1796 resultaten - Pagina 52 van 120
... 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 ...
[5] Onthoud Uw erbarmen, Uw heilige liefde en Uw heilige genade niet aan ons die zich Uw kinderen noemen, maar eigenlijk slechts louter zondaren zijn! Zegen ons, raak ons aan en leid ons, scherp onze zintuigen en verteder onze harten, opdat die lieflijk mogen zijn als honing en was, en verruim onze enge borst, opdat zij steeds hoe langer hoe meer de ware liefde vanuit U, o heilige Vader op zal kunnen nemen!Hoofdstuk 167: Het ware bidden. De richtende Godheid en de liefhebbende Vader in de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] Vanuit God moet alles sterven; maar dan komt het leven van de Vader over de doden. Wie God zoekt, die zal Hem verliezen en zichzelf en zijn leven; want God laat Zich niet aantaken. En de wijsheid van de mens die Hem zoekt, is voor Hem een gruwelijke, walgelijke dwaasheid en voor de zoekende slechts onvermijdelijk dodelijk. Want met de wijsheid raakt hij God aan; maar deze kan door geen geschapen wezen in wat voor een gemoedstoestand dan ook, aangeraakt worden en daarbij zijn leven behouden.
Hoofdstuk 167: Het ware bidden. De richtende Godheid en de liefhebbende Vader in de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[20] Maar heb de Vader lief! Houd vast aan Zijn liefde en laat je altijd aanraken en leiden door de liefde van de Vader, dan zul je eeuwig nooit de dood proeven, alleen maar de scheiding van het lichaam, dat een vloek van de Godheid is, waarin het leven vanuit de Vader voor de toorn van de Godheid wordt behoed door de beschermende liefde van de Vader.
Hoofdstuk 167: Het ware bidden. De richtende Godheid en de liefhebbende Vader in de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[21] Laat daarom dit ochtendmaal een zichtbaar teken zijn ter aanmaning dat je je altijd aan de liefde vast moet houden! En als en zolang je dat zult doen, zul je ook het leven bij en in je hebben en dus ook Mij als oerbron van alle liefde, al het leven en alle wijsheid vanuit Mij!
Hoofdstuk 169: Het ochtendmaal van de aartsvaderen op de sabbat - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] Indien het offer ook voor ons en vanuit ons als geldig moet worden beschouwd, moet het immers ook iets van onze raad in zich hebben en dragen; maar zo draagt het niets in zich dan alleen onze tegenzin en heeft bijgevolg voor ons ook geen uitwerking.
Hoofdstuk 171: Henoch bereidt het offer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[22] Uit deze gelijkenis valt dit op te maken, dat slechts de levende door Mijn grote erbarmen tot een levend erbarmen kan worden bewogen; zijn erbarmen wordt zodoende door Mijn erbarmen opgenomen alsof die iets voor zou stellen. Net als de wind het zachte zuchtje wind van het blad opneemt en het dan met zich meevoerend, zijn medebladeren laat beroeren, zo verhoudt het erbarmen van de mens zich ook ten opzichte van zijn medemensen, vandaar dat de ene broeder zoveel moet doen voor de andere als hij kan vanuit de levende liefde, ja vanuit Mij en door Mij vanuit de levende liefde en Ik zal dan zijn daad en zijn voorspraak aanzien als zou die iets voor Mij betekenen!
Hoofdstuk 172: Het wezen van de voorspraak - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[16] De trotsen zul je nimmer voor je winnen door trots terug te doen, niet eens je eigen kind! Want je zegt vanuit jouw wijsheid immers zelf dat je ontdekt hebt dat twee krachten van gelijke aard nooit één kunnen worden, want de ene werkt de andere tegen en probeert die teniet te doen; daarom kunnen twee stenen niet de plaats van één enkele steen innemen.
Hoofdstuk 174: Een evangelie voor beledigden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[15] De zonde heeft ons daardoor ook door en door verhard, zodat wij niet meer in staat zijn ons geheel in liefde om te zetten; maar desondanks moet het gebeuren en wel opnieuw vanuit het hart!
