Het doel van de natuurlijke orde

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)

«« 190 / 220 »»
[1] Hierop bedankte Kado Mij voor deze verklaring en vroeg Mij of ook Ik nu de kwade natuurgeesten door middel van Mijn macht zou willen gebieden, om buiten die slechte plaats noch voor de mensen noch voor de dieren schadelijk te zijn.
[2] Ik zei: 'Dat is allang gebeurd, voordat jij eraan dacht Mij daar om te vragen; wat Mijn geest door de mond van Jozua heeft verbannen, dat blijft zo! Zover er gras groeit, en zover er schapen, geiten, ossen en ezels grazen, is het land goed; maar daarbuiten is het kwaadaardig.'
[3] Nu zei de waard: 'Maar het is toch werkelijk jammer dat zo'n groot stuk land niet vruchtbaar gemaakt kan worden; want daar zou voor veel mensen brood in overvloed geoogst kunnen worden. Het zou voor U, o Heer en Meester, toch heel gemakkelijk zijn om dit stuk land te ontdoen van al zijn boze natuurgeesten. U zou maar één woord hoeven zeggen en het land zou goed zijn.'
[4] Ik zei: 'Vriend, je hebt helemaal gelijk en Ik prijs jouw geloof maar Ik kan niet overeenkomstig jouw wens handelen; want als Ik dat zou doen, zou Ik in strijd met Mijn eenmaal ingestelde orde handelen en dat kan en zal helemaal nooit gebeuren!
[5] Want waar de aarde bergen heeft, daar moeten die ook zijn. Waar er bronnen, meren, beken, rivieren en zeeën zijn, daar moeten die ook zijn, net zoals de verschillende zintuigen in het menselijke lichaam. En waar zich dergelijke kwaadaardige plaatsen bevinden aan het oppervlak van de aarde, daar moeten die zijn; want de aarde, de lucht en het water moeten een vrijwel eindeloos groot aantal van de meest uiteenlopende natuurgeesten in zich verenigen, zodat daaruit allerlei mineralen, metalen en stenen kunnen ontstaan en planten en dieren, ieder naar zijn aard, hun voedsel en hun bestaan kunnen vinden en kunnen leven.
[6] Waar de mensen dus zulke plaatsen op aarde aantreffen waar geen enkele plant groeit en ook geen dieren van welke soort ook voorkomen, daar moeten zij zich ook niet vestigen; want daar bestaat beslist een dergelijke ondergrondse bron, via welke de zeer onzuivere natuurgeesten naar het oppervlak van de aarde gebracht worden, om zich met de lucht en het water te verenigen.
[7] Er zijn meer dan genoeg gezonde plaatsen in de dalen en op de bergen waar de mensen, wanneer ze bescheiden zijn, ruimschoots in hun levensonderhoud kunnen voorzien, en het is voor hen niet nodig dat ze ook de slechte woeste vlakten bewonen en ontginnen.
[8] Kijk, de zee bedekt heel grote stukken van de aarde, evenals de meren en rivieren, en een groot gedeelte van het aardoppervlak wordt gevormd door die hoge bergen, die er niet alleen maar kaal bij staan, maar waarvan bovendien nog hun vaak uitgestrekte hooggelegen dalen en vlakten met eeuwige sneeuwen ijs bedekt zijn! Zou jij dan ook niet tegen Mij willen zeggen: 'Heer en Meester, aangezien niets voor U onmogelijk is en de mensen op aarde voortdurend geweldig in aantal toenemen en uiteindelijk misschien te weinig goed land zouden hebben om het voor hun voeding noodzakelijke brood te winnen, maak nu de wijde watervlakten en de onvruchtbare hoge bergen tot vast, goed en vruchtbaar land, dan zullen de mensen ruimschoots voldoende vruchtbare grond bezitten, al zouden het er ook duizendmaal duizend.meer zijn!'? En daarop zou Ik jou moeten antwoorden: ' Als Ik dat zou doen, zou er weliswaar heel veel vast land ontstaan; maar op zo'n droog vasteland zou niets meer groeien.'
[9] Alles moet dus wel zijn zoals het is, zodat er op aarde vruchtbare landen kunnen zijn. Wanneer de mensen volgens de aan hen geopenbaarde wil van God zouden leven en handelen, zouden ze meer, ja veel meer dan genoeg vruchten hebben om hun lichaam te voeden. Want het af en toe onder de mensen optredende gebrek aan voedsel en hongersnood worden alleen maar door de mensen zelf veroorzaakt door hun eigenliefde, hebzucht, heerszucht, traagheid en bovendien door hun daaruit voortvloeiende hang naar een buitengewoon luxe leven en aardse rijkdom.
[10] Kijk maar eens naar de vele rijke, pronkerige leeglopers in de steden! Zij hebben veel goederen en schatten -maar wat geven ze de arme mensen terug voor het feit dat die bijna dag en nacht in het zweet huns aanschijns voor hen werken? Niets, absoluut niets geven zij hun; want het karige dagloon en het slechte en magere voedsel staan in geen enkele verhouding tot wat de armen voor de grote, en rijke, pronkerige leeglopers doen; en het heeft voor Mij dan ook geen enkele waarde.
[11] Wat voor goeds doet bijvoorbeeld een Herodes voor de mensen die de hun opgelegde hoge belastingen moeten betalen en het harde, zware werk voor hem doen? Kijk, van dergelijke Herodessen zijn er nu heel veel op de wereld; en zij zorgen voor de nood en alle ellende onder de mensen en veroorzaken door hun nooit te bevredigen hebzucht, duurte en hongersnood onder de mensen; maar daarvoor zullen zij aan gene zijde hun loon krijgen, waarover zij zich werkelijk niet zullen verheugen. Want waarlijk, waarlijk, eerder zal een kameel door het oog van een naald gaan, dan dat een dergelijke Hero4es het hemelrijk binnengaat!
[12] Daarom moeten jullie, rijken, voor altijd ook de armen rijkelijk gedenken, dan zullen jullie ontdekken dat er op aarde meer, ja veel meer dan genoeg goede vruchtbare grond is! -Heb jij, waard en bezitter van grote goederen en rijkdommen, dat nu goed begrepen?'
[13] De waard zei: 'Ja, Heer en Meester, niet alleen heb ik dat nu allemaal heel goed begrepen, maar ik heb ook het vaste onwrikbare besluit genomen om ernaar te handelen, en ik zal er ook mijn best voor doen om vele mensen zoals ik tot mijn huidige opvatting over te halen en ze ertoe te brengen ernaar te handelen.'
[14] Ik zei: 'Daar zul je goed aan doen en het loon uit de hemelen zal voor jou niet achterwege blijven; want wie iemand, vooral uit de klasse der rijken, bekeert tot het licht des levens en het vreugdevol en vriendelijk handelen daarnaar, zal een heel groot loon van eeuwig leven voor zijn ziel kunnen verwachten.
[15] Maar nu zal de zon direct helemaal opgaan; laten wij naar de zonsopgang kijken, dan zullen onze zielen zich daarover verheugen en blij worden!'
«« 190 / 220 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.