Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

283 resultaten - Pagina 8 van 19

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19
[10] Maar nu vraag Ik jou: is door deze vermenigvuldiging de zon werkelijk vermenigvuldigd of alleen haar werking? Jij zegt nu: inderdaad, alleen de werking! Goed, zeg Ik, maar hoeveel zonnen had je dus in jouw spiegels? Jij zegt: vanuit de spiegel gezien evenveel als er spiegels waren, maar wat de zon betreft had ik steeds maar een en dezelfde.
Hoofdstuk 60: De Oer-eigenlijke God-Zon. Uitleg over de persoonlijke, wezenlijke alomtegenwoordigheid van de Heer. Voorbereiding voor de maaltijd met de Vader - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[8] Daarop berust echter ook het treurige geloof van jullie heidens-christelijke instelling, volgens welke de liefde van God slechts zolang zou duren als de mens op deze aarde leeft. Is hij eenmaal lichamelijk gestorven en staat hij er enkel bij als ziel en geest, dan treedt onmiddellijk de onwrikbare, verschrikkelijk strenge, straffende toorn der gerechtigheid Gods in werking, waarbij er van liefde of barmhartigheid eeuwig geen sprake meer is.
Hoofdstuk 95: Voorbeelden van een verkeerde opvatting van het tiende gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Om deze reden werd deze daad toentertijd ook `éénslaap', `medeslaap' of ook `bijslaap' genoemd. Daar de mensen mettertijd echter door allerlei wereldse genoegens aardser en zinnelijker werden, begonnen ze ook zonder geestelijke voorbereiding in hun aardse sfeer de vrouwen zuiver lichamelijk te beslapen, raakten daarbij niet meer in een geestelijke slaap of beter gezegd in een natuurlijke slaap opdat de geest vrij zou worden. Daardoor werden de vruchten als resultaat van oorzaak en werking dan ook zoals de oorzaak en de werking zelf waren. Jullie zeggen immers zelf: `Ex trunco non fit Mercurius'.( Uit een boomstronk ontstaat niets goddelijks.) Hoe is het derhalve dan mogelijk om langs zuiver dierlijk natuurlijke weg vruchten van de geest te verwekken? Ik ben van mening dat, als jullie slechts enigszins acht slaan op deze belangrijke, oudhistorische, volkomen ware beschrijving, jullie je nu ook de zuiver hemelse geslachtsdaad juister en waardiger kunnen voorstellen dan jullie anders mogelijk zou zijn geweest, terwijl jullie deze daad, door zijn tegenwoordige, puur zinnelijke verschijningsvorm, op grond waarvan de wetten van Mozes met betrekking tot de onkuisheid werden gegeven, noodgedwongen als onzuiver en dus ook onheilig moesten beschouwen.
Hoofdstuk 45: De overeenstemmende betekenis van eten en drinken van de hemelse geesten. Het hemelse huwelijk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[4] Lieve vrienden, we waren toen ook wel in de middag, maar we bevonden ons aan de oever van de rivier en deze geeft aan, hoe liefde en wijsheid in elkaar grijpen en in het eeuwige leven overgaan. Toen waren we dus in het centrum tussen liefde en wijsheid en daarom konden we ook beide streken tegelijkertijd heel goed overzien. Omdat we toen werkelijk in de morgen zijn overgegaan, konden we ook van daaruit de streek van middag eindeloos ver overzien; waarom? Omdat de wijsheid uit de liefde voortkomt! Het is precies zo, als wanneer iemand het grondbeginsel van iets kent en daardoor ook zeker de werking daarvan zal zien en begrijpen. Maar wie alleen de werking ziet, kan van haar uit niet zo licht het grondbeginsel zien, behalve wanneer hij van het punt uitgaat waar oorzaak en gevolg in elkaar overgaan. Nu jullie dit zeker zullen inzien, zullen we ons dan ook ongehinderd naar buiten in de uiterste middag begeven, waar jullie dingen zullen zien die jullie zeer aangaan.
