Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

8736 resultaten - Pagina 50 van 583

...  38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63  ...
[7] Weliswaar ligt de oorzaak daarvan bij jullie niet in onkunde of eigenzinnigheid, maar in jullie oude gewoonte. Let echter in het vervolg toch meer op, opdat de mensen kunnen merken, dat jullie echt Mijn leerlingen zijn, en je voor de wereld niet de achting verliest die je voor je nieuwe ambt bovenal nodig hebt.
Hoofdstuk 147: De stem van de Heer in het hart. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] Dan gaan de LEERLINGEN naar de twee Essenen en de groep Farizeeën en zeggen tegen hen: "Verbaas je er niet over dat ook wij nog wel eens het een of ander hardop aan de Heer vragen, want ook wij zijn maar mensen en laten ons zo nu en dan door onze oude gewoonten leiden!"
Hoofdstuk 147: De stem van de Heer in het hart. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] De lucht, die voor het inademen van mensen en dieren geschikt is, reikt niet tot aan de sterren, maar op het hoogste punt slechts tot zo ver boven de aarde als viermaal de hoogte van deze berg, gerekend vanaf de zee. Op die hoogte is de aardse lucht scherp begrensd, als water en lucht, en heeft daar evenals het water een heel glanzende, gladde oppervlakte, die zoals de zee regelmatig golft.
Hoofdstuk 148: De natuur en haar geestelijke betekenis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] De nevels, die zich tussen de zon en de aarde stellen, beelden de veelsoortige onnodige en nietige zorgen van de mensen uit, waar het licht van de zon slechts hier en daar spaarzaam doorheen kan breken, en de nevels stijgen op en bedekken zelfs de bergen. De heuvels en de bergen zijn het beeld van het betere inzicht van de mensen op deze aarde. Dit betere inzicht wordt eveneens vertroebeld door de bekrompen en nietige zorgen van de halfblinde mensen.
Hoofdstuk 149: Verdere geestelijke symboliek. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] De beide ESSENEN zeggen: "Ja Heer, die is zo duidelijk als de zon daar! Oh wat is deze grote heilige leer heerlijk! Oh, wat weten de mensen nog veel dingen niet, die ze toch evengoed zouden moeten weten als het feit dat ze leven! Heer, wij nemen op ons om de ons nu gegeven leer over de echte sabbatsrust in U, bij de mensen te introduceren. Deze overtreft al het hiervoor gesprokene en het door U geleerde, want wij zien in alle voorgaande lessen slechts een voorbereiding tot het gemakkelijker volgen van déze heilige leer! Waarlijk, daarvoor moesten alle hemelen geopend worden om aan de mens deze heiligste leer der leren terug te geven! - Maar nu komt er een heel andere vraag, en nu aan ons!
Hoofdstuk 149: Verdere geestelijke symboliek. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] IK zeg, terwijl Ik Mijn handen op de schouders van de Essenen leg: "Beste vrienden, pas Mijn leer toe en je zult Mij daardoor net zo'n vreugde bereiden als Ik jullie nu bereid heb! En jullie loon zal niet gering zijn als je ook de andere mensen daartoe over zult halen."
Hoofdstuk 149: Verdere geestelijke symboliek. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Maar als je een school opricht en daarvoor een groot huis bouwt, moeten de muren geen afsluitingen en geen sloten hebben! Wordt echte vrijmetselaars van jullie schoolhuizen, en profetenscholen zullen jullie volgende werk zijn. Maar jullie hoofdzorg moet daarop gericht zijn dat jullie al Mijn lessen, die al gegeven werden en nog gegeven worden, getrouw bewaren en niet, zoals de Farizeeën en oudsten, vermengen met je eigen voorschriften! Jullie tegenwoordige voorschriften moeten grondig uitgeroeid worden, en Mijn woord moet volledig daarvoor in de plaats komen, en wel vrijwillig, omdat anders Mijn geest niet zou kunnen werken volgens de profetie die de mensen werd gegeven door de mond der profeten!"
Hoofdstuk 150: Opdracht aan de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] De Essenen bedanken nu voor deze les en beloven Mij ernstig dat zij alles woordelijk op zullen volgen; alleen zou Ik hen steeds de juiste bescherming en voldoende kracht moeten geven om al dit goddelijke niet alleen voor hen zelf te gebruiken. Zij wilden ook voor vele andere mensen die daarnaar uitzien, voor alle tijden vruchtbaar, heilzaam werk doen!
