Het karakter van Judas. (15.10.1851)

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)

«« 95 / 242 »»
[1] Nu kwam Thomas naar Judas Iskariot toe en verweet hem, dat hij bij Mij aan durfde komen met zijn domme ideeën over geld, terwijl Mijn geest toch die van Jehova Zelf was, en Ik daden deed, die alleen maar aan God mogelijk waren!
[2] Judas zegt tegen hem: ' Jij bent nog net zo dom als je altijd al was! Want je gelooft ieder bakersprookje, of je gelooft als je dat zo uitkomt helemaal niets! Denken kun je niet en rekenen nog minder! Neem nou eens die vissen, die je op de markt bracht. Je vroeg vaak voor grote en voor kleine vissen dezelfde prijs, zodat de kopers je daarom in je gezicht uitlachten! Zoals je altijd al was, zo ben je nu nog, je denkt niet en je rekent niet, maar je leeft zo lekker dom de hele dag maar door, zoals je dat altijd al gewend bent.
[3] Ik ben nu pas een paar uur in het gezelschap van deze grote profeet, en het is mijn heilige plicht om Hem te doorgronden en zoveel mogelijk te Ieren kennen, zowel in Zijn zienswijze als in de strekking van Zijn optreden! Jij bent nu al ongeveer een half jaar in Zijn omgeving en je moet Hem daarom ook beter kennen dan ik! Moet ik me echter daarom, omdat jij Hem al kent, helemaal geen moeite geven om Hem tenminste ook zover te leren kennen als jij Hem tot nu toe hebt leren kennen?!' ,!,
[4] Thomas zegt: 'Je wilt toch hopelijk niet vandaag al alles weten, o : dan morgen weer naar huis te gaan!? Het is maar goed, dat de Heet: eindelijk weer op weg is gegaan, anders waren jullie beslist morgen ook nog lang niet over jouw domme geld uitgepraat geraakt! De Heer heeft gelijk; dat vervloekte geld wordt je dood nog eens, omdat je het zo bijzonder aantrekkelijk vindt! De Heer heeft je toch duidelijk genoeg gezegd, welke waarde het geld heeft en op welke manier het zeer nadelig is voor het;;: geestelijke leven van de mens; maar jij vindt jezelf al heel lang wijzer li dan God en daarom ook kun je voor God de kroon op je wijsheid zetten! :; Pas maar op dat je op een keer niet stikt van louter wijsheid!
[5] Maar wat heeft mijn vishandel daarmee te maken?! Ik heb nota bene altijd als eerste mijn vis uitverkocht, terwijl jij, ondanks je goede lessen, de helft van de jouwe meestal weer naar huis moest dragen! Ik verkocht zowel de grote als de kleine tien stuks voor twee penningen en kon altijd nog wel vijfmaal zoveel verkopen, gesteld dat ik dat naar de markt gebracht had! En het lijkt me dus wel duidelijk, dat ik beter gerekend heb dan jij, die wijzer dan God denkt te zijn, maar tevens een gierigaard bent en je hele heil in het geld zoekt; voor die wijsheid geef ik geen stater!'
[6] Een beetje verbouwereerd antwoordt Judas: 'Ieder praat naar zijn, verstand!' Thomas zegt: 'Dat is waar; jij begrijpt alles, omdat je zo dom ; bent, op een domme manier en je praat ook zo! Geef liever wat aandacht aan een arme, die langs de weg ligt! Geef hem je beurs, dan zul je voor het eerst van je leven volkomen wijs handelen!'
[7] Judas zegt: 'Dat zal ik wel mooi niet doen; want nog nooit heeft iemand mij iets, in de ware betekenis van het woord, geschonken, en daarom schenk ik ook niemand iets!'
[8] Thomas zegt: 'Dat is een zeer loffelijk principe, dat zo zonder meer al vervloekt behoort te worden! Ik zeg je, met zulke principes zul je bij onze eigen Heiland en Meester beslist niet ver komen; daar sta ik voor in! Hij personifieert de grootste vrijgevigheid -en jij bent een onvergelijkbare gierigaard! Dat past heel aardig bij elkaar!'
[9] Judas zegt: ' Als ik Hem eerst maar eens goed bewerkt heb en Hij inziet, hoe men in de wereld leven moet om een gezien mens te zijn, dan wordt Hij wel wat minder vrijgevig! Overigens is het ook beslist geen kunst, op kosten van degenen die wat hebben, vrijgevig te zijn en zijn aanhang goede maaltijden voor te zetten! Geloof me, als ik ergens zo'n dwaas vind, zoals deze jonge gastheer, dan wil ik op zijn kosten ook wel zo vrijgevig zijn als wie dan ook! -Maar juist deze Jezus, die van huis uit een straatarm mens is, moest alleen uit Eigen middelen maar eens die groep leerlingen onderhouden en voeden, dan zou je meteen wel zien, hoe vrijgevig Hij is, en of Hij niet zo snel mogelijk al die nalopers weg zal sturen!'
[10] Thomas zegt: 'Ik zeg je alleen maar, dat je helemaal door de duivel bezeten bent; want zoals jij nu gesproken hebt, kan alleen maar de duivel spreken! Het lijkt op redelijke taal, maar dat lijkt alleen maar zo, en wat je zegt is de onbeschaamdste leugen ter wereld. Ik heb er spijt van dat ik je hierheen gebracht heb, Er waren vele honderden mensen in Sichar, en allen werden gevoed uit de hemel! En het vervallen huis van Irhaël heeft hij in weinige minuten zo herbouwd, dat het nu verreweg het kostbaarste huis in deze stad is! En jij grenzeloos onbeschaamde, oerdomme dwaas wilt dan mij, die met mijn eigen natuurlijke ogen de hemel geopend heeft gezien en talloze scharen van Gods engelen naar boven en naar beneden zag gaan, in zekere zin als de wijze der wijzen er van overtuigen, dat Jezus een arme sloeber is, die zich op andermans kosten wel laat doen!? O, wat ben je toch een arme sukkel! Hij, aan Wie hemel en aarde volkomen toebehoren, omdat Hij ze gegrondvest heeft door Zijn almacht, zal zeker mijn of jouw schatten nodig hebben om op deze wereld, waarop Hij de vruchten laat groeien en rijp worden, te kunnen leven?! O, jij ontzettend blinde dwaas! Ga naar Sichar, overtuig je van alles en kom dan terug, en we zullen zien of je nog zo dom in 't wilde weg redeneert als nu!'
[11] Judas zegt met een insinuerende glimlach heel laconiek: 'Heb je dat allemaal met je eigen ogen gezien? Of heb je misschien ook nog een paar ossen en ezelsogen geleend, om zo veel en zulke buitengewone dingen in één keer te kunnen overzien? - Overigens verheugt het mij, dat deze wijze Nazareeër ook de mooie Irhaël heeft leren kennen, die intussen, zoals ik pas kort geleden gehoord heb, al met haar zesde man schijnt samen te wonen, omdat al de vijf anderen bij haar zo gezegd op het lijf gestorven zijn! Nou, bij zo'n mooi liefje zal dan voor jullie allemaal de hemel wel heel wijd open gestaan hebben! Jaja, Irhaël heeft al menigeen in de zevende hemel gebracht; waarom zou ze dan bij jullie een uitzondering gemaakt hebben?! Maar ik zal voor haar plezier echt niet naar Sichar wandelen; want ik houd mij aan de wet van Mozes en ik wil mij daarom niet bezig houden met zulke zondige zaken!'
«« 95 / 242 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.