!
Hoofdstuk 233: Romeinse rechtspraak. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Op de bodem van deze grot of hal waren allerlei vormen zichtbaar . Daar lagen slangen, reusachtige padden en allerlei ten dele goede en ten dele slechte en slechts half gevormde dierafbeeldingen, en ook een grote massa kleine en reusachtig grote kristalafzettingen in allerlei kleuren, wat een buitengewoon mooie aanblik opleverde.
Hoofdstuk 4: De druipsteengrot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] Toen zei FAUSTUS: "Heer, daar liggen keizerlijke sierraden in een hoeveelheid, waarvan werkelijk geen keizer ooit gedroomd heeft! Lijkt dat niet wat op een soort Tartarus zoals de mythe der Grieken die beschrijft!? Alleen ontbreken nog de Styx, de oude Charon, de drie onverbiddelijke rechters over de zielen Minos, Aakus en Rhadamanthys, vervolgens de driekoppige hond Cerberus, dan nog een paar furiën en tenslotte nog Pluto met de mooie Prosperina, en de Tartarus der kwellingen zou kompleet zijn! Dit vele vuur uit de bodem en uit de wanden, de duizend soortige afschuwelijke diervormen op de bodem -ook al zijn ze dan dood en versteend - en nog een hoeveelheid tartarusachtige zaken meer, levert maar al te zeer het bewijs, dat wij nu al in de Tartarus zelf zijn of toch minstens op de snelste weg daarheen; of, wat mij nu het waarschijnlijkst lijkt: deze of eventueel een andere grot die hier op lijkt is de oorsprong van de Griekse mythe over de Tartarus!"
Hoofdstuk 4: De druipsteengrot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] Maar Ik zal je nog een beeld van het hemelrijk van God geven. Het hemelrijk van God lijkt geheel en al op een vruchtbare bodem, waarop naast doornstruiken en distels de edelste druiven groeien en rijp worden, en toch groeien ze in één en dezelfde vruchtbare bodem! Het verschil ligt alleen maar in het gebruik daarvan: de wijnstok maakt er iets goeds van, de doornstruik en de distel echter iets slechts, iets wat nutteloos is en voor geen mens te genieten.
Hoofdstuk 9: De Heer geeft voorbeelden van hemel en hel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] En daarom bracht Ik Zelf deze nacht door op een bank met een beetje stro onder het hoofd - en Philopold lag zelfs op de grond zonder stro. 's Morgens was hij dan ook een van de eersten die op de been was; en toen Jaïrus, die met zijn vrouw en dochter Sarah een tamelijk goed strobed had, vroeg, hoe hij op de harde bodem had kunnen slapen, zei
Hoofdstuk 15: Philopolds getuigenis over de godheid van Jezus.(17.8.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] PHILOPOLD: "Voor zover de gesteldheid van de bodem dat toelaat! Maar het is allemaal een kwestie van wennen; in een jaar zou een lichaam daar meer aan gewend raken dan in een nacht!"
Hoofdstuk 15: Philopolds getuigenis over de godheid van Jezus.(17.8.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...