De vijf Farizeeën. (5.7.1852)

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)

«« 222 / 242 »»
[1] De volgende morgen kwamen de vijf Farizeeën naar Mij toe, begroetten Mij en Mijn leerlingen op hun manier zeer hoffelijk en betoonden Mij nog een grote eer, door Mij te vragen, of Ik hen waardig vond om Mij de voeten te wassen.
[2] Want het was in Bethlehem nog een oud gebruik om iemand te eren door de voetwassing; de gastheer waste de voeten van zijn gasten, of de voornaamste van de gasten waste als een tegenbewijs van eer op de volgende morgen de voeten van de gastheer. Daarom liet Ik dan ook de vijf Farizeeën uit Bethlehem Mijn voeten wassen en afdrogen.
[3] Pas na deze handeling vroegen de vijf Farizeeën aan Mij: 'Waarlijk, onbegrijpelijk grote meester! Vertelons nu toch eens iets over de aard en manier, waarop de kracht werkt waarmee U dergelijke nooit gehoorde genezingen tot stand brengt! Dat U zulks - in het algemeen gesproken - duidelijk door de kracht van God doet, staat wel vast; maar hoe en op wat voor wijze dat zo ongehoord volmaakt kan gaan, dat is een andere vraag. Slechts daarover - als u ons voor enigszins waardig houdt -zouden we iets naders willen weten, en dan zullen we zeer tevreden en u eeuwig dankbaar blijvend de terugweg naar Bethlehem weer aanvaarden.'
[4] Ik zeg: 'Al zou Ik het u willen zeggen, dan zou u het toch niet aannemen; want de driedubbele doek van Mozes hangt ook voor uw ogen, opdat u niet zou merken, wie degene is, die nu met u spreekt! Als u Hem zou kennen, dan zou U zo'n vraag nooit stellen; maar omdat u Hem niet kent, daarom vraagt u zoals u vraagt!
[5] En als Ik u een juist antwoord zou geven, dan zou u het toch niet aanvaarden. Want u ziet wel datgene, wat zich in de stoffelijke wereld bevindt en gebeurt; maar wat de geest en diens rijk en werken betreft, dat is vreemd voor u, en u kunt daarom ook niet begrijpen en voelen wat het wezen en werken van het Godsrijk in de mens is.
[6] Maar ga heen en doe boete voor uw vele zonden, dan zult u merken dat het rijk van God u genaderd is.
[7] Heb God met al uw krachten lief en aanbid Hem in geest en in waarheid; maar heb ook uw naaste arme broeder en zuster lief; vervolg uw vijanden niet; vervloek niet degenen die u vervloeken en doe degenen die u kwaad doen, goed, dan zult u gloeiende kolen op hun hoofden stapelen, en God zal uw werken aanschouwen en ze honderdvoudig aan u vergelden.
[8] Leen uw geld niet uit aan degenen die het u met veel winst weer terug kunnen geven, maar leen het aan echte armen en behoeftigen, dan zal uw geld in de hemel tegen hoge rente uitgezet zijn, en de Vader in de hemel zal u altijd kapitaal en interest voor eeuwig uitbetalen!
[9] Ontvang ook niet zo gretig lof, dank en prijs van de wereld voor uw goede daden; want als u dit doet om wille van de wereld, wat zal dan uw loon in de hemel zijn?! Ik zeg u: Wie op aarde voor een goede, aan arme broeders bewezen daad het een of andere loon verlangt of in welke vorm dan ook aanneemt, diens loon in de hemel is nihil!
[10] Wie voor de hemel werkt die zal door de hemel, zowel nu in de tijd als eenmaal eeuwig, beloond worden; wie echter voor de wereld werkt, die zal van de wereld wel een smadelijk en vergankelijk loon oogsten; maar in de hemel zal hij zijn inkomstenboek leeg vinden, en zijn loon zal verdwenen zijn, en aan zijn geestelijke armoede zal heel moeilijk een einde komen!
[11] Als u dit goed ter harte neemt en daarnaar handelt, zal het u spoedig duidelijk worden, met welke middelen Ik uw zieken heb genezen. - Nu weet u alles wat u moet weten. Vraag niet om meer, waaraan u toch niets zou hebben als men het tegen u zei.
[12] Zorg er echter ook voor dat u over Mij, Mijn daden en Mijn leerlingen noch in Jeruzalem en evenmin in de stad van David iets rondvertelt; want dat zou u geen zegen brengen!
[13] Maar nu kunt u, als u uw morgenmaal genoten heeft, met een gerust gemoed de terugweg weer aanvaarden!'
[14] Na Mijn toespraak trekken de vijf wel wat verbouwereerde gezichten; maar ze durven het toch niet aan om nog een vraag te stellen, zij buigen voor Mij en gaan dan naar hun eetzaal en na het morgenmaal gaan ze weer op weg naar hun thuisland.
«« 222 / 242 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.