Lazarus vertelt zijn ervaringen met de Heer

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)

«« 6 / 220 »»
[1] Toen de nu goed verzadigde Farizeeën Lazarus in het oog kregen, drukten ze allemaal hun vreugde uit over het feit dat hij nu ongeroepen bij hen was gekomen.
[2] Hij begroette hen ook, zeggend (Lazarus): 'Het doet mij veel genoegen, dat jullie je op deze plaats, die jullie vervloekt hebben, toch zo goed voelen! En aangezien mij, tot grote vreugde van mijn hart, alles bekend is wat jullie hier in besloten kring besproken hebben, denk ik dat jullie, die werkelijk wijze mannen zijn, nu geen gebruik zullen maken van jullie banvloek over mijn bezitting?'
[3] De eerste spreker zei: 'Dat zeker niet; maar hoe -bij Mozes! -heb jij bij gesloten deuren en ramen kunnen horen, wat wij zo zacht mogelijk onder elkaar gesproken hebben? Vertel ons de inhoud van onze gesprekken, anders moeten wij geloven, dat jij hier de draak met ons wilt steken!'
[4] Hier bezwoer Lazarus hun, dat hij zoiets nooit zou doen, en hij herhaalde daarop woord voor woord alles wat ze tevoren met elkaar besproken hadden.
[5] Toen de Farizeeën dat hoorden, zei de eerste weer: 'Maar hoe -bij alle sterren van de hemel! -ben jij daar achter gekomen?'
[6] Lazarus zei: 'Je hebt toch zelf met je eigen woorden gezegd, dat er in de wereld mensen bestaan, die zeldzame vermogens bezitten! Waarom zou God bijvoorbeeld ook mij niet enkele zeldzame gaven geschonken hebben? Maar ik kan jullie nog iets veel belangrijkers zeggen, en dat is dat Jullie als gevolg van jullie inzicht en spreken heel dicht bij het rijk Gods zouden zijn, als de slechte lucht van de tempel jullie daarin niet hinderde. In het bijzonder echter duid ik daarmee op jouw tegenpleiter, met wie jij uiteindelijk zelf op alle punten instemde, evenals ook alle anderen, vandaar dat jullie allemaal nu tot mijn werkelijk zeer grote vreugde met deze wel heel achtenswaardige tegenpleiter op één en hetzelfde punt staan; want mannen van jullie soort zullen er in de tempel nu niet veel meer zijn. Daarom zeg ik jullie, als jullie oude en ware vriend, dat jullie nu dichter bij het rijk Gods staan dan jullie vermoeden!'
[7] Nu zei de tweede spreker: 'Beste vriend, verklaar je nader! Wat wil je ons daarmee zeggen? Hoe zouden en kunnen wij nu dichter bij het rijk Gods zijn dan wij kunnen vermoeden? Moeten wij hier soms sterven? Heb jij soms vergif in onze wijn gedaan?'
[8] Lazarus zei: 'Hoe kunnen jullie als werkelijk verstandige mensen zoiets ook maar denken! Ik wil direct uit jullie bekers drinken om te bewijzen hoe onjuist die gedachte is; jullie zullen nog lang genoeg op deze aarde moeten leven! Alleen met jullie kennis zijn jullie dicht bij het rijk Gods gekomen en met jullie geheim gehouden geloof, maar niet met jullie aardse leven!'
[9] De eerste Farizeeër zei: 'Wat versta jij dan onder het rijk Gods?'
[10] Lazarus zei: 'Niets anders dan dat jullie in je gemoed de juiste kennis van God bezitten! Als jullie Hem, die jullie tot nu toe vervolgd hebben, bovendien ook nog zouden aannemen als degene die Hij in waarheid is, dan zouden jullie al volledig in het rijk Gods zijn, dat vollicht is! Begrijpen jullie nu wat ik heb willen zeggen met: jullie zijn dichter bij het rijk Gods gekomen dan jullie kunnen vermoeden?'