Hoofdstuk 177: Kisehels bekentenis - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[24] Wat is er dus nu voor een verschil tussen een zondaar en een rechtvaardige? Ja, nu zie ik het helder voor me: de zondaar is een grote dwaas omdat hij meent en doet alsof hij vanuit zichzelf voor God iets zou zijn; maar de rechtvaardige erkent zijn niets en dat wat hij is, is louter erbarmen van God, van de heilige Vader.
Hoofdstuk 178: Kisehels gebed van berouw - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[22] Wie echter onmiddellijk na het gewaarworden van de vreemde aandrift in zichzelf eigenmachtig zou willen handelen, ofschoon hij zou handelen vanuit Mijn kracht, zou die niet een even grote zondaar zijn als Kaïn, die Mijn kracht in zich heeft omgezet, zodat hij boos werd en daardoor zijn broeder doodde?!
Hoofdstuk 179: Het wezen van de zonde en hoe haar te overwinnen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[19] Als je ziet dat ergens een arme broeder of zuster een bepaalde onvolkomenheid vertoont, dat wil zeggen dat hij lichamelijk gebrekkig is door zwakte of algehele onbruikbaarheid van een zintuig, of dat hij arm is in zijn hart, arm aan liefde, arm aan daadkracht, arm van wil, arm aan inzicht, arm aan verstand of geheel verarmd van geest en aan alles wat van de geest is, en je ontfermt je over hem vanuit de liefde van je hart tot Mij en vandaar uit pas tot je broeder of tot je zuster, zie, dan is je erbarming volkomen, omdat het dan reeds een opnemen van Mijn grote erbarming is op dezelfde wijze als wanneer de wind door het woud gaat en de bomen beweegt en ieder blaadje aan de boom beroert, waardoor dan ieder blaadje zachtjes beweegt en door dat bewegen ook een eigen kleine wind teweegbrengt, die door de algemene grote wind zodanig wordt opgenomen als stelde het in verhouding tot hem werkelijk iets voor.
Hoofdstuk 172: Het wezen van de voorspraak - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[3] Ik, Abedam Jehova de Eeuwige, Ik, je goede heilige Vader, ben Zelf tot je gekomen om je op te helpen! Sta daarom zonder vrees op; want zie, Ik heb voor eeuwig jouw zonden uitgeroeid omdat je Mij zo met de liefde van je hart hebt opgenomen als tot nu toe nog geen van al Mijn kinderen op deze aarde! Daarom sta dus op, zoals nog niemand is opgestaan! Sta op, toegerust met grote wijsheid, die je verkregen hebt vanuit je liefde en toegerust met een grote macht, die je verkregen hebt door je liefde, waardoor zelfs alle levenloze en levende dingen je moeten gehoorzamen, en tenslotte ook toegerust met het eeuwige leven; want waarlijk, jij zult voortaan eeuwig de dood niet smaken omdat je door jouw liefde tot Mij je vlees in alle opzichten waarachtig gedood hebt!
Hoofdstuk 179: Het wezen van de zonde en hoe haar te overwinnen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[16] Maar Abedam strekte Zijn hand naar Zuriël uit en zei tegen hem: "Zuriël, Ik zeg je: wees rustig in je hart; want jouw misslag kwam voort uit je blinde liefde tot Mij! Daarom gaf Ik je nu een licht waardoor je voortaan niet meer zo blind zult zijn als tot nu toe, maar met beide ogen ziende zult liefhebben. Maar Ik zeg je ook: wie Mij niet in zijn blindheid zal beginnen lief te hebben en niet zoals jij bezorgd zal zijn om alles wat Mij betreft, die zal moeilijk ooit een hoger licht vanuit Mijn liefde krijgen!
Hoofdstuk 181: De bezorgdheid van de deemoedige Zuriël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[30] En zie, toch is het zo en vanuit Mij nog eindeloos veel anders! Eenmaal bij Mij in Mijn rijk zul je het nog veel beter kunnen zien en er van genieten!
Hoofdstuk 182: De Heer en Ghemela - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Ik dacht vaak bij mijzelf dat zij van dichtbij wel wonderlijk mooi moesten zijn, veel mooier dan de bloemetjes, omdat ze vanuit de verte er al zo wonderlijk heerlijk uitzien.
Hoofdstuk 183: Een blik in de diepten van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)