Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3934 resultaten - Pagina 42 van 263

...  30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55  ...
[12] MUREL zegt: "O roep der roepen, stem der stemmen, woord der woorden, voor de eerste maal door mijn domheid herkend en begrepen! Wie kan U weerstaan, als hij U in zijn hart herkend heeft?! O, hoe verheven, heilig, groot en lieflijk en hoe bijna huiselijk bekend klinkt U door de heilige Vadermond het zo lang van Uw hart verdreven, zwakke kind tegemoet! Hoeveel maal duizend en nogmaals duizend zaligheden stromen mij tegemoet door één zucht uit de mond van Degene, die eens het 'Wordt!' in de eindeloze ruimten naar buiten donderde, waarop het begon te ontwaken en zich te bewegen in alle eindeloze ruimten, die geen eeuwigheid kan meten en ooit zal meten!
Hoofdstuk 224: Het dankwoord van Murel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] In Mijn eeuwige geest ben Ik van eeuwigheid reeds jullie Vader, maar in dit lichaam ben ik toch als een bruidegom en jullie allen zijn als Mijn lieve bruid -omdat jullie Mijn woord en Mijn leer aannemen, en oprecht in jullie hart geloven dat Ik het ben, de Beloofde, die komen moet om alle mensen te verlossen van de oude zonde, die een uitwas van de hel is, en om voor hen de weg open te stellen naar het eeuwige leven en naar het ware kindschap van God.
Hoofdstuk 225: Vervulling van de belofte van Jesaja. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] Waarlijk Ik zeg jullie: "Wie in Mij gelooft en Mijn woord daadwerkelijk houdt, is in Mij een hemelse bruid en Ik ben in hem een ware bruidegom van het eeuwige leven. Wie in Mij is en Ik in hem, zal geen dood meer zien, voelen of smaken!
Hoofdstuk 225: Vervulling van de belofte van Jesaja. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] Kijk, wat Jesaja toen hij naar Galiléa kwam, op déze plaats en op déze berg aan de zee heeft voorspeld, gaat hier nu voor jullie ogen geheel in vervulling! Tel alle volkeren die hier vertegenwoordigd zijn, en bij allen wordt het dikke omhulsel van de ogen weggenomen en ieder krijgt zuivere wijn zonder bezinksel en wie deze drinkt en de geest daarvan opneemt in zijn ziel, heeft het eeuwige leven in zich opgenomen, en dat gebeurt met allen die hier zijn en Mijn woord genieten als de zuiverste wijn uit de hemelen. En van degenen, die deze hierna van jullie te drinken krijgen en net als jullie met volle teugen zullen verslinden, zal door Mij ook de dood verslonden worden en zij zullen hem daarna niet meer voelen en smaken!
Hoofdstuk 225: Vervulling van de belofte van Jesaja. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] IK zeg: "In Mijn woord, dat Mijn geest en Mijn liefde is, zal Ik van nu af aan bij de mensen van goeden wille blijven tot aan het einde der wereld! Wees daar allen van verzekerd!
Hoofdstuk 226: De belofte van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] Nu worden jullie allen eerst daartoe voorbereid en klaargemaakt. Luister naar Mijn stem en hoor Mijn woord!
Hoofdstuk 226: De belofte van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Het grootste en tastbaarste bewijs voor Zijn goddelijkheid ligt echter in Zijn woord en in de Hem steeds ten dienste staande engel, die ten aanschouwe van alle aanwezigen daden verricht, die voor iedere sterveling nog onverklaarbaarder zijn dan Philopolds uitleg over de wereld der vaste sterren.
Hoofdstuk 227: Het wezen van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Maar dat zal niet overal en niet altijd zo kunnen zijn. Ik merkte hier echter al, dat het veel mensen ondanks alle overstelpende bewijzen nog steeds moeilijk valt het goddelijke wezen van de Heer in te zien en te begrijpen. Ik zei dan ook al, dat het verklarende woord altijd meer wonderen doet, met betrekking tot het herkennen van de Heer en Zijn zuiver goddelijke heerlijkheid, dan de opvallendste wonderen. De reden schijnt hierin te liggen: Aan de echte of namaakwonderen, die altijd raadselachtig zijn, is men in onze tijd al zo gewend, dat deze eigenlijk helemaal geen uitzonderlijke verbazing meer oproepen.
