De aandacht van de gasten wordt op het Kindje gevestigd. Cyrenius geeft uitleg. De mening van de buren over Jozef en zijn gezin

Jakob Lorber - De jeugd van Jezus

«« 240 / 302 »»
[1] Spoedig hierna stond het gezel­schap van tafel op en dankte God zowel voor de lichamelijke voe­ding als voor de geestelijke, waar­na het merendeel van hen buiten de vrije natuur opzocht.
[2] Alleen Jozef, Maria en het Kindje met Jacob begaven zich naar de grote eetkamer waar Cy­renius nog met zijn gasten aan ta­fel zat.
[3] Met de grootste vriendelijk­heid verwelkomde hij zijn beste vrienden en wilde hij direct op­staan om plaats voor hen te ma­ken.
[4] Maar het Kindje zei: 'Blijf gerust waar je bent, beste Cyre­nius!
[5] Ik ben allang tevreden als Ik in je hart maar de juiste plaats mag innemen!
[6] Aan deze plaats aan tafel is Mij niets gelegen.
[7] Ik ga nu met de Mijnen naar buiten; kom Mij maar achterna zodra je maaltijd is beëindigd!'
[8] Vervolgens liep het Kindje ijlings met Zijn Jacob naar buiten om daar met hem en de andere kinderen te spelen.
[9] Aan enige gasten uit de stad echter was het uitzonderlijk ver­standige en zeer vertrouwelijke spreken van dit Kindje met Cyre­nius opgevallen,
[10] zodat zij vragen stelden met betrekking tot de leeftijd van dit Kindje.
[11] Het sprak immers als een volwassen man en wekte de in­druk van op zeer vertrouwelijke voet met de landvoogd te staan.
[12] Cyrenius zei echter ontwij­kend: 'Zitten jullie er soms over in, dat ik op kinderen bijzonder gesteld ben?
[13] Jullie hebben allemaal kun­nen zien hoe bijzonder rijk van geest dit Kind je is,
[14] maar hoe Het in nauwelijks drie en een half jaar tot die geeste­lijke rijpheid gekomen is,
[15] daarover kunnen jullie be­ter bij Zijn ouders navragen, die zullen jullie daarover ongetwij­feld het beste kunnen inlichten!
[16] Ik sta er trouwens versteld van, dat jullie als de naaste buren van dit gezin, deze mensen nog niet beter kennen!
[17] Enkelen hunner gaven ten antwoord: ' Ja, ja, maar hoe zou­den wij deze familie dan ook beter kunnen kennen?
[18] Ten eerste gaan zij nooit er­gens heen, en ten tweede hebben wij ook te weinig tijd om zelf deze bijzondere joodse familie een be­zoek te brengen, te meer omdat je eigenlijk niet weet wat voor lieden het zijn.
[19] Deze familie is zo vreemd mystiek gekleurd, dat je nooit kunt weten wat je eigenlijk aan ze hebt.
[20] Uit de schaarse inlichtingen van andere eenvoudige mensen is ons echter wel duidelijk dat dit een zeer vreedzaam gezin is dat veel goed doet aan de armen.
[21] Toch zijn er lieden, die be­weren dat zij dit huis meer dan eens als gehuld in een felle vuur­gloed hebben waargenomen, die dan echter van het ene ogenblik op het andere weer verdwijnt, en dergelijke dingen meer!
[22] Wij hebben dan ook niet de moed deze familie een bezoek te brengen;
[23] die oude is en blijft trou­wens een toonaangevende joodse tovenaar
[24] en met dergelijke mensen kun je beter niet in relatie treden!'
[25] Nu moest Cyrenius toch wel even lachen; hij zei dan ook: 'Nu, als de zaken hier zo staan, Iaat het dan zo maar blijven; van jullie heeft dit huis tenminste niets te vrezen!' De gasten keken Cyre­nius nu verbaasd en niet begrij­pend aan.
«« 240 / 302 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.