Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2083 resultaten - Pagina 1 van 139

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[16] De mensen, die hier tijdens hun sterfelijke, lichamelijke leven al geheel zijn wedergeboren, zullen dan voor de gehele duur van dit tijdperk als reine geesten en engelen heersen, en dit tijdperk zal helemaal door hen geleid worden. Maar mensen uit deze tijd, die niet geestelijk volgroeid zijn, zullen in dit nieuwste tijdperk van de aarde wel met onsterfelijke lichamen op de aarde geplaatst worden, maar in heel behoeftige omstandigheden. Zij zullen heel veel en vaak zeer hard, dienend werk moeten doen, wat hen heel bitter zal smaken, omdat zij zich maar al te goed hun vroegere en heel gelukkige toestand tijdens hun sterfelijke leven zullen herinneren. Dit tijdperk zal dan zeer lang duren, tot uiteindelijk alles volgens het plan van God in een geheel geestelijk bestaan zal overgaan. Kijk, dat is het verloop volgens de orde van God, van alle dingen, al het ontstaan, bestaan en zijn!"
Hoofdstuk 215: Het ontstaan van de eerste mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Maar het is zeker, dat nu uit de verloren zoon van het licht de afgezonderde geesten door de macht van God weer gewekt worden, en in het vlees, als kinderen van de wereld worden geplaatst. Zij krijgen de gelegenheid, net als de kinderen van boven, om zich te verheffen tot de hoogste voleinding van de kinderen van God.
Hoofdstuk 231: De ontrouw van Lucifer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Daaruit volgt dan ook als vanzelf dat geen ding dat ooit door God in wat voor bestaan dan ook is geplaatst, ooit kan vergaan en vernietigd kan worden. Het kan wel van vorm veranderen en van minder edel steeds edeler worden, of ook omgekeerd, zoals wij dat in het geval van de eerstgeschapen geesten hebben gezien; maar vernietigd kan er niets worden wat God eenmaal tot aanzijn heeft geroepen. - Zeg Mij nu, Cyrenius, is het geheel je nu wat duidelijker?"
Hoofdstuk 232: Omhulsel en ziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Laten we bijvoorbeeld een mens nemen, die een groot verlangen in zich draagt om de maan, de zon en ook de sterren nader te leren kennen. Wanneer de ziel van zo'n mens haar lichaam aflegt, is haar materiële plaats al daar, waar haar liefde haar heeft heengetrokken en geplaatst. Daar zal ze ook weldra met de geesten van die werelden in contact komen en zich zeer actief gaan verdiepen in hun aldaar geldende opvattingen en studies.
Hoofdstuk 33: De plaats van de geestenwereld (19.11.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Ik zegje, dat Ik als enige wel het beste en duidelijkste zie hoe een ziel ten behoeve van haar korte aardse proefleven in een juiste balans tussen de wereld der materie en die van de reine geesten geplaatst moet worden, omdat dat de voorwaarden zijn voor een volledige vrijheid van haar liefde en haar wil.
Hoofdstuk 181: De voornaamste belemmeringen voor geestelijke vooruitgang - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Als zo'n zeloot die solotour heeft doorlopen -wellicht in vijfhonderd tot duizend, ook wel tienduizend jaar -dan komt hij pas in het gezelschap van strenge geesten. Als hij die niet volgt, wordt hij weer verlaten en helemaal alleen geplaatst, waarbij hem dan alle gruweldaden voor ogen worden gesteld die ofwel door hemzelf of onder zijn voorgangers zijn begaan. ­Bij die gelegenheden moet hij ook alle pijnen ondergaan, die alle vervolgden onder hem of onder zijn voorgangers hebben geleden. Als deze kuur hem nog niet geneest wordt hij gelaten zoals hij is; alleen de honger wordt hem als metgezel gegeven en ook de dorst, en die twee hofmeesters krijgen op slechts enkele uitzonderingen na vrijwel iedereen na verloop van tijd weer in orde.
Hoofdstuk 8: Een paus verlaat deze aarde - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[2] Maar één ding komt ons hier buitengewoon vreemd voor. Kijk beste vriend, de Heer Zelf heeft ons na de beschouwing van de natuurlijke zon nu wel op de geestelijke zon geplaatst, maar daar hebben we van alles wat we hier nu zien niet het allergeringste opgemerkt. We zagen slechts een eindeloos ver uitgestrekte vlakte, die alom met een soort gras en hier en daar ook met kleine bloempjes versierd was. We zagen ook boven dit onmetelijk wijd uitgestrekte oppervlak geesten heen en weer en op en neer gaan, bijna zoals op aarde de eendagsvliegen bij zonsopgang of tegen zonsondergang. Dat was dan ook alles. Wilden we meer zien, dan hadden we de sfeer van een geest nodig.