Hoofdstuk 227: Het wezen van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Vooral sinds de ongeveer zestig jaren dat de Romeinen over ons heersen, heeft het vrijwel gewemeld van magiërs en wonderdoeners! De in de geheime magie onervaren en onbedreven mens gooit nu echte en namaakwonderen heel gemakkelijk op één hoop, maakt geen verschil tussen echt en namaak -en kan dat ook niet omdat hem daarvoor alle elementaire kennis ontbreekt. Dat is dan ook de eenvoudige reden waarom een wonder nooit zo'n effect kan hebben als een duidelijk woord.
Hoofdstuk 227: Het wezen van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] Dáár is dus de volle oergoddelijkheid zichtbaar, terwijl die bij de magiërs eeuwig nooit zichtbaar kan worden omdat zij daar nooit of te nimmer is en was. Maar we mogen ook wel aannemen dat onze aartsvaders door hun innerlijke, goddelijke kracht veel wonderen gedaan moeten hebben, want zonder de echte wonderen zouden zeker nooit de onechte ontstaan zijn.
Hoofdstuk 228: De toekomst van Jezus' leer volgens Mathaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[5] Ik vind daarom dat wij de Heer vooral moeten vragen ons aan te geven, hoe wij onze toehoorders het woord des levens met levende overtuiging en nieuw leven wekkend, in begrijpelijke taal moeten bijbrengen! Want ik acht dat het meest noodzakelijk en voor de ontwikkeling van de goede zaak het enige wat vruchten zal afwerpen!"
Hoofdstuk 229: Zorgen over de verspreiding van de leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Bij mensen van ook maar enige ontwikkeling zou in het gunstigste geval een wijs woord ook zonder wonderdaden wel voldoen, maar ten opzichte van ruw geweld doe je niets zonder wonderen! Al de half en geheel verwilderde volkeren zijn meestal door de namaakwonderen van hun heersers en priesters halve dieren geworden. Het woord begrijpen zij niet, maar een echt wonder, dat beter moet zijn dan een namaakwonder , brengt ze zover dat zij geloof gaan hechten aan het betere wonder, en als men ze eenmaal heeft gewonnen dan kan men daarna beginnen hen doelgericht onderwijs te geven.
Hoofdstuk 229: Zorgen over de verspreiding van de leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] De mensen beginnen dan weldra angstig te vragen: 'Waar is het levenslicht?' Zij zuchten en wenen, en de tranen, gelijkend op regen uit de geestelijke wolken, vallen in de voren van het benauwde hart en brengen de hier en daar verkommerde wortels van het heilige woord in de ziel weer tot leven. Dan leven wij samen met de wortels op, en met de opnieuw gesterkte blik zien wij daarna weer snel en moeiteloos de levenszon in ons verlichte hart en dan verheugen wij ons uitermate over het nieuwe licht, dat wij tijdens allerlei twist en onvrede een tijdlang moesten ontberen.
Hoofdstuk 230: De Heer zorgt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Dáárom alleen al lijkt mij ons beraadslagen helemaal voor niets te zijn. Wij zullen van Hem, als Hij ons geschikt acht voor Zijn doel, zeker woord en daadkracht krijgen; maar voor Hem uitstippelen wat Hij ons vóór alles moet geven en wat Hij moet doen, dat kunnen wij met ons onnozele inzicht nooit!
Hoofdstuk 230: De Heer zorgt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Met 'hemel en aarde' wordt de nieuwe, aardse mens meteen vanaf zijn geboorte aangeduid. De 'hemel' is het symbool voor zijn innerlijke, verborgen, geestelijke gaven en de lege woeste 'aarde' duidt op de nieuw ontstane natuurmens, die zich nauwelijks bewust is van zijn bestaan; het eerste stadium van de mens.
Hoofdstuk 235: De ontmoeting van Mathaël met de geest van Abraham. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55  ...