De politiek van de tempelpriesters.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)

«« 17 / 263 »»
[1] ZINKA zegt: "Edele vriend! Geëerde heer! Wij begrijpen het heel goed, maar daarnaast is ons nog iets duidelijk wat u niet schijnt te zien!"
[2] CYRENIUS zegt: "En wat mag dat dan wel zijn?"
[3] ZINKA antwoordt: "Het is de dierbare politiek waardoor het priesterdom bijna in alle tijden en in alle landen der aarde een zeker voorrecht bezit, zodat het veel kan doen wat voor de rest van de mensheid een misdaad zou zijn. De priesters zijn vermetel genoeg zich aan de andere mensen letterlijk als goden op te dringen, en naar believen tegenover iedereen de mond vol te hebben over het zogenaamde woord van God. En geen mens ageert daar tegen, en zelfs de keizer moet dat brutale spel tolereren vanwege het vanouds ingeprente bijgeloof van het volk, waardoor de mensen op de juiste, gehoorzaam deemoedige plaats worden gehouden en niet opstaan tegen de koning van het land als deze hun vaak moeilijk op te volgen wetten en zwaar drukkende schattingen oplegt.
[4] Als de priesters echter wordt toegestaan in Gods plaats naar believen de scepter te zwaaien, dan zal de keizer zich ook helemaal niet zo kwaad maken wanneer deze volksverdovers zonodig heimelijk, of ook openlijk, in de huid van de monarch kruipen, in zijn naam spreken en zelfs wetten uitvaardigen indien zij dat zowel voor de heerser, voor zijn staat en natuurlijk ook voor zichzelf heilzaam vinden. Dat lijkt des te aanvaardbaarder in die provincies die, zoals het Joodse vaderland hier, ver verwijderd liggen van de residentie van de heerser .
[5] Als de keizer hen vanwege deze valse volmacht ter verantwoording roept, zullen zij helemaal niet ontkennen dat zij zonder enige opdracht hebben gehandeld. Maar zij zullen de keizer ook nog een goede reden kunnen aangeven waaruit blijkt dat zij dat slechts voor het welzijn van de monarch en zijn staat gedaan hebben! En zij zullen de keizer ook haarfijn en zonneklaar proberen te bewijzen, waarom die maatregel nodig was en welk voordeel voor staat en monarch daaruit voortvloeide. En de keizer zal hen tenslotte daarvoor nog moeten prijzen en belonen.
[6] Stel dat u hen vandaag ter verantwoording roept, dan zult u hen na het verhoor net zo min kunnen beschuldigen als de keizer zelf. Uiteindelijk zult u de volmacht van Herodes nog moeten bekrachtigen wanneer zij u bewijzen dat dat stuk nodig was om daarmee de heerszucht van Herodes binnen bepaalde grenzen te houden, omdat hij anders met behulp van zijn onmetelijke schatten en rijkdommen heel gemakkelijk in het geheim een eigen grote macht zou hebben kunnen vormen, waarmee hij dan heel categorisch met u, Romeinen, zou zijn gaan spreken! Zij hadden dat echter ontdekt en hadden direkt, door ingeving van boven, het juiste middel aangegrepen, waardoor Herodes pro forma een privilege ontving van het keizerlijke gezag dat hij anders al gauw met geweld afgedwongen zou hebben. -Als de tempelridders u met zulke verklaringen tegemoet treden, wat kunt u dan anders doen dan hen loven en belonen?"
[7] CYRENIUS zegt: "Daarvan ben ik nog niet zo overtuigd! Als Herodes zoiets gemeens van plan was en dat ook uit wilde voeren, waarom werd mij dat dan niet in het geheim meegedeeld? Ik zou toch heel goed de juiste middelen daartegen hebben kunnen aanwenden! Van Jeruzalem naar Sidon of Tyrus is toch echt niet zo ver! En dan nog, -hoe zullen de tempelpriesters de gestolen, grote schatten en de dertig kamelen verantwoorden? Ik denk dat hun dat toch wel wat moeilijk zal afgaan!"
[8] ZINKA zegt: "Geëerde vriend, edele heer! U schijnt anders heel veel gedegen staatsmanskunst te bezitten, maar hier schijnt u weer des te onervarener te zijn - als iemand die zelfs nog nooit in huis de scepter gezwaaid heeft! Een dubbele reden kan hen ervan afgehouden hebben om u persoonlijk daarvan op de hoogte te stellen! Ten eerste: "gevaar in geval van vertraging, en ten tweede: het vermijden van ieder gevaarlijk opzien bij deze zaak! Want zou u er te vroeg van in kennis gesteld zijn, dan zou u meteen heel Jeruzalem hebben laten omsingelen en zorgvuldig laten bewaken. Dat zou bij het volk grote opwinding hebben veroorzaakt en het met een bittere haat tegen u hebben vervuld. Herodes zou echter zo' n stemming tegen u heel goed hebben kunnen benutten, waardoor onvoorspelbare kwade zaken hadden kunnen ontstaan!
[9] Dit alles goed berekenend en van te voren inziend, beschikte de tempel in zijn goddelijke wijsheid nu juist over iets waardoor zonder enig opzien de kwade zaak werd verholpen. Op het juiste moment zouden zij u en de keizer heel ongemerkt toch wel in kennis gesteld hebben van het gebeurde, voorzien van advies hoe verder te handelen. De voor de keizer bestemde schatten zouden zij echter zonder meer pas dan aan u kunnen zenden als zij de tijd rijp geacht zouden hebben u over alles in te lichten.
[10] Geëerde vriend en edele heer, wanneer u ongetwijfeld zo'n antwoord op enige van uw vragen kunt verwachten, zegt u mij dan eens of u in verband met een goed staatsmanschap iets anders zou kunnen doen dan de tempelpriesters erg prijzen en hun, net als iedere goede en eerlijke zaakgelastigde, de wettelijke tien procent van de winst geven!"
[11] CYRENIUS zegt: "Maar als ik nu zelf overtuigd ben van de ontzettende verdorvenheid van de tempelpriesters, moet ik ze dan ook nog prijzen en belonen? Is er dan geen middel en geen manier om deze satansbroeders het vuur na aan de schenen te leggen?"
[12] ZINKA zegt: "Het is maar de vraag wie van ons tweeën de slechte ridders beter kent en dieper verafschuwt. Als ik hen allen, de tempel en hun synagogen, in één zucht zou kunnen vernietigen, geloof mij, ik zou mij geen ogenblik bedenken! Maar de zaken liggen nu eenmaal zo dat zelfs een God u geen andere raad kan geven, dan voorlopig met een vriendelijk gezicht het kwade spel meespelen. Komt tijd, komt raad.
[13] Volgens mijn berekening en volgens de berekening van Johannes zullen zij, gerekend vanaf nu, binnen veertig jaar helemaal rijp zijn voor de vernietiging, en u zult dan geheel Judea en geheel Jeruzalem opnieuw moeten veroveren en hun broeinesten grondig moeten verwoesten. Maar vóór die tijd zal er gewapenderhand weinig of niets tegen hen ondernomen kunnen worden, behalve dat wat ik u voorheen heb aangeraden. U kunt hun te gelegener tijd laten vragen hoe die bepaalde zaken liggen. Als zij echter meteen klaar staan met hun uitleg, doe dan zoals ik u gezegd heb, anders kan het slecht aflopen!"
«« 17 / 263 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.