[2] De mensen van onze aarde hebben echter nog een heel verkeerd begrip van de aarde en van de zon, de maan en van alle sterren. Als ze later eens beter kunnen rekenen, zullen zij ook tot betere voorstellingen van de wereldlichamen in de eindeloze scheppingsruimte komen.
[3] Ik wil je wel vertellen, dat om ieder van die zonnen, op verschillende afstanden, een behoorlijk aantal van zulke aarden wentelen zoals de onze. Verscheidene van deze aarden hebben daarbij satellieten, die als constante begeleiders om hen heen draaien, zoals de maan om onze aarde! Zoveel aarden door een zon verzorgd worden, zoveel overeenkomende zones heeft elke zon. Steeds voor iedere aarde een zone. Dat geldt niet voor de middelzonnen, die bestemd zijn voor het vasthouden en leiden van de aardezonnen en duizendmaal duizend maal groter zijn dan tienmaal duizendmaal duizend van zulke zonnen waar je er nu twee van hebt gezien.
[4] Zo'n middelzon is niet meer in gordels verdeeld, maar zij is op haar oppervlakte in net zoveel gebieden ingedeeld als het aantal enkele zonnen wat zij moet verzorgen. En ieder gebied dat overeenkomt met een aardezon is duizend tot tienduizend maal groter dan de oppervlakte van de betreffende enkele aardezon plus alle haar omcirkelende aarden. Om één middelzon trekken minstens duizendmaal duizend aardezonnen hun banen.
[5] Maar dan zijn er nog middelzonnen, waarom weer duizendmaal duizend van de zoëven genoemde middelzonnen met al hun aardezonnen bewegen, en dan weer middelzonnen waar omheen de middelzonnen van de tweede categorie bewegen, en tenslotte een gemeenschappelijk middenwereldlichaam dat zich bevindt in de onmetelijke diepte van een middenzonnengebied en geen andere beweging heeft dan die om zijn eigen as. Dit middenlichaam is ook een zon, maar die is zo groot dat alle talloze aardezonnen, de middenzonnen van de eerste, tweede en derde orde en alle aarden en manen, die om de talloos vele aardezonnen draaien, samen met de vele duizenden grotere en kleinere kometen, die als toekomstige aarden in onregelmatige kringen om de aardezonnen hun weg banen, niet het honderdduizendste deel van haar lichaamsinhoud uit zouden maken als die genoemde hoofdmiddelzon een holle kogel zou zijn en de bovengenoemde talloos vele hemellichamen zich daarin zouden bevinden. -Jarah, kun je je nu voorstellen wat Ik verteld heb?"
[6] JARAH zegt: "Heer, wie kan zoiets groots begrijpen?! Een voorstelling kan ik me er nu natuurlijk wel van maken, maar daarbij begint het mij wel te duizelen! Ook van deze zon heb ik nu wel genoeg gezien, maar toch weet ik nu nog niet hoe ik mij daarmee een antwoord moet geven op de vraag over het bestaan van de onrijpe volkeren der aarde in het grote hiernamaals."
[7] IK zeg: "Nu, wend dan eerst je ogen af van de innerlijk waargenomen zon en luister dan naar Mij!"
[8] Jarah zegt: "Heer, het is al gebeurd!"
«« 139 / 244 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.