[11] Daarop zegt de eerste spreker weer: 'Nu, het is goed dat je dit onderwerp aansnijdt! Dat jij veel met de wonderbare Galileeër op hebt, weten wij al een hele tijd, en wij hebben je dat, juist of onjuist, ook wel te kennen gegeven. Dat is voor ons niets nieuws. Maar aangezien jij die man zeker beter kent dan wij en wij nu hopelijk weer goede vrienden zijn geworden, omdat jij doorjouw gave, die ons voorheen onbekend was, je ervan overtuigd hebt hoe wij er eigenlijk over denken, is het nu misschien het beste moment, dat jij ons die man nader laat leren kennen. Je hoeft ons daarvoor helemaal niet te zeggen waar hij zich op dit moment ophoudt, omdat wij van het belachelijke besluit van de tempel toch nooit meer gebruik willen en zullen maken; en ook hoeven wij de Galileeër niet nader te leren kennen vanwege de geslepen tempelpriesters, maar alleen ter wille van onszelf; daarom kun je nu wel heel openlijk met ons over Hem spreken!'
[12] Daarop zegt Lazarus: 'Hoe en waar Hij geboren is, en wat er bij Zijn geboorte allemaal is voorgevallen toen de oude, boosaardige Herodes dertig jaar geleden in Bethlehem zo veel onschuldige jongetjes van één tot twee jaar oud heeft laten vennoorden, omdat de drie wijzen uit het verre morgenland, door een ster hierheen geleid, hem gezegd hadden dat er in Bethlehem onder de joden een nieuwe koning geboren was, dat weten jullie allemaal even goed als ik; maar jullie weten niet, dat die nieuwgeboren koning der joden door goddelijke voorzienigheid en beschikking niet in handen van de wrede Herodes is gevallen, maar door Gods hulp en door bemiddeling van de toen nog jonge Romeinse hoofdman Cornelius veilig en wel naar Egypte en -naar ik meen -de oude stad Ostracine is ontsnapt, en pas toen de oude Herodes drie jaar later, opgevreten door de luizen, gestorven was, behouden en wel in de omgeving van Nazareth is teruggekeerd en daar in stille afzondering zonder enig noemenswaardig onderricht is opgegroeid en een volwassen man is geworden.
[13] Toen hij twaalf jaar oud was, kwam Hij met Zijn aardse ouders voor het voorgeschreven knapenexamen naar Jeruzalem, bleef drie volle dagen in de tempel en bracht door Zijn antwoorden en vragen alle oudsten, schriftgeleerden en Farizeeën in opperste verbazing, wat mijn vader, die zelfs vanwege de armoede van Zijn ouders het tamelijk hoge examengeld voor Hem betaald had, mij verteld heeft.
[14] Ook dat zullen de ouderen onder jullie zich nog zeker herinneren, alhoewel niet het feit dat Hij aan de woede van Herodes ontsnapt is en na drie jaar weer uit Egypte naar Nazareth is teruggekeerd.
[15] En kijk, de man die nu zulke grote werken doet, enkel door de zuiver goddelijke macht van Zijn wil en Zijn woord, is precies dezelfde als de dertig jaar geleden in Bethlehem geboren koning der joden en precies dezelfde als de wijze jongeman, die twintig jaar geleden de hele tempel in opperste verbazing gebracht heeft!
[16] Nu weten jullie met Wie jullie in de persoon van de zo buitengewone Galileeër van doen hebben en dat is zeker ook nodig, om een gunstig oordeel over Hem te kunnen vellen.
[17] Wat Hij echter nu doet, weten jullie voor een deel, maar jullie houden het meeste van wat jullie over Hem, Zijn onderricht en daden verteld werd, voor meer dan de helft voor fabels en overdrijvingen van het volk, dat aan Hem hangt en aan Hem gelooft - en daar vergissen jullie je heel erg in!