Hoofdstuk 65: Het verschijnen van onze `geestelijke zon'. Andere verschijning dan in de sfeer van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] Kijk, nu wordt ook de mysterieuze tafel in de ring geplaatst en de oudste blaast zachtjes over de tekens op de hoeken, strijkt daarna met zijn staf over de tafel en richt deze dan op onze gezichten. Zouden we geesten van deze wereld zijn en bovendien wat hardnekkig van natuur, dan zouden we ons nu eveneens onmiddellijk uit de voeten moeten maken, wilden we niet dat onze hoofden in brand vlogen.
Hoofdstuk 58: Ontmoeting met de bewoners van deze centrale zon - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Om die reden zijn de apostelen evenals de andere zalige geesten tijdens hun werksituatie dan ook van dergelijke insignes voorzien; niet dat ze zonder deze niet in de volle wijsheid uit de Heer zouden kunnen worden geplaatst, maar omdat deze insignes in zekere zin de wortel aangeven en ook de oorspronkelijke zaadkorrel waaruit heel hun wijsheid uit de Heer is voortgekomen. Daarom worden ze dan ook diepwijze en waarachtige 'hemelvorsten' genoemd, wat ze ook werkelijk zijn.
Hoofdstuk 6: Persoonlijke bijzonderheden van de apostelen door insignes voorgesteld - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Geesten echter zoals die van onze man hier, die daar aankomen en enkel veroordeeld zijn wegens politieke misdaden tegen wereldse wetten, worden aanvankelijk slechts in een lichtloze toestand geplaatst. Het is dan alsof zij blind zijn, en zij zien daardoor geen enkel wezen waarop zij hun blinde wraak zouden kunnen koelen. Hevige woede en sterke wraakgevoelens hebben reeds bij mensen hier in deze wereld tot gevolg dat zij gewoonweg blind worden van toorn en ziedende woede. Des te meer brengen deze kwade eigenschappen in het hiernamaals de ziel en de geest in een toestand van volkomen blindheid. Zulke geesten worden in deze situatie gelaten totdat hun wraak is overgegaan in een gevoel van onmacht. De diep gekrenkte en beledigde ziel begint bij het opkomend gevoel van onmacht te huilen, wat weliswaar ook voortkomt uit woede, maar deze geleidelijk doet afnemen.
Hoofdstuk 2: De eerste indrukken van de terechtgestelde in het hiernamaals. Het bewustworden van het gevoel te leven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Dan komen enkele vorsten naar Mij toe en zeggen: 'Heer, het heeft U behaagd onze residentiestad te bezoeken om de vele blinde geesten die zich hier nog bevinden, tot leven te wekken door Uw liefde, genade en erbarming en hen te bevrijden uit de nacht van de dood. Wilt U dan nu ook nog deze armen gedenken, die hier onder dit gebedshuis lichamelijk en geestelijk in de catacomben begraven liggen. We zien nu reeds duidelijk in dat U voor alles wat op aarde laag geplaatst was, een lichte voorkeur hebt, want de vergrijpen van zulke mensen hebben meestal hun oorsprong in het gebrek aan een doelmatige opvoeding. Bij de hooggeplaatsten komen de zonden zeker niet voort uit een verwaarloosde opvoeding maar uitsluitend uit hun hoogmoed en eigenbelang en zij zijn daardoor beslist ook hardnekkiger dan bij de eenvoudigen. Daarom is hier alleen maar een dokter nodig zoals U, o Heer, opdat zulke ernstig zieken geholpen mogen worden. Bezoek daarom ook deze armen hier onder de catacomben, misschien zullen ook hier zich enkelen laten opwekken!'
Hoofdstuk 67: Voor de Stefanusdom. Goede smeekbede van de verloste vorsten. Moeilijke genezing van geestelijke hoogmoed. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Welke gevolgen zulke ontbrandingen hebben, is iedereen bekend. Opdat het echter niet te vaak voorkomt, wat mettertijd een totale vernietiging van de aarde zou kunnen betekenen, zijn op aarde voortdurend werkende woede afleiders voor de helse geesten geplaatst, waardoor voortdurend water naar de gloeiende plaatsen wordt geleid. Als daar ook verzamelingen van zulke reeds bekende gassen ontstaan, worden ze als rook door een schoorsteen afgevoerd, zonder dat er belangrijke verwoestingen plaatsvinden.
