De rabbi probeert de oude Lazarus weer tot leven te brengen.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)

«« 135 / 263 »»
[1] Toen mijn vader mijn beschrijving gehoord had, wendde hij zich meteen tot de al wat ongeduldig wordende, kleine rabbi en zei: 'Vriend, zoals ik het nu zie, zou het zonde zijn van iedere druppel levensbalsem, ook al is die nog zo sterk, want zijn ziel zweeft al manshoog boven het reeds zo goed als helemaal dode lichaam. Hef daarom nu maar je klaagpsalm aan en stel als priester de mensen ervan op de hoogte dat hier geen aardse hulp iets uitkan richten!'
[2] Bij deze verklaring keek de kleine rabbi een beetje zuur en vroeg mijn vader, hoe hij dat kon vaststellen. Maar mijn vader was nooit zo erg vriendelijk en zei de kleine rabbi droogjes in z'n gezicht: 'Hoe en waarom ik dat zie en weet, gaat je niets aan; doe jij maar wat jij moet doen en ik weet heel goed en secuur wat ik te doen heb!'
[3] Op dat ogenblik kwam de ziel geheel los van het lichaam en verscheidene verheven en wijs uitziende geesten namen haar meteen in hun midden, gaven haar een wondermooi, plooiend gewaad dat gemaakt leek van de witste byssus, en één nam de lichtzuil, boog deze om de lendenen van de nu vrije ziel en daaruit vormde zich een gordel die zo helder straalde als de zon. Tevens zette een machtige geest de vrije ziel een net zo helder stralende hoed op het hoofd en zei: 'Broeder, wees voor eeuwig getooid met het licht der wijsheid dat uit God in je straalt! ,
[4] Hierbij verlieten echter alle aanwezige hoge geesten samen met de nu vrij geworden ziel onmiddellijk het huis, wat ik meteen aan mijn vader doorgaf, en mijn vader zei tegen de rabbi: 'Wel, nu de ziel van de oude man volledig gescheiden is van zijn lichaam, ga je toch wel naar die mensen die zich bijna blind wenen, om hun te vertellen dat de oude man helemaal dood is?'
[5] Toen zei de kleine rabbi: 'Ei, waarom dan wel! Nu zal ik hem pas een leven gevend druppeltje op de tong geven, en dan zullen we meteen zien of zijn ziel -gesteld en aangenomen dat er een ziel als zodanig in het menselijk lichaam aanwezig is - wel echt reeds uit het lichaam is gegaan! Volgens mijn mening, die op veel ervaring kan bogen, heeft geen enkel mens een ziel die met een eigen spiritueel leven verder reikt dan het leven van het bloed en de zenuwen. De mens is, als hij eenmaal dood is, net zo dood als een steen of een uitgedroogd stuk hout, en bij alles wat ik heilig kan noemen, zweer ik je dat er dan in de mens niets meer blijft leven. Maar er zijn nog geheime middelen in de natuur om het leven in het bijna dode lichaam opnieuw op te wekken, en dat wil ik nu doen en jou, starre Jood, zal ik bewijzen dat de ziel nog lang niet uit zijn lichaam is gegaan en ook niet kan gaan, omdat er nooit zoiets als een ziel in heeft gewoond!'
[6] Toen haalde de rabbi een gouden flesje uit de zak van zijn mantel, liet het aan mijn vader zien en zei: 'Hier, vriend, kijk! Daarin zit de ziel van een mens die al dood is!'
[7] Mijn vader zei glimlachend: 'Ga je gang maar! Mijn hele uitgestrekte bezitting die je wel zult kennen, is van jou als de dode zich ook maar enkele ogenblikken beweegt tengevolge van de druppels die jij hem geeft, want jouw geheimmiddel ken ik. Ik bezit het ook, en het heeft mij bij schijndoden al heel goede diensten bewezen; maar bij schijndoden bevindt de ziel zich nog lang in het lichaam. Daarom kan dit geheimmiddel bij alle gestorvenen die nog geen hippocratische symptomen vertonen heel nuttig gebruikt worden; maar als het gezicht van een overledene eenmaal overduidelijk de hippocratische tekenen vertoont, dan is de ziel vertrokken en dan kun je in de dode tienduizend van zulke flesjes leeggieten zonder dat het lichaam zich zal gaan bewegen, maar het zal volkomen dood en ongevoelig blijven liggen als een steen of een verdroogd stuk hout. Maar begin nu je proef met je echte Perzische varenolie en zoals ik hier in het bijzijn van getuigen gezegd heb: "mijn bezitting is vanaf dat ogenblik geheel van jou, waarop deze dode, die nu al zo zachtjes aan een geur van ontbinding begint te verspreiden, ook maar één reactie op jouw druppels laat zien!'
[8] De kleine rabbi is weliswaar een beetje onthutst door deze krachtige tegenspraak van mijn vaders kant, maar gaat toch naar de dode, opent zijn mond en laat, in plaats van de normale twee tot hoogstens drie druppels, tien druppels op de reeds geheel uitgedroogde tong vallen. Daarna sluit hij de mond weer en wacht met volle aandacht op enige beweging van de dode. Maar een vol uur verstrijkt en nog een vol uur, het begint al helemaal dag te worden en de dode maakt nog geen aanstalten zich te bewegen.
[9] Dan vraagt mijn vader de kleine rabbi of hij nog van mening is dat de dode door zijn echte Perzische varendruppels zal gaan bewegen en misschien zelfs zal gaan spreken.
[10] De kleine rabbi zegt: 'Laten we nog een uur wachten, laten we op de zonsopgang wachten, dan zal de dode wel gaan bewegen; hij zal ook spreken!'
[11] Mijn vader zegt, nogmaals glimlachend: 'Ga je gang, ik zal er niets op tegen hebben; integendeel, ik offer graag mijn hebben en houden voor het terugwinnen van het leven van deze oude, godvruchtige, eerzame man, die ik zeer goed ken! En als je van mij verliest, verlang ik van jou alleen maar dat je gelooft in de ware, eeuwig levende God van Abraham, Isaäk en Jacob en aan de volle onsterfelijkheid van de menselijke ziel!'
[12] De rabbi zegt: 'Ja, vriend, dat wil en zal ik; maar ik zie al bij voorbaat dat je bij deze handel zult verliezen! Want ik behoor in het geheim tot de intellectuele sekte der Sadduceeën en ik zou mijn tempelwijding wel naar Afrika's grote zandwoestijn willen verwensen! Maar mocht je nu werkelijk van mij winnen, dan zal het mij echt weer deugd doen om met huid en haar de tempel toe te behoren!'
[13] Toen werd iedereen stil en keek verlangend uit naar het ogenblik dat de oude Lazarus weer levend zou worden."
«« 135 / 263 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.