Hoofdstuk 47: De 'rooms-katholieke' hemel. In de uiterste middag - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[13] Jullie moeten nu niet denken dat men voor de communie moet betalen, want iedereen die ter communie gaat, krijgt deze kleine hostie, zo vaak hij maar wil biechten, gratis. Wil iemand echter ook de volle werking van re grote hostie voor zichzelf verkrijgen, dan moet hij betalen en bovendien nog een mis laten lezen. Bovendien moet hij, als er na zijn dood nog regelmatig missen gelezen moeten worden, een behoorlijk grote schenking doen. Wil hij de te lezen missen nog meer kracht bijzetten, dan moeten deze bovendien nog voor geprivilegieerde altaren worden gelezen. Ik denk dat jullie uit deze weinige gegevens zonder veel moeite kunnen opmaken hoe men alleen door zilver, goud en edelstenen bij het door ons aanschouwde allerheiligste kan komen. Op aarde betekenen goud, zilver en edelstenen weliswaar een verering van God en heet: Omnia ad majorem Dei gloriam! (Alles tot meerdere eer van God.) Maar hier wordt er iets anders onder verstaan en wordt het vertaald als: alles tot groter aanzien van onszelf, tot onze verheerlijking en tot onze steeds groeiende priesterlijke rijkdom, of nog duidelijker gezegd: laat ons heren zijn op aarde, dan zal iedere keizer zijn hoofd tot op de grond voor ons buigen.
Hoofdstuk 66: uitleg over de Inrichting van het augustijnenklooster - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[17] Maar daar er in zo'n klooster gewoonlijk twee partijen wonen, namelijk de werkelijke monniken en de lekenbroeders die het werk van huisknecht verrichten, wordt deze hemel, waar de monniken helemaal geen zin in hebben, ook grotendeels door fraters bewoond. Wanneer deze maar behoorlijk te eten hebben, zijn ze ook volkomen tevreden met hun hemel omdat zij zich op grond van hun uitzonderlijke situatie als leken, nooit iets beters hebben kunnen voorstellen. Zij behoren tot die zeer duistere katholieke klasse, die een heel slecht gesneden en beschilderd beeld voor veel wonderdadiger houdt dan een esthetisch meesterlijk beeld. Daarom zullen jullie ook al wel hebben opgemerkt, dat de zogenaamde wonderdadige genadebeelden meestal pure karikaturen zijn. Daarom zou een hemel, zoals we die onlangs zagen, voor deze hemelbewoners veel te mooi zijn en daardoor ook lang niet zo'n waarachtige en almachtige werking hebben.
Hoofdstuk 75: Tocht door de kloosterhemel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[10] Nemen jullie je dochter vaker mee naar plaatsen waar zij door heel wat zinnelijke ogen zal worden bekeken, dan zal zij binnen afzienbare tijd zinnelijk ingesteld raken en heimelijk de zedelijke vermaningen van haar ouders beginnen te bespotten en belachelijk te maken. Haar zinnen zullen zich steeds meer richten op plaatsen waarvan zij vermoedt dat er zich zulke zinnelijke mannen zullen ophouden. Menigeen zal nu misschien zeggen: nee, dat is te bar, dat is overdreven. Wat kan een onschuldige begeerte of een geheime wellustige gedachte zonder enige aanraking voor nadelige uitwerking hebben op een vreemde persoon? Ik zeg hierop niets anders dan: voor mensen met zulke inzichten en zo'n geestesgesteldheid is deze mededeling evenmin bestemd, als de zon voor het middelpunt van de aarde. Vervolgens vraag ik aan degenen die ervaringen hebben op het gebied van de zogenaamde helderziende mediums en zelf hebben geobserveerd welke storende werking de komst van wellustelingen op dergelijke personen teweegbrachten, waar deze werking vandaan komt en wat daarvan de oorzaak is? Ook al heeft zo'n ongenode gast het medium niet aangeraakt, toch voelt deze op het moment dat zo'n gast binnenkomt een krampachtige en niet zelden pijnlijke werking.
