Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1361 resultaten - Pagina 9 van 91

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[5] Maar de opmerking die één van jullie maakte, dat men zich de oneindige macht van de goddelijke geest gemakkelijker in een lichamelijke reus kan voorstellen, dan in de wat kleine, mannelijke gestalte van de Heer, geldt weliswaar voor de zintuiglijke waarneming, omdat iets kolossaals altijd een grotere indruk maakt op de menselijke zintuigen dan iets kleins, maar geestelijk genomen is dat de reinste onzin. -Want de goddelijke kracht heeft het stoffelijke niet nodig om daarmee mogelijkerwijs naar de mate van de hoeveelheid materie meer of minder uitwerking te kunnen hebben. De materie is op zichzelf namelijk slechts iets dat getuigt van de geestelijke kracht van de goddelijke wil, voor wie het niets uitmaakt of hij nu een gehele wereld of een zandkorreltje creëert. Wat zou dan het nut zijn van een lichamelijke reuzengestalte? De goddelijke wil heeft toch slechts in zichzelf een eeuwig onveranderlijk steunpunt nodig om van daaruit via eindeloze stralen overal in de eindeloze werelden en wezensruimte met gelijke kracht en sterkte te werken, en om plaats te bieden aan dit heilige, eeuwigdurende almachtige steunpunt heeft hij echt geen reuzenlichaam nodig.
Hoofdstuk 129: Mathaël geeft verdere uitleg. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] U hebt toch ook al reeds dertig jaar de oude ark des verbonds aan de kant gezet omdat de vuurzuil en rookkolom was verdwenen en in plaats daarvan hebt u er een nieuwe, geheel materiële neergezet! Dat is echter ook, zonder dat u het begrijpt, een getuigenis voor deze tijd. Het betekent dat Jehova nu niet meer alleen als geest boven alle materie verheven zweeft, zoals eens boven de nachtelijke wateren. Hij verliet Zelf de plaats waar Hij Zich als Schepper en Vader maar moeilijk en onduidelijk door middel van de gewekte ziener voor de andere kinderen herkenbaar maakte. Hij kwam daarom Zelf in het lichaam van een mens en leert nu Zelf de mensen en onderhoudt Zich met Zijn kinderen!
Hoofdstuk 153: Raphaël geeft uitleg over Messiasbeloften. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] Hij moet altijd strijd voeren, omdat hij anders in zou slapen. En zijn leven moet steeds opnieuw gelegenheid krijgen om zich in dat leven te oefenen en daardoor ook zichzelf in stand te houden, te sterken en zo zijn voltooiing te bereiken.
Hoofdstuk 168: Leiding van mensen en volkeren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[5] Weet, dat alle materie een oordeel is en een ijzeren dwang! Je kunt de buitenkant en ook de innerlijke structuur ervan onderzoeken, en veel apothekers bezitten de kennis om een stof in haar oerelementen te ontleden. En deze bijzondere wetenschap noemt men de scheikunde, die in de loop der tijd zich steeds verder zal perfectioneren.
Hoofdstuk 170: Het tegenstrijdige tussen willen en doen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Zoals je daarbij een steen tamelijk precies van buiten en van binnen kunt Ieren kennen, zo kun je ook een hele wereld Ieren kennen! Onze Mathaël is in deze vaardigheid heel ver gevorderd en ook Mijn leerling Andréas, die bij de Essenen was, is een bekwaam apotheker, waarvoor hij in Egypte heeft geleerd. Deze beiden kunnen je de materie van een hele wereld heel bekwaam en waarheidsgetrouw duidelijk maken. Natuurlijk bevat het inwendige van de materie nog heel veel wat een scheikundige nooit zal ontdekken, maar de eigenlijke elementen waaruit een stof bestaat kan hij herkennen. De aard der elementen zal hij echter nooit ontdekken, omdat zij met het geestelijke zijn verbonden en alleen door een zuivere geest geheel en al waargenomen kunnen worden. Want in de elementen ligt oneindig veel verborgen!
Hoofdstuk 170: Het tegenstrijdige tussen willen en doen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] JARAH zegt: "Ik begrijp het wel zo ongeveer, maar nog lang niet door en door! Het geestelijk opnieuw geboren worden, hoe vaak ik er ook al over heb gehoord, wil mij nog steeds niet duidelijk worden! Hoe moet dat nu eigenlijk worden opgevat?"
Hoofdstuk 171: Het geestelijk opnieuw geboren worden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] Iets nieuws zal hen altijd nieuwsgierig maken en inspireren, maar als de mensen er ook maar even aan gewend zijn, wordt voor hen ook het verhevenste al gauw alledaags, waardeloos en onbelangrijk! Wil het nog iets inspirerends voor hen hebben, dan moet het meerdere malen met allerlei opvallende zaken opgefrist worden, zonder daarbij de hoofdzaak ingrijpend te veranderen. Anders gaat de mensheid onder voortdurende bliksem en donder uit pure verveling opnieuw gouden kalveren maken en vrolijk daaromheen dansen.
Hoofdstuk 176: Het lot van de Goddelijke leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[14] Heer, zo oud de mensheid hier op aarde is, zolang is ook dit kwaad onafscheidelijk naast haar, dat kan beslist niet ontkend worden. Zou de mensheid dan nooit of te nimmer geheel en al van deze oude kwaal genezen kunnen worden? Ik zie namelijk niet in, waarom de mensheid daaraan steeds en iedere keer weer opnieuw te gronde zou moeten gaan!"
