Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

8644 resultaten - Pagina 10 van 577

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[7] Ik zei: 'O ja, je hebt helemaal gelijk; want zolang de mens een sterveling blijft, zal hij zelfs het allerduidelijkste antwoord op jouw vier vragen nooit kunnen begrijpen. Maar als hij door het opvolgen van Mijn leer tot de wedergeboorte van zijn geest is gekomen en daardoor onsterfelijk is geworden, zal hij het zonneklare antwoord op jouw wat vreemde vragen wel in zichzelf vinden; want alleen de geest doordringt zichzelf en zodoende ook Gods diepe geestelijke wijsheid, zoals Ik jullie gisteren in de nacht duidelijk genoeg heb laten zien. Maar omdat jouw geheugen niet zo best is, vraag je nu weer naar zaken die Ik al duidelijk heb belicht. Als je echter de aardse dingen al niet kunt vatten, dan kan het je toch niet verbazen dat je de geestelijke en hemelse dingen en omstandigheden nog minder kunt begrijpen.
Hoofdstuk 61: Het voedsel van de engelen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] En zie, precies zo'n leven zouden de mensen hebben als Ik hen door Mijn almacht of door zulke tekenen zou dwingen, die hun geen ruimte voor vrije gedachten meer zouden laten. En derhalve is een vrij ongeloof voor de mens oneindig veel beter dan een door wondermiddelen afgedwongen geloof; want de volkomen en zelfstandige vrijheid van wil in de mens is Gods grote plan in de mens. De mens kan wel zonder enige schade door God onderwezen worden in wat hij moet doen om in zichzelf tot levensvoleinding te komen; maar door God alsook door een andere geest mag hij daar nooit met kracht toe gedwongen worden. Want wordt hij dat, dan is de mens gericht en dus volkomen dood, en dan bestaat hij helemaal niet meer als een vrij en zelfstandig wezen.
Hoofdstuk 62: Verwijzing naar het zesde en zevende boek van Mozes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] De zuivere geest is een gedachte van God, die voortkomt uit Zijn liefde en wijsheid, en die tot een waar bestaan komt door Gods wil. Omdat God echter in Zichzelf een vuur is uit Zijn liefde en wijsheid, is dat ook het geval met de in zekere zin uit God naar buiten getreden gedachte die in een zelfstandig bestaan wordt geplaatst. Zoals het vuur echter een kracht is, is zo'n gedachte uit God op zichzelf ook een kracht, die zich van zichzelf bewust is en die zelf in de dezelfde helderheid kan werken als waaruit hij voortgekomen is