Adam wordt terechtgewezen

Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)

«« 95 / 187 »»
[1] Toen Henoch de vraag en de woorden van Adam had gehoord, stond hij onmiddellijk op en zei hij uit Mij de volgende woorden tegen Adam:
[2] "In de naam van de grote God, die met ons is op alle wegen, zichtbaar en onzichtbaar - zichtbaar voor allen die Hem waarachtig liefhebben en onzichtbaar voor de wijzen en voor allen die meer naar de wijsheid dan naar de ware liefde streven -, dus in naam van onze grote, almachtige God en bovenal van onze meest liefdevolle Vader zeg ik je, geliefde en zeer geachte vader, dat je op een ontstellende wijze van de weg des Heren afgeweken bent!
[3] Zie, ik wil, kan en moet je nu zeggen dat jij je in jouw aartsvaderlijke wijsheid geweldig vergist hebt omdat je de Heer in je hart beschuldigd hebt als zou Hij een lichtzinnig spel met ons hebben bedreven en zou Hij ons alleen maar hebben geschapen om tot een slechts Hem plezierend speelgoed te dienen!
[4] O vader, als je ook maar zou kunnen vermoeden hoe groot, ja hoe oneindig groot je vergissing is, zou je niet uit boosheid, maar uit berouw de Heer willen bidden om je voor eeuwig te vernietigen; want je zou jezelf tengevolge van een dergelijke grove aantijging moeten verdoemen en moeten wensen dat alle bergen zich op je zullen storten om je te verbergen voor het aangezicht van Diegene die jou en ons allemaal nog nooit zo ontzettend nabij was en Wiens liefde nog nooit zo onuitsprekelijk werkzaam was als juist nu, nu je Hem het verst van je verwijderd denkt en daarom tegen Hem van leer trekt alsof jij Zijn heer zou zijn.
[5] Meen je dan, vader, dat de Heer evenals wij onstandvastig en wispelturig is als een aan spinrag hangend verdord blad, en dat Hij met Zijn werken zou doen wat de kleine kinderen met hun speelgoed plegen te doen als zij het beu zijn geworden?! O vader, wat voor een gedachten over God heb je in je hart laten opstijgen?!
[6] Zie, als de Heer zo zou zijn, als waarvan jij Hem beschuldigt, zou Hij dan niet allang ons allen vanwege jou op een ellendige manier hebben omgebracht?! Maar omdat Hij helemaal niet zo is als jij zeer valselijk in je hart over Hem getuigt, maar daarentegen vol van de meest eindeloze liefde, lankmoedigheid, zachtmoedigheid, ja zelfs vanuit Zijn gehele allerheiligste goddelijke wezen buitengewoon deemoedig en juist daardoor vol genade en barmhartigheid is ten opzichte van ons, zijn wij allen nog in leven en zullen op deze aarde zelfs nog een langere tijd voortleven en zullen in Zijn liefde en erbarmen het leven voor eeuwig verkrijgen en behouden! Want Hij heeft ons vanuit Zich gemaakt tot levende vaten, waarin Hij door Zijn voortdurende liefdevolle zorg een volkomen op Hem gelijkend, voor eeuwig onsterfelijk, vrij wezen geestelijk vervolmaken zal en tot rijping brengen.
[7] Zie, lieve vader, je hebt het in je wijsheid fijn beraamd om van mij de verboden vrucht te plukken; maar geloof me, de meest verfijnde wijsheid is ten opzichte van de bescheiden liefde een grove valstrik, die weliswaar ook uit de fijne draden van de liefde in elkaar gedraaid is, maar de draden zijn niet meer vrij en daardoor niet zo innig met elkaar verbonden en ook niet meer zo soepel en in staat zich ook in de kleinste ruimte te bewegen.
[8] De valstrik van de wijsheid deugt er slechts voor om zware, ruwe kluiten zonder enige orde voor een korte tijd aan elkaar te hechten; maar de tere draden van de liefde omwinden het meest innerlijke tere leven en nemen zodoende heel gemakkelijk de zachtste trillingen van de schouwende ziel waar!
[9] Daar zit Hij op het grimmige dier; Die heeft tegen mij en tegen Kenan en Seth gesproken! Of aan al hetgeen gezegd is iets van belang kleeft, zal niet ik, maar Hij daar op het dier je getrouw verkondigen; bovendien zal Hij de reden aangeven waarom mijn tong voor jou door God geheel gebonden is geworden.
[10] Kom tot rust, wees geduldig en berustend in je hart, dan zul je terstond een van Gods grootste wonderen aanschouwen! Amen, luister, " amen.
[11] Toen Adam dat onverwachte antwoord uit Henochs mond had gehoord, riep hij luid en zei:
[12] "Mijn God, mijn God, waarom hebt U mij geschapen en nu zo geheel en al verlaten?
[13] Toentertijd, toen ik, door U verworpen, gedurende eeuwigheden ben gevallen, kwam U, eeuwige liefde, tot mij, arme, en begeleidde mij, bouwde uit Uw woord voor mij de aarde en plaatste mij, zoals ik nu nog gedeeltelijk ben, daarop; maar nu roep ik in mijn hart tot U of U mij zou willen vernietigen of redden, maar U wilt mijn stem niet horen en laat mij versmachten van honger en dorst en verbiedt zelfs mijn kinderen mij datgene aan te reiken, waarnaar ik zo zeer verlang!
[14] O mijn God, mijn God! Waarom bent U zo hard geworden tegen mij?
[15] Luister, kinderen, ik zeg jullie: doe wat je goeddunkt en Asmahaƫl mag tot de kinderen spreken zoals hem goeddunkt; hij zal evenwel mijn door mijn kinderen niet gestilde honger en dorst niet lenigen! Want van nu af aan zal de maag van mijn geest mijn hele leven lang honger en dorst lijden; en ik wil geen kruimel en geen slok meer uit vreemde hand slikken, maar dat wat mij mijn eigen innerlijke grond aan zal dragen, wil ik verteren, maar niemand zal ik daarvan mee laten delen! Mijn nieuwsgierigheid zal in het moeras van mijn schuld aan God verstikken en late tranen van berouw zullen het door het vuur van mijn blinde naijver verdorde leven drenken! En als ik er niet langer meer zal zijn, moge God in de nacht van de wereld mijn kleed aantrekken om mij te redden en mijn van gif druipende wond te genezen, die de slang uit mijn eigen hart met haar scherpe tanden in mijn vlees heeft gemaakt en die tot de dood leidt van alle mensen die deze aarde betreden!
[16] Kinderen, onthoud dit; want voortaan zullen jullie van mij weinig meer krijgen om te onthouden! Laat de wil van Heer voor eeuwig met mij zijn en met jullie, amen; ook ik zeg tegen je: luister ernaar! Amen."
«« 95 / 187 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.