Hoofdstuk 176: Het lot van de Goddelijke leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[18] Om dat te bereiken, moest de mens eerst nog dieper en verder van U gescheiden worden, Hij moest falen en vallen en dan pas in die totale afgezonderdheid van U, heel moeizaam en onder allerlei verleidingen en moeilijkheden weer helemaal opnieuw tot zichzelf komen en met een neerslachtig en berouwvol hart naar U op zoek gaan,
Hoofdstuk 183: Philopold legt uit waarom de Heer mens werd. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Door dit zoeken maakt de ziel zich losser van de grove banden der materie en wekt daardoor op bepaalde momenten de goddelijke geest in zichzelf op, waardoor zij meer in het levenscentrum van haar hart kan komen. Daarheen stroomt ononderbroken Gods licht en erbarming en brengt de ziel op gelijke wijze tot leven en geestelijke groei, als het licht van de zon dat in de voren der aarde dringt en het leven der planten verwekt, bewaart en bevordert tot de plant een vrije, zelfstandige en daardoor volkomen rijpe vrucht geeft, wiens eigen leven niet meer van de plant afhankelijk is, maar zelfstandig bestaat.
Hoofdstuk 204: Indirecte en directe openbaringen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Want op alle werelden weten de wijzen, door de zich aan hen openbarende, hogere geesten, dat in de uitgestrekte scheppingsruimte een wereld is waarop de mensen kinderen Gods zijn, en dat een ziel, wanneer zij op haar wereld afstand heeft gedaan van haar lichaam, op die gelukkige wereld opnieuw een lichaam kan krijgen, dat dan echter wel helemaal grof vleselijk is. Vanaf het ogenblik dat iemand dat serieus wil, wordt hem haarfijn uitgelegd wat hij op deze wereld door moet maken.
Hoofdstuk 221: Onze aarde de school voor de kinderen Gods. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] De mensen beginnen dan weldra angstig te vragen: 'Waar is het levenslicht?' Zij zuchten en wenen, en de tranen, gelijkend op regen uit de geestelijke wolken, vallen in de voren van het benauwde hart en brengen de hier en daar verkommerde wortels van het heilige woord in de ziel weer tot leven. Dan leven wij samen met de wortels op, en met de opnieuw gesterkte blik zien wij daarna weer snel en moeiteloos de levenszon in ons verlichte hart en dan verheugen wij ons uitermate over het nieuwe licht, dat wij tijdens allerlei twist en onvrede een tijdlang moesten ontberen.
Hoofdstuk 230: De Heer zorgt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[19] Toen de zo gevallen mens zich op die moeitevolle wijze uit zijn diepste diepte weer tot U had opgericht, kwam U hem weer tegemoet, vertoonde U opnieuw in een al veel uitgesprokener vorm, en ook door een uitgebreidere, de mensen onderrichtende, openbaring en gaf hem de grote belofte van datgene waaraan U nu voor ónze ogen ten volle en grondig bent begonnen. U bent voor de mens een volmaakt medemens geworden opdat hij in alle toekomstige eeuwigheden helemaal zelfstandig tegenover U zal kunnen staan en opdat U Zelf daardoor het grotere en beslist gelukzaliger genot zoudt hebben, niet langer als een oneindige en daardoor nooit zichtbare en voelbare God, Heer en Vader tegenover Uw kinderen te staan, maar als een zichtbare, lieve Vader, die de kinderen kunnen liefhebben en die al de goede kinderen persoonlijk in Zijn wonderhemel binnenleidt.
Hoofdstuk 183: Philopold legt uit waarom de Heer mens werd. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] SCHABBI zegt: "Ja, je pijl kon wel eens niet zo ver van het doel gevallen zijn! Die plotselinge genezing van beiden alleen maar door iets te zeggen, is meer dan alle menselijke wijsheid kan bevatten! Nu wordt onze redding me ook wat duidelijker. Een mens, die zo'n kracht heeft in zijn wil dat zelfs de ruwe materie zich daarnaar moet voegen, moet hoger staan dan alle andere mensen op aarde. In hem moet een overvloed aan goddelijke kracht aanwezig zijn en zijn ziel moet de levenskrachtige afdruk zijn van de goddelijke wil, -of zij is de godheid zelf! Met mijn voorzichtigheid ben ik misschien wel wat te ver gegaan, maar daarmee kan ik toch onmogelijk hebben gezondigd, want ik wilde het goddelijke, dat voor de heidenen wel eens een verschrikking zou kunnen zijn, daardoor beschermen en het niet door zulke onmensen laten besmeuren, hetgeen noch in ons belang noch in dat van de verheven zaak van het geloof zou zijn geweest!
Hoofdstuk 201: De opwekking van drie doden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] RAPHAËL zegt: "O, denk je dan, dat er in de zon geen dienende geesten zijn? Laat ik jou en jullie beide anderen dan zeggen: Noch in de zon, noch op deze aarde gebeurt er ook maar iets zónder een dienende geest, want alles wat je ziet en aanraakt is in wezen geheel geest. Zelfs de grofste materie is geest, is ziel, -maar alleen in een geoordeelde toestand. Kwets je de onder het zwaarste oordeel in doodse rust liggende geesten te erg door vliegen, slaan of drukken, dan zullen zij je weldra hun macht en kracht laten voelen!
Hoofdstuk 234: De wezen van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...