Hoofdstuk 113: Nog een beeld van de onderste hel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Dat is juist mijn lieve vrienden en broeders. Tot nu toe hebben we gezien dat door de uiteenzetting van de innerlijke, geestelijke betekenis de uiterlijke, natuurlijke betekenis in zijn rechtmatige werking naar buiten toe nergens is geschonden. We hebben ook gezien dat, door de onbekendheid met de innerlijke betekenis, een gegeven gebod of slechts heel moeilijk, niet zelden nauwelijks voor eenderde, soms echter ook helemaal niet in acht wordt of werd genomen.
Hoofdstuk 89: De innerlijke betekenis van het negende gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Ik zie het al, men zal zeggen: bij de eerste kolonisatie van een land kan tussen de kolonisten weliswaar geen wederzijds eigendomsrecht bestaan, vooral wanneer zij onderling eensgezind voor gezamenlijk bezit hebben gekozen. Maar tussen kolonisaties, waaruit de eerste staatsvormen zijn ontstaan, treedt toch zeker het eigendomsrecht in werking zodra ze elkaars bestaansrecht hebben erkend.
Hoofdstuk 87: Negende zaal - negende gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] Jullie zeggen: de werking van het mechanisme van dit perpetuum mobile is ons nu volkomen duidelijk, maar de voortdurende wisseling van de vormen in de glazen bol kunnen we moeilijk vatten. Ja, mijn lieve vrienden en broeders, het zal weliswaar niet zo eenvoudig zijn maar onmogelijk is het nu ook weer niet om daarin enig inzicht te krijgen. Op jullie aarde zou het totaal onmogelijk zijn om zoiets te maken, omdat op jullie aarde de verschillende, zogenaamde onweegbare stoffen niet blijvend kunnen worden opgeslagen, terwijl dat op een centrale zon heel goed mogelijk is.
Hoofdstuk 43: Absolute wijsheid niet geschikt voor een nog gebonden geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Een goddelijke wet moet toch zeker zo geformuleerd zijn, dat haar gelukzaligmakende geldigheid voor alle eeuwigheden is vastgelegd. Wanneer zij echter al in de loop van het korte aardse bestaan onder bepaalde omstandigheden natuurlijkerwijs over de geldende grenzen heen wordt gedreven, dus al tijdens de natuurlijke toestand van de mens zijn werking verliest, wat zal zij dan voor de eeuwigheid betekenen? Is niet elke wet van God op Zijn oneindige liefde gebaseerd? Wat is er dan vervolgens, als zo'n wet geen geldigheid meer heeft? Is dat iets anders dan wanneer men zou willen beweren dat de goddelijke liefde eveneens onder bepaalde omstandigheden haar geldigheid verliest voor de mensen?
Hoofdstuk 95: Voorbeelden van een verkeerde opvatting van het tiende gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Zou men dan soms ook moeten geloven dat zulke kinderen die over God onderricht zijn, na verloop van tijd geen verder onderwijs over God meer nodig hebben? Jullie moeten zelf toegeven en zeggen: ja, zulk onderricht heeft iedereen tot aan het eind van zijn leven nodig, want maar al te gemakkelijk worden de eerste indrukken uit de kinderjaren uitgewist en dan staan de mensen die hun kinderschoenen ontgroeid zijn, daar alsof ze nooit iets over God gehoord zouden hebben. Ik zeg jullie: dat uitwissen is hier weliswaar niet licht mogelijk, maar jullie moeten er wel van uitgaan dat deze kinderen ten gevolge van hun vroegtijdige overgang naar hier, op aarde geen gelegenheid hebben gehad om de vrijheidsproef voor hun geest, die de eigenlijke levensproef is, door te maken. Daarom moet deze uiterst belangrijke activiteit voor het leven van de geest hier volledig in werking worden gezet. Tot nu toe waren deze kindergeesten in zekere zin slechts geestelijke, levende machines. Hier is het echter zaak dat zij uit zichzelf tot leven komen en daarom moeten ze ook alle geboden leren kennen, deze dan daadwerkelijk zelf uitproberen, en ondervinden hoe hun zelfstandig levend geestelijke wezen zich onder een bepaalde wet gedraagt.
