Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

8 resultaten - Pagina 1 van 1

1
[15] Hij was van mening dat dergelijke verschijnselen, evenals vele duizenden andere, een volkomen natuurlijke oorzaak hebben en beschouwd en gezien moeten worden als voorboden van andere daarop volgende verschijnselen, wat met name van belang is voor de schippers op zee en de karavanen door de grote zandwoestijnen. Omdat ze steeds optreden bij een zo groot mogelijke rust van de op de aarde liggende lucht, lijkt het alsof de geheel rustige lucht hoog in het gebied van de wolken net zoals een volkomen rustig wateroppervlak een weerspiegelend vermogen krijgt, en zo krijgen wij volgens hem vaak van grote afstand streken, plaatsen, bergen en rivieren te zien, alsook een heleboel andere dingen die wij niet kennen, die door het hooggelegen, rustige luchtoppervlak weerspiegeld worden. Als de lucht echter onrustig wordt -wat na dergelijke verschijnselen onvermijdelijk pleegt te gebeuren -en er winden beginnen te waaien, dan zouden dergelijke verschijnselen ook heel snel verdwijnen, omdat door de steeds heviger wordende luchtstroming de lucht haar rust en daarmee haar tot weerspiegelend vermogen geheel en al zou verliezen.
Hoofdstuk 192: Het verschijnsel van de luchtspiegeling (24.5.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] De zon als zodanig is echter geen vuur, maar wat jullie als licht Waarnemen is het stralen van haar atmosferische oppervlak, dat veroorzaakt wordt door de rotatie van de zon zelf om haar eigen as en meer nog door haar buitengewoon snelle beweging rond een middenzon, die nog veel verder van haar af staat. Door die bewegingen van de zon in de uitgestrekte etherruimte wordt op haar atmosferische oppervlak een grote elektrisch werking teweeggebracht; daardoor is haar lichtglans hetzelfde als van jullie bliksem, maar dan in een veel hogere intensiteit -en dan met dit verschil, dat op het luchtoppervlak van de zon de buitengewone ontwikkeling van de bliksem ononderbroken doorgaat, terwijl een bliksem op deze aarde slechts hier en daar door een verhoogde wrijving van luchtdelen in zeer geringe mate tot ontwikkeling komt en daarom ook altijd maar zeer korte tijd flitst.
Hoofdstuk 159: Wat de zon eigenlijk is - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Kijk, precies zo is het ook bij de zon, omdat haar eigenlijke lichtglans in de eerste plaats niets anders is dan het opnemen van alle stralen van een miljard zonnen, die op dit zeer wijd uitgestrekte spiegelende oppervlak van de zonnelucht ieder voor zich nagenoeg oneindigvoudig weerspiegeld worden - op precies dezelfde wijze als de zon zelf op een andere planeet veelvuldig weerspiegeld wordt, niet alleen op de voorwerpen van het vasteland, maar met name ook op het oppervlak van de wateren en het meest van al op het ononderbroken luchtoppervlak, dat een planeet omgeeft.
Hoofdstuk 4: Leer van het zonlicht. De dampkring als lichtend omhulsel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[10] Neem nu aan, dat de zon meer dan een miljoen maal groter is dan jullie aarde, dan wordt het toch vanzelf duidelijk, dat daardoor alle nog zo ver verwijderde zonnen van dit zonnenal op het uitgestrekte luchtoppervlak van deze zon een aanzienlijk lichtbeeld tevoorschijn moeten roepen, en wel zo, dat daar zelfs de zonnen van ver verwijderde zonnegebieden, die zich op jullie aarde zelfs aan het sterk gewapende oog als een nevelvlek voordoen, een doorsnede van één, twee tot drie duim krijgen en zo sterk stralen, dat jullie daar vanwege de sterke glans nog geen seconde met het blote oog naar zouden kunnen kijken.
