Toespraak van het Jezuskind bij de overname van de armen. Cyrenius als voorloper van Paulus. De val van Jeruzalem onder het zwaard van Rome voorspeld

Jakob Lorber - De jeugd van Jezus

«« 152 / 302 »»
[1] Na dit gebeuren, openden de jongelingen opnieuw het gordijn naar het zogenaamde Allerheilig­ste, en het gezelschap begaf zich andermaal naar de armen. Daar­bij richtte het Kindje Zich op om met Zijn ogen de armen te zege­nen.
[2] Vervolgens keerde Het Zich weer naar Cyrenius, en zei met een bijzonder lieflijke stem tot hem:
[3] 'Geliefde Cyrenius Quiri­nus, deze Mijn dienaren, die je hier ziet als zachtaardige jonge­lingen, houden heel de schepping onder controle.
[4] leder hemellichaam, elke zon, moet aan hun geringste wen­ken gehoorzamen!
[5] Je ziet dus, dat Ik hun een schier onbegrensde macht heb toebedeeld.
[6] En, zoals Ik nu al het ge­schapene in geregeld beheer heb gegeven, zo draag Ik jou nu hier deze veel grotere levenswerelden over!
[7] Deze broeders en zusters zijn namelijk waardevoller dan een oneindige ruimte vol werel­den en zonnen.
[8] Ja, zeg Ik je: één kindje in de wieg betekent méér dan heel de materie in de eeuwige ruimten!
[9] Daaraan kun je afmeten hoe groot het belang is, dat je bij deze toedeling van Mij ontvangt, en over welk een gróót goed Ik jou het beheer geef!
[10] Leid dus deze armen met grote liefde, zachtmoedigheid en geduld en langs de juiste weg naar Mij toe, dan zul je de grootte van Mijn beloning, die je daarvoor eens ten deel zal vallen, in heel de eeuwigheid niet kunnen vatten!
[11] Ik, jouw Heer en God, maak jou hierdoor tot een voor­loper in de wereld van de heide­nen, opdat hij, dien Ik te zijner tijd tot de heidenen zal zenden, welwillend zal worden ontvangen.
[12] Ook tot de joden zal Ik in de toekomst een voorloper zen­den. ..,
[13] maar dit zeg Ik je daarbij: die zal het heel moeilijk krijgen­. Wat hij in het zweet zijns aan­schijns zal moeten bewerkstelli­gen, dat zul jij in je slaap af kun­nen!
[14] Dat is dan ook de reden, waarom het licht aan de eigen kinderen zal worden ontnomen, en waarom Het in alle volheid aan jullie zal worden gegeven!
[15] Daartoe leg Ik in jou, als Kind, het zaad, dat Mij eens de boom zal opleveren, waaraan in der eeuwigheid de edelste vruch­ten zullen groeien voor Mijn Huis!
[16] Maar de vijgeboom, die Ik reeds in Abrahams tijd heb ge­plant bij de kinderen van mijn volk in Salem, een stad, die Ik met eigen handen in Melchizédek heb gebouwd, die vijgeboom zal Ik vervloeken, omdat die niets dan bladeren voortbrengt.
[17] Waarlijk, tot nu toe heb Ik altijd honger gehad! En, hoewel Ik hem vele malen door goede tuinlieden liet bemesten, gaf hij mij toch geen vruchten!
[18] Nog voordat er een eeuw vervlogen zal zijn, zal deze stad, die Mijn eigen hand voor Mijn eigen kinderen heeft gebouwd, aan jullie, vreemdelingen, ten prooi vallen: de zoon van jouw broeder zal tegen Salem het zwaard opnemen!
[19] Maar, zoals jij nu deze ar­men aanneemt als kinderen, zo zal ook Ik jullie, vreemdelingen, aan­nemen als Mijn kinderen en zij zullen de kinderen van Mijn eigen volk buiten werpen!
[20] Houd deze woorden ver­trouwelijk in gedachten, en han­del er in stilte naar, dan zal Ik je altijd zegenen met de onzichtbare kroon van Mijn eeuwige liefde en genade. Amen!'
[21] Bij deze woorden verstom­de ieder ander geluid. En de en­gelen lagen met hunne aangezich­ten ter aarde, en niemand waagde het om iets te zeggen of te vragen!
«« 152 / 302 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.