Over ziekten en vroegtijdige dood

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)

«« 55 / 248 »»
[1] Toen zei EEN JOODSE GRIEK: 'Heer en Meester, dat is ons allen nu helemaal duidelijk; maar toch is er nog één ding waarvoor ik geen echte reden kan bedenken. Waarom moeten er toch zoveel kinderen in hun prille, nog helemaal onontwikkelde jeugd sterven, en waarom moet er bijna altijd aan de lichamelijke dood een ernstige ziekte voorafgaan die het lichaam verzwakt en doodt? Als een mens eenmaal rijp is, zou hij als ziel toch wel heel gemakkelijk en zonder pijn het lichaam kunnen verlaten, en kinderen zouden voordat zij een bepaalde graad van rijpheid bereikt hebben nooit of te nimmer moeten sterven. Maar wat zie je aan één stuk door: Kinderen sterven op alle leeftijden, en de ernstige ziekten verdwijnen niet en zijn een voortdurende plaag voor de mensen. O Heer en Meester , waarvoor is dat nu nodig op deze aarde?'
[2] IK zei: 'Dat zou helemaal niet nodig zijn, en dat was ook niet zo in de voortijd; heb je soms in enige kroniek gelezen over ernstige ziekten bij de mensen die aan God trouw waren en volgens Zijn geboden leefden?! Zij bereikten allen een hoge leeftijd en hun sterven was een zacht, pijnloos inslapen. Toen stierf er ook geen kind, want het werd door gezonde ouders verwekt en op een gezonde, natuurlijke manier gevoed en opgevoed.
[3] Toen echter later bij de mensen allerlei vormen van hoogmoed en daarmee een heelleger van helse zonden tegen de geboden van God en tegen de wetten der natuur hun intrede deden, kwamen er pas door eigen schuld allerlei kwaadaardige ziekten onder de mensen. De daardoor verzwakte mensen konden vervolgens ook geen gezonde kinderen meer verwekken. Zulke reeds vanaf het moederlichaam verzwakte kinderen kregen langzaam maar zeker steeds meer te lijden van allerlei ziekten en stierven toen in alle leeftijdsstadia.
[4] Omdat dat nu zo gaat, moetje niet denken dat God dat vanwege het een of andere onnaspeurbare geheime plan bij de mensen heeft ingesteld; Hij heeft het echter toegelaten, opdat de mensen ten eerste door de ziekten afgehouden worden van te veel zondigen, en ten tweede, opdat zij door de bittere en pijnlijke ziekten meer van de wereld worden afgetrokken, tot inkeer komen, hun zonden inzien, deze verafschuwen en zo met geduld en overgave aan de goddelijke wil zalig kunnen worden.
[5] Zo is het ook bij de kinderen. Wat moet er op deze aarde van een lichamelijk helemaal verkommerd kind terechtkomen, en speciaal bij ouders die zelf in alle zonden geboren werden?! Wie zal hen opvoeden en wie zal hen genezen van al hun kwalen?! Is het dan niet beter dat zij van deze wereld teruggenomen worden en daarna aan gene zijde in het speciaal voor hen bestaande kinderrijk door de engelen grootgebracht worden?!
[6] Ik zeg jullie: 'God weet alles en zorgt ook voor alles! Maar hoe kunnen de mensen in deze tijd, daar de meesten God helemaal niet meer kennen en niets van Hem weten, dan weten wat God doet en wat Hij voorschrijft voor hun mogelijke geluk?!
[7] Als God geen ziekten zou hebben toegelaten die passen bij de zonden der mensen, dan zou meer dan de helft van de mensheid helemaal te gronde gaan, en de aarde zou een complete hel worden en verwoest moeten worden en als dode brokstukken in de eindeloze wereldruimte moeten ronddolen, zoals er in dit zichtbare heelal met zijn sterren en werelden ook al soortgelijke voorbeelden te vinden zijn, waarover Mijn leerlingen jullie wel wat meer kunnen vertellen. -En nu vraag Ik jullie, hoe jullie dat begrepen en opgevat hebben.'
[8] Toen zeiden DE JOODSE GRIEKEN: 'Ja, Heer en Meester, ook dit is nu volkomen duidelijk voor ons, en het ergert ons ook helemaal niet meer dat ook wij reeds verscheidene malen ernstig ziek waren en dat wij hoogstwaarschijnlijk tenslotte nog door een ernstige ziekte van deze wereld naar de andere geholpen worden; want wij hebben gedurende ons leven ook heel vaak en heel erg gezondigd! Maar nu zouden wij nog van U willen weten welke zonden de oorzaak zijn van de meeste en ernstigste ziekten; want daarin zal toch ook wel verschil zijn.'
«« 55 / 248 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.