Hoofdstuk 10: Over aardschokken en weersverschijnselen - Jakob Lorber - Geheimen der natuur
[9] Zijn deze geesten reeds volmaakte geesten? Deze vraag moet volgens zeven verschillende aspecten worden beantwoord, want er zijn zeven verschillende soorten van geesten in de zon, die gezamenlijk het grote licht van de zon veroorzaken. Willen we de innerlijke aard van deze geesten nader Ieren kennen, dan moeten we zien naar de zeven geboden van de naastenliefde en naar de drie, die aan deze zeven ten grondslag liggen, waardoor de mens zijn verhouding tot God'zijn Schepper, kan kennen. Daarmee is de volledige cyclus van de geestenformatie op een zonnelichaam aangegeven. Ook de kleuren van de regenboog Iaat deze orde zien. Wat volgt hieruit? Niets anders dan dat de zon in haar innerlijke sfeer de verzamelplaats van zeven soorten van geesten is. Daaronder zijn er, die door de zon ter beproeving eerst op de planeten geplaatst worden en ook zulke die als voltooid zijn teruggekeerd. De eersten die nog onvolmaakt zijn, vormen de binnenste massa van het zonnelichaam, de tweede reeds voleindigde groep vormt het buitenste lichte omhulsel van het zonnewezen. Het zijn deze geesten, die door hun liefdesvibraties het stralen van de zon bewerkstelligen.
Hoofdstuk 24: Het wezen van de ether en van het zonlicht - Jakob Lorber - Geheimen der natuur
[21] Ziet, de geboorte Gods, naar Zijn innerlijkste Wezen, is alzo scherp. Ge moet dit echter goed verstaan. Zo ik u de Godheid juist beschrijven wil, zo is het daarmee gesteld, als met een wiel. Dit bestaat uit b.v. zeven wielen, waarvan het één in het andere is geplaatst. Deze kunnen alle kanten uit, voor- en achteruit en dwars daarop en zij behoeven in hun verschillende bewegingen niet iedere maal opnieuw gesteld te worden. Eén wiel bracht steeds in zijn omwending, het andere in beweging; geen gaat verloren; alle zeven blijven zichtbaar. En de zeven naven komen als 't ware voort uit de zeven raderen; in hun omwenteling zo, dat de naven vrij -en zelfstandig zijn. En uit de naven ontspringen de spaken, die in hun omwenteling geheel recht zijn. Geen van hen gaat verloren; zij allen draaien met elkander rond, zoals de wind hen dat laat doen. De zeven raderen nu zijn de zeven geesten Gods, die allen uit elkaar zijn ontstaan. De ene heeft een andere omwenteling dan de andere. Zij zijn in elkander gevoegd als een ronde kogel. Men ziet alle zeven raderen, en elks ommegang en alles wat bij hen behoort. En de zeven naven zijn als één naaf, die in zijn omwenteling alle kanten uit draait; de raderen hebben steeds dezelfde naven en uit de naven ontstaan steeds de zeven spaken. Geen rad, naaf of spaak gaat verloren. En het rad draait, zoals de wind het drijft. En dat is het hart, die éne naaf, of het binnenste der wielen.
Hoofdstuk 13: Over de verschrikkelijke, bedroevende en ellendige val van het Koninkrijk van Lucifer. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[19] De eerste zoon is de hovaardij; de tweede zoon is de gierigheid; de derde zoon is de nijd; de vierde zoon is de toorn. Dit willen we nu beschouwen van uit zijn oorsprong en hoe het vijand­schap jegens God is, ge zult zien, wat het begin en de wortel der zonde is en waarom zij door God niet kan worden geduld. Welaan, gij filosofen en juristen, gij, die wilt bewijzen, dat God het boze en het goede geschapen heeft en wil handhaven; gij die beweert, dat het een vooropgestelde bedoeling van God is geweest, dat de duivel gevallen is en dat vele mensen verloren zullen gaan. Gij die zegt, dat God alles wel had kunnen veranderen, wanneer hij dat had gewild. Hier wordt gij door de geest van ons koninkrijk, tezamen met uw vorst Lucifer, die gij verdedigt, ten derde mate voor het gerecht genood; geef thans antwoord! Want hier, te midden van deze zeven Oergeesten en de vier nieuwe zonen in het huis des Hemelse Vaders zal het recht worden volvoerd. Als gij bewijzen kunt, dat de zeven geesten van Lucifer, de vier nieuwe zonen uit recht en billijkheid hebben doen geboren worden en dat zij dan ook de Hemel en al het goddelijke rechtvaardig regeren, zo zal koning Lucifer wederom op zijn troon geplaatst worden en zijn koninkrijk zal hem weer geworden. Wanneer gij dit niet bewijzen kunt, zo zal aan hem een ruimte tot zijn eeuwigdurende gevangenis worden gegeven; aldaar zal hij met zijn zonen, voor altijd gevangen zijn en gij moet toezien, dat ook over u niet het oordeel worde uitgesproken. Wanneer ge dan de duivel verdedigen wilt: waarmede zal hij u belonen? Hij heeft niets dan helse gruwelen tot zijn beschikking.
Hoofdstuk 14: Hoe Lucifer, de schoonste Engel in de Hemel, de vreselijkste duivel geworden is. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...