Hoofdstuk 150: Opdracht aan de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Als jullie echter een hoofd en leider voor jullie werk uitkiezen, bid en onderzoek dan, opdat het ambt niet aan een onwaardige gegeven wordt; want een slechte onverstandige leider is voor een groep mensen hetzelfde, wat een slechte herder voor zijn kudde is. Als hij de wolf ziet komen, slaat hij het eerst op de vlucht en laat de schapen als prooi voor de wolven achter, of hij wordt uiteindelijk zelf een wolf en doodt zijn lammeren geestelijk, zoals dat nu het geval is bij de Farizeeën en hun hogepriesters. Zij lopen in schaapskleren rond, maar inwendig zijn zij verscheurende wolven! Nauwelijks een mug geven zij te eten, maar voor datgene wat zij voor een mug gaven, eisen zij een hele kameel terug!
Hoofdstuk 150: Opdracht aan de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Daarom zei Ik tegen jullie dat je je schoolhuizen vrij en open moet bouwen, opdat iedereen uit en in kan gaan als hij wil! In jullie school mag helemaal niets geheim zijn! Wijd degene, die wil, in, voor zover hij het begrijpen kan, want ik verkoop jullie met Mijn leer geen kat in de zak, - Ik zeg jullie alles open en duidelijk en doe nergens geheimzinnig over, behalve als het verstandiger is voor het welzijn van de mensen. Wees daarom ook open tegenover iedereen bij wie je een goede wil ziet! Maar wees bij alles ook verstandig, want de openheid hoeft niet zover te gaan dat men de zwijnen de edele en kostbare parels voor zou werpen!
Hoofdstuk 150: Opdracht aan de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] EBAHL deelt nu het brood uit en breekt, om niet tekort te komen, slechts kleine stukken van het halve brood; maar het halve brood wil niet kleiner worden. Als hij echter ziet dat het niet kleiner wordt, hoewel hij alle berggasten voor een paar mondenvol extra gegeven had, begint hij grotere stukken erbij te geven, maar ook nu wordt het halve brood niet kleiner. Als hij dan ziet dat de berggasten nóg trek hebben, begint hij het uitdelen weer van voor af aan en breekt nu nog grotere stukken van het brood. En als hij rondgegaan is onder de goed dertig mensen die met ons de berg hebben bestegen, heeft hij nog een behoorlijk stuk in de hand en zegt tegen Mij: "Heer dat heb ik over. Zal dat wel genoeg zijn voor U, voor Raphaël, voor Jarah en voor mij?"
Hoofdstuk 151: De gezegende maaltijd op de berg. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] IK zeg: "Dan heb je mij dit keer niet helemaal goed begrepen, daarmee werd de berg van de sabbatviering in het hart bedoeld! Maar dat doet er verder niet toe, laten we maar gaan, want beneden wachten verscheidene zieke mensen op ons! Die moeten geholpen worden opdat er na Mijn vertrek in deze hele omgeving geen zieke meer te vinden zal zijn. "
Hoofdstuk 153: De afdaling van de berg. In Genezareth - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Hier riep Ik alle berggasten bij elkaar en zei: "Luister allen nu naar Mij! Wat Ik jullie al op de berg heb gezegd, zeg Ik jullie nu allemaal nog een keer: Houd al het op de berg beleefde en geziene voorlopig voor je! Als jullie echter door een duidelijk teken uit de hemelen daartoe opgewekt worden, predik het dan van de daken aan de mensen, die van goede wille zijn. Maar voor de slechte wereld moet het voortdurend zo verborgen blijven, zoals het centrum van de aarde verborgen is! Want een uiterlijk wereldse mentaliteit zal dat nooit begrijpen en zou jullie als krankzinnigen verdoemen! Maar dat zou dan ook de eeuwige dood betekenen van die zielen.
Hoofdstuk 153: De afdaling van de berg. In Genezareth - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Met dit bericht gingen de knechten naar de zieken in de herberg en waren zeer verbaasd dat zij geen zieken meer vonden. Want allen die ziek waren, werden in één en hetzelfde ogenblik gezond, zowel Joden als heidenen. Toen de knechten naar hen toegingen, hoorden ze niets dan lofgezang over de herkregen lichamelijke gezondheid, en dat de genezen mensen Mij wilden zien!
Hoofdstuk 154: De zieken in de herberg bij Ebahl. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Met dit antwoord gaat de bode weer terug en brengt het aan de genezen MENSEN over. Maar die zeggen: " Als men iemand eer en lof wil geven, moet men het niet vooruit aan hem vragen! Men moet erheen gaan en hem naar waarheid en welvoeglijkheid de hem toekomende lof en dank brengen, dan kan men pas met een goed geweten vertrekken! Laten we daarom maar moedig gaan, dan zal hij ons, omdat wij met de beste bedoelingen ter wereld naar hem toekomen, de toegang niet weigeren!"
Hoofdstuk 154: De zieken in de herberg bij Ebahl. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63  ...