Hoofdstuk 4: Leer van het zonlicht. De dampkring als lichtend omhulsel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[1] Op welke manier alle zonnen bij elkaar en iedere zon op haar beurt zo gaan stralen, dat het licht van een zon op het luchtoppervlak van een andere zon weerspiegeld wordt, zal jullie eveneens door een gemakkelijk te begrijpen voorbeeld meegedeeld worden. Stel je een kamer voor, waarvan de muren enkel van gepolijst spiegelglas zijn, dat reeds van een metaallegering voorzien is en derhalve een volkomen zuivere spiegel vormt. Stel je bovendien de ruimte van deze kamer nog voor als volkomen rond, en wel zo, alsof de kamer een grote, holle bol was. Hang deze kamer of veeleer deze holle spiegelbol nu vol met allerlei grote en kleine spiegelglad gepolijste glazen of metalen bollen. Breng echter precies in het midden van deze holle ruimte een kroonluchter aan, die een sterk licht heeft. Wanneer dat allemaal gedaan is, kijk dan naar al die gepolijste bollen, die in deze holle ruimte hangen, en zie hoe ze allemaal zonder uitzondering van alle kanten zo verlicht zijn alsof het uit zichzelf stralende lichamen waren. - Waar komt dat eigenlijk door?
Hoofdstuk 5: De uit zichzelf stralende hoofdmiddenzon. Het spiegellicht van de ondergeschikte zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[4] Nu het vermogen van alle zonnen uiteengezet is, hoe ze als gevolg van hun uitgestrekte luchtoppervlak heel goed in staat zijn om het lichtbeeld van een andere zon, dat dit oppervlak raakt, op te nemen en het daarna weer door te geven op de manier, zoals een spiegel het licht opneemt en het weer teruggeeft - zullen jullie nu het sterke stralen van de zon des te beter begrijpen, als jullie weten, dat zich in zo’n hulsglobe een algemene, voor jullie begrippen eindeloos grote, uit zichzelf stralende zonnekroonluchter bevindt, waarvan het licht tot aan de wanden van de hulsglobe doordringt en derhalve op deze weg iedere zon al voor de helft verlicht; wanneer het dan echter van de buitenste wanden teruggekaatst wordt, verlicht het de tegenoverliggende zijde in volkomen gelijke mate. En als op deze manier alle zonnen van een hulsglobe verlicht zijn zoals het behoort, verlichten ze elkaar bovendien nog talloosvoudig over en weer.
Hoofdstuk 5: De uit zichzelf stralende hoofdmiddenzon. Het spiegellicht van de ondergeschikte zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[10] Als de bovenste ethergeesten de luchtoppervlakte geheel tot rust hebben gebracht, wordt deze oppervlakte voorspiegeling geschikt -en wel op dezelfde manier als een in rust zijnde wateroppervlak te. Wordt het luchtoppervlak echter door deiningen en golven uit elkaar gerukt, zoals de oppervlakte van een meer of zee, als die door winden of vloedgolven onrustig wordt, dan is een spiegeling natuurlijk onmogelijk.
Hoofdstuk 34: De weg tot verbetering van de natuurgeesten - Jakob Lorber - Geheimen der natuur
[6] Nu we dit weten, wordt het stralen van iedere zon jullie nog grondiger duidelijk, als Ik jullie zeg, dat desondanks iedere zon toch ook nog haar eigen licht heeft vanuit het gebied van de daar wonende geesten. Dit eigen licht is echter niet van die intense aard zoals jullie de zon waarnemen; maar het is veeleer slechts een voortdurend actief vermogen van het luchtoppervlak van het zonnelichaam, waardoor deze het van de centraalzon en van de wanden van de hulsglobe uitgaande licht en de uitstralingen van andere zonnen des te inniger en volmaakter in zich kan opnemen en daarna weer kan doorgeven. Om deze reden bestaan er op ieder zonnelichaam dan ook een groot aantal vulkanen, met name in het gebied van hun evenaar. Hoe het echter zit met deze vulkanen, die niet zelden voor het gewapende oog als zwarte vlekken zichtbaar worden, en hoe de luchtatmosfeer van de zon door hen steeds in staat wordt gehouden om licht op te nemen, zal jullie in de volgende mededeling bekend gemaakt worden.
Hoofdstuk 5: De uit zichzelf stralende hoofdmiddenzon. Het spiegellicht van de ondergeschikte zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
1