[18] Ik ben er waarlijk, zoals jullie mij ook wel kennen, de man niet naar om een kat in de zak te kopen! Ik heb mijzelf er daarom ook heel nauwkeurig gedurende lange tijd en op verschillende plaatsen van overtuigd, wat voor iemand deze man nu eigenlijk was. En zie, hoewel ik toch ook goed thuis ben in de Schrift, vond ik nooit iets verdachts aan Hem, terwijl dat met de schreeuwerige magiërs zo vaak wel het geval was.
[19] Zijn leringen zijn geheel en al die van Mozes en de profeten, en Zijn wonderen doet Hij alleen waar het nodig is, en Hij laat zich daar nooit iets voor betalen. Kortom, Zijn krachtige woord is het zuiverste godswoord, Zijn wijsheid Gods wijsheid, en Zijn daden zijn eveneens puur Gods daden, omdat geen mens in staat is die te doen.
[20] Toen ik meer dan een halfjaar geleden met Hem en Zijn destijds vele leerlingen naar Bethlehem trok, troffen wij daar voor de poorten van de oude stad van David een groot aantal bedelaars aan, omdat er een feest werd gehouden. Deze armen van beiderlei geslacht smeekten ons onder luid gejammer om een aalmoes. Het allerhardst riepen geheel mismaakte mensen, zonder handen en sommigen ook zonder voeten, en ik wilde hen dan ook naar mijn vermogen bedenken.
[21] Hij gaf mij echter te verstaan dat daar nog tijd genoeg voor was, en vroeg vervolgens aan de armen of zij, als ze volledig gezond zouden zijn en hun ledematen weer zouden hebben, niet liever met het werk van hun handen het noodzakelijke brood zouden willen verdienen. Allen betuigden dat zij, als dat mogelijk zou zijn, liever dag en nacht zouden werken dan ook maar één ogenblik langer om aalmoezen te vragen. Daarop zei Hij: 'Sta op en wandel en zoek werk!' Op dit woord waren allen ogenblikkelijk van hun uiteenlopende kwalen genezen. De blinden konden zien, de doven en stommen hoorden en spraken, de verlamden sprongen op als jonge herten, en de mismaakten zonder handen en voeten kregen - nota bene - duidelijk nieuwe ledematen, en dat alles was het werk van één enkel ogenblik! Ik nam vervolgens al die wonderbaarlijk genezen mensen bij mij in dienst, gaf hun dadelijk wat geld en gaf hun aanwijzingen, waar ze heen moesten gaan.
[22] Wanneer men zelf getuige is geweest van zo'n daad en van nog honderd andere, waarvan men niet eens meer kan zeggen: 'Kijk deze waren groter en gedenkwaardiger dan de andere!', wanneer men gezien heeft, dat ook alle dieren, alle elementen, de hele natuur, zelfs de zon, de maan en de sterren en de zeeën van de aarde evenals de bergen aan Zijn wil gehoorzamen, en Hijzelf zegt: 'Ik en de Vader in de hemel zijn één! Wie Mij ziet, ziet ook de Vader .Wie in Mij gelooft, zal het eeuwige leven hebben, want Ikzelf ben de waarheid, de weg en het leven!', dan kan men er met zijn gezonde zintuigen en zijn gezonde verstand toch niet meer aan twijfelen dat het is zoals Hij leert, en zoals sinds Adam alle vaderen, patriarchen en profeten van Hem hebben voorspeld en onderwezen.
[23] Ik geloof nu volkomen en onwankelbaar in Hem en durf dat ook tegenover de hele wereld hardop te bekennen, omdat ik daar mijn onomstotelijke redenen voor heb; een ander kan echter doen wat hij wil! Nu weten jullie in het kort en in volle waarheid het belangrijkste wat de grote Galileeër betreft. Oordelen jullie nu zelf wat jullie van Hem moeten denken en geloven!'
«« 6 / 220 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.