De behandeling van de mensen aan deze en aan gene zijde

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)

«« 17 / 220 »»
[1] Ik zei: 'Ook over dit punt is hier al het juiste en geheel passende gezegd, en jullie hebben dat voor een deel ook van Mijn leerlingen wel gehoord; maar het onthouden gaat jullie niet zo goed af en daarom is het in sommige hoeken van jullie leven weer een beetje donker geworden. Maar als jullie volgens Mijn woord leven, zullen jullie de doop met de Geest ontvangen, wat de ware, innerlijke wedergeboorte van de Geest in jullie ziel is. Deze levende Geest van al het licht en alle waarheid zal jullie vervolgens in alle waarheid binnenleiden, en dan zal in jullie ook alles helder worden wat nu donker en duister is.
[2] Gods liefde en wijsheid ziet ook wel, en zeker nog veel duidelijker, wat jouw meer verlichte verstand je al zegt, namelijk dat men niet iemand kan straffen, aan wie men geen wet heeft gegeven die hij moet gehoorzamen; en het zou zeker onrechtvaardig en onbillijk zijn, wanneer dat door God zo bepaald was.
[3] Maar er bestaat nu nergens op aarde een volk dat helemaal zonder enige wet is. Want God heeft onder alle volkeren al naargelang hun behoeften wijze mannen opgewekt en deze hebben hun wetten gegeven en hun ook gezegd en laten zien dat er een God bestaat, die alles heeft geschapen en ook alles in stand houdt, leidt en regeert. Zo leerden die wijze mannen de mensen ook dat God degenen die aan de wetten gehoorzamen, hier en aan gene zijde zal belonen, maar de degenen die in strijd met de wet leven zal tuchtigen en onverbiddelijk streng straffen, hier al en zeker aan gene zijde, omdat de ziel van de mens na de dood van het lichaam in een andere wereld van geesten verder leeft en overeenkomstig haar handelen gericht wordt.
[4] Kijk, zo'n leer heeft ieder volk ontvangen, en wanneer het die begint te vergeten, wordt het er direct weer aan herinnerd, voor een deel door opnieuw gewekte wijze mannen en voor een deel steeds door het eigen geweten, en zo kan niemand die verstand en gezonde geestvermogens heeft, zich helemaal verontschuldigen, als hij in strijd met de hem bekende wetten handelt. En wanneer iemand aan gene zijde in de toestand van zijn liefde en zijn vrije wil komt, zal hij tegenover God ook niet kunnen zeggen dat Hij deze of gene onrechtvaardig behandeld heeft; want aan degene die zelf wil geschiedt geen onrecht.
[5] Aan iedere ziel zal daarginds ten deel vallen wat zij zelf wenst. Is het iets slechts, dan wordt haar van tevoren duidelijk gemaakt welke gevolgen daaraan verbonden zijn. Als ze daar gehoor aan geeft, kan haar gemakkelijk hulp worden geboden; stoort ze zich er echter niet aan, dan zal ongehinderd toegelaten worden dat ze alles zodanig heeft en geniet als ze het vanuit haar liefde wil.
[6] De liefde echter, hetzij van goede of van slechte aard, is het eigenlijke leven van de ziel van iedere mens, engel en duivel; als we aan de ziel de liefde ontnemen, dan ontnemen we haar tevens het leven en het bestaan. Dat kan in Gods zuivere orde echter nooit voorkomen; want als ook maar het kleinste atoom in de schepping vernietigd zou kunnen worden en het bestaan geheel en al voor eeuwig verliezen, dan zou God Zelf daardoor een atoom van Zijn bestaan verliezen, wat echter onmogelijk is.
[7] En zo kan de menselijke ziel haar bestaan al helemaal nooit volledig verliezen; maar ze kan door haar eigen wil erg ongelukkig en onzalig worden en ze kan, als ze het maar serieus wil, ook weer door haar eigen vrije wil gelukkig en volledig zalig worden.
[8] Hoe kunnen de levensomstandigheden en situaties voor de ziel nu anders en beter en rechtvaardiger geordend zijn dan op die manier? Begrijp je dat nu, en is de nog donkere hoek in je nu al een beetje lichter?'
[9] De magiƫr zei: 'Heer en Meester van alle leven, het is in mij nu al een heel stuk helderder geworden! Ja, omdat het zo in elkaar zit en ook zo in elkaar moet zitten, kan er door ons mensen tegenover U zelfs niet de allerkleinste tegenwerping meer gemaakt worden; en ik ben klaar met vragen stellen.'
[10] Ik zei: 'Daar zul je voorlopig heel goed aan doen! Maar het zal wel weer gebeuren, datje nog heel veel zult vragen. Maar nu is het tijd om op iets anders over te gaan. Wie van jullie nog het een of ander wil weten, kan nu naar voren komen en spreken en vragen; want vandaag staat de poort van de hemel voor jullie allemaal wijd open!'
«« 17 / 220 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.