Hoofdstuk 73: Schoolgebouw van de twaalf goddelijke geboden. Eerste zaal - uitleg over het eerste gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Kijk, in zijn hand houdt hij een lange staf, die met allerlei glanzende stroken is omwonden; een ander draagt een zevenhoekig tafeltje, waarin op elke hoek een ander geheimzinnig teken is gegraveerd. Daaruit blijkt dat het hier op het testen van geesten uitdraait. Een ander naast de oudste draagt een grote gouden ring, die van binnen hol is; door deze holte is op een kunstige manier een lint gespannen. Dit heeft in zekere zin voor het geloof van deze mensen eenzelfde magische werking als bij jullie de zogenaamde amuletten of scapulieren. Een derde draagt achter de wijzen en oudsten als een voormalige Romeinse lictor een hele bundel roodglinsterende staven. Een vierde draagt nog een grote kluwen opgerolde koorden. Wat zouden al deze rekwisieten wel betekenen?
Hoofdstuk 58: Ontmoeting met de bewoners van deze centrale zon - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Jullie zeggen nu: als dat het geval is, vraagt men zich toch af uit welke materie het lichaam van deze mensen bestaat, dat dit kan blijven bestaan in zo'n eindeloos en onberekenbaar allermachtigste overvloed van licht? Wij op aarde weten immers dat in een stralenbundel van de zon, die door de werking van een holle spiegel op één punt geconcentreerd wordt, zelfs de diamant niet bestaan kan, maar al spoedig vervluchtigt; toch is zo'n stralenbrandpunt slechts een minimaal deeltje van de totale lichtsterkte van de zon. Hier echter zou één enkele, niet veel grotere mens dan wij, zo'n intensieve lichtmassa in en om zich heen hebben, dat hij daarmee een hele planetaire zon met al haar planeten in haar wijd uitgestrekte gebieden van een volkomen toereikende lichtsterkte zou kunnen voorzien.
Hoofdstuk 57: Elke wereld heeft haar ordening en bestaansgronden - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[22] Doen jullie filosofen niet precies hetzelfde? Uiterlijk gezien lijkt het alsof ze overlopen van het gedegendste goud der echte wijsheid en hun bezigheden noemen ze zuiver geestelijk. Vragen jullie hen echter serieus naar iets zuiver geestelijks, dan zullen jullie bij deze mensen meteen op het allergrofste materialisme stoten. Het gevolg is, dat ze jullie onmiddellijk zullen uiteenzetten dat er zonder materie doorgaans niets geestelijks kan worden gedacht en dat het geestelijke dus eerst aan het materiële onttrokken moet worden en nooit en nergens zelfstandig kan bestaan. Om zich te manifesteren heeft het overal een materieel organisme nodig. Valt dit weg, dan valt ook alle geestelijke werking en manifestatie weg. Het menselijke denkvermogen is dan niets anders dan de werking van het materiële organisme, waarin de krachten zich eerst als in een chemische destilleerkolf moeten ontwikkelen om dan zolang te werken, als de destilleerkolf in stand wordt gehouden. Is de destilleerkolf door een ongelukkige stoot aan haar einde gekomen, dan komt er ook een einde aan de in haar ontwikkelde en werkende chemische krachten.
Hoofdstuk 51: De oorsprong van alle dingen en verschijnselen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19