Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

8736 resultaten - Pagina 43 van 583

...  31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56  ...
[3] Ja, als hij op aarde de enige zou zijn waar de elementen aan gehoorzamen, dan zou men gemakkelijk in zijn goddelijkheid kunnen geloven. Maar omdat er, zoals ik maar al te goed ondervonden heb, meer mensen op de goede aarde zijn die een naadloos opperkleed aanhebben, moet onze Jezus nog veel meer presteren, voordat wij hem de uitsluitende goddelijke voorrechten kunnen geven, en dan kunnen zeggen en ongetwijfeld kunnen geloven: Dat is Jehova, zoals Hij de eeuwen door was!
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] De Esseen bracht mij in een grote donkere kamer, waarin op z'n minst honderd lijken afzonderlijk op doodsbedden opgebaard lagen, en een heel duidelijke lijkengeur doordrong mij ervan dat de daar in een lange rij naast elkaar liggende lijken geen levende mensen meer waren. Terwijl wij beiden tussen de vele lijken doorliepen en ze ook hier en daar bevoelden, brachten vier dragers er nog twee, legden de ziellozen op nog lege bedden en verlieten toen de kamer .
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] De Esseen hief zijn handen op en riep met verheffing van stem: 'Doden ontwaak, leef verder en verdien met je levende handen eerlijk je brood! Maar geef ook voor alles de eer aan de goddelijke geest omdat hij ons mensen deze wijsheid en kracht gegeven heeft!'
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[17] Mijn rondleider deed dat meteen en na zijn laatste woord schoten er hoge en zuivere vlammen op en de voormalige geraamtes, waarvan nu geen spoor meer te ontdekken viel, stonden als complete mensén levend en bewegend, ook zo'n stuk of honderd, voor ons, begroetten ons en dankten de overste voor de bewezen genade. Deze stuurde ze naar buiten in de frisse lucht, die ze nu het eerst nodig hadden.
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] JUDAS zegt: " Als ik dat zo maar voetstoots aan zou nemen, moest ik toch wel zo onervaren zijn als jij en een aantal van jullie! Wij zijn at met al nog maar nauwelijks een half jaar bij hem en hebben veel gehoord en gezien dat ontegenzeggelijk buitengewoon en wonderbaarlijk is, en nu al moeten jullie hem natuurlijk zien als een godheid, omdat jullie heel eenvoudige mensen zijn, die nog nooit iets anders gezien en gehoord hebben dan deze Jezus, die zeker hemelhoog boven ons uitsteekt. Voor jullie zijn zijn daden en wat hij zegt voldoende, maar voor mij ligt dat heel anders, omdat ik veel gereisd heb en daarbij veel andere wonderbaarlijke zaken gezien en gehoord heb! Ga maar eens naar de Essenen en zie welke werken zij verrichten, dan wed ik dat je ze allemaal voor pure goden houdt, net als de Romeinen en de Grieken, die veel aan hen offeren omdat ze denken dat het goden zijn.
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Jullie houden de opwekkingen uit de doden, het plotseling vermeerderen van spijzen en dranken, de restauratie van gebouwen en de tekens aan de maan en de zon voor godswonderen! Dat voldoet echter nog lang niet om daarmee de goddelijkheid van een mens, die dat kan, te bewijzen, want dat en soortgelijke dingen heb ik meermalen bij de Essenen gezien. Genezing van zieken doen ze daar als bijzaak, maar ik was er zelf getuige van dat de overste der Essenen in drie talen op de maan schreef! Ook was ik er bij toen hij de zon eens midden op de dag helemaal verduisterde! Nadat hij zijn symbolen getekend en een berekening gemaakt had, zei hij ons: 'Binnen een uur zal ik een plaag over de mensen laten komen, ik zal de zon een tijdlang helemaal verduisteren, en op de gehele aarde zal het donker zijn!'
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Wij zetten grote ogen op na deze niet zo erg aangename voorspelling en wachtten in angstige spanning op de voorspelde plaag, die met het moment waarschijnlijker werd omdat het na deze voorspelling langzaam maar zeker steeds donkerder en donkerder begon te worden! Toen de zandloper bijna leeg was strekte de overste zijn handen uit en sprak langzaam en verheven: 'Ik wil het! Zon, wordt duister!' Toen werd de zon duister en op de gehele aarde was het zo donker als bij nacht. Na een paar ogenblikken en merendeels vermurwd door onze vurige smeekbeden, strekte hij zijn handen weer uit, waarvan de vingers leken te gloeien, en sprak tegen de zon: 'Zo is de plaag voor de mensen voldoende, ontbrand daarom geleidelijk weer en verlicht en verwarm de hele wereld!' En zie, na dit bevel van hem begon de zon meteen weer licht te geven en na een half uur gaf ze weer haar volle warmte!
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[16] Wij keken een poosje naar deze zeer levenloze beenderen. Toen kwam de overste met een ernstig gezicht binnen en vroeg aan mijn rondleider of het weer tot leven brengen van de lijken hem geheel gelukt was. En hij antwoordde daarop zeer eerbiedig met' Ja, hoge, wijze meester!' Toen sprak de overste: 'Nu let dan goed op; ik zal jou nu in het bijzijn van deze vreemde inwijden, zodat je in het vervolg ook de vleesloze doodsbeenderen tot leven zult kunnen brengen! Ga en bevoel met duim en middelvinger alleen de borst en de schedel van de geraamtes, tel daarop langzaam tot zeven en roep dan hard: 'Bekleed je met vlees en huid, en het levensvuur kome uit de wanden en beleve jullie tot echte mensen!'
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Want deze mensen - die nog behoren tot de resten van de oude Egyptische priesterkaste, en grote schatten bezitten bestaande uit goud en zilver en de kostbaarste edelstenen en parels - hebben op de grens van ons beloofde land en Egypte een waar wonderpark gesticht en zij bezitten nu al een tweede in de buurt van Jeruzalem, waarmee ze ook heel goede zaken doen! Zie je, dat weten wij, en het verbaast ons zeer dat jij, die toch niet op je achterhoofd gevallen bent, dat niet zou weten!"
Hoofdstuk 98: Het bedrog van de Esseense wonderen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Hij was, zoals hij me vaak heeft verteld, iedere week viermaal dood! Eerst in de zaal van de pasgestorvenen en daarna meteen nog een keer in de zaal van de geraamtes. Daar staan in rijen, zwarte onderstellen, met deksels waarop de geraamtes merendeels slechts geschilderd zijn. Alleen op de eersten zijn uit hout gesneden geraamtes bevestigd, voor het betasten door de rondgeleide vreemden. Deze onderstellen bestaan uit banken met halfronde bovendeksels, die door banden aan de onderbank bevestigd of daarvan weer losgemaakt kunnen worden. De levende mensen moeten op de onderbank gaan liggen, dan worden de beide zijvleugels, die van buiten voor het merendeel slechts een geschilderd doodsgeraamte hebben, over hen heen geslagen. Als er dan een of meer vreemden in de zeer donker gehouden kamer komen, wordt er opgewekt. Het bevel om op te staan is dan niets anders dan een teken waarop eerst twaalf, buiten de wanden van de ruimte voor bepaalde openingen wachtende knechten, fijn gemalen hars, dat in een buis is gestrooid, over kleine vlammende pekpannen in en door de openingen moeten blazen, wat altijd veel vlammen en rook veroorzaakt.
Hoofdstuk 98: Het bedrog van de Esseense wonderen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Arme mensen komen natuurlijk bijna nooit in aanmerking voor zo'n wonder, maar zij worden daarentegen heel hartelijk getroost en door kleine goedkope wonderen in het geloof versterkt dat hun gestorven kind rechttoe rechtaan naar het paradijs opgevaren is, en dat maakt de arme ouders ook weer blij gezind.
Hoofdstuk 99: De levensbeschouwing van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Daarom vormen de grote schatten van deze wereld de grootste bedreiging voor het eeuwige leven van de mensen! Wat baat het echter de mens, als hij de schatten van de gehele wereld zou hebben en dit ten koste ging van zijn ziel? Voor hij er erg in heeft zal men zijn ziel wegnemen en in grote duisternis werpen, waar eeuwig gejammer en tandenknarsen heerst! Wat zal hij dan aan al zijn schatten hebben!?
Hoofdstuk 102: Aankomst in de vrije stad Genezareth. In Genezareth. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Terwijl hij zo nog verder sprak, kwam al het bericht van zijn grote herberg, over de totale genezing van de ongeveer tweeduizend zieken. Er moest een wonder gebeurd zijn, omdat zoiets anders volkomen onmogelijk zou zijn. De genezen mensen zouden zelf al gauw komen om de heer van de herberg met woord en daad hun vurige dank te betuigen!
Hoofdstuk 103: Genezareth. De herberg van Ebahl. (6/7.12.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[18] IK zeg: "Volgens de gebruiken die tot op heden in zwang zijn is er niets op je huisregels aan te merken, en Ik verbied ook niemand om twee, drie en ook nog meer vrouwen te hebben, want de vrouw is geschapen voor de voortplanting van de mensen. Een onvruchtbare vrouw is aan God niet welgevallig tenzij zij van nature onvruchtbaar is, - wat iets is waar geen mens wat aan kan doen.
Hoofdstuk 103: Genezareth. De herberg van Ebahl. (6/7.12.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] BARTHOLOMÉUS zegt: "Dat is haast belachelijk, en ik heb deze kunstmatige maan met vijftig andere sterke mannen heel vaak op een verschrikkelijk lange stang vanuit de erker van de burcht in een schuine stand in de lucht naar buiten moeten houden! De maan zelf bestaat uit een ronde zeef van ongeveer twee spannen breedte, die aan beide zijden met wit perkament is overtrokken. De zeef heeft een doorsnede van tien royale handbreedtes en is inwendig, dat wil zeggen tussen de beide perkamentdeksels -en wel in het midden van de cirkel -voorzien van vier olielampen, die als ze branden binnen de twee perkamentdeksels veel licht geven. De naar de burcht toegekeerde zijde is met tamelijk grote zeer zwarte letters in drie talen beschreven. Als een vreemde nu snel naar een bepaald venster gebracht wordt, ziet hij schijnbaar de beschreven volle maan aan de hemel, die zoals reeds gezegd, door vijftig sterke mensen schuin boven, hoog in de lucht wordt gehouden op een ongeveer twaalf klafter lange stang, die door de vreemden vanuit het bepaalde venster niet kan worden gezien. -Nu, wat vindt je van die volle maan?"
Hoofdstuk 98: Het bedrog van de Esseense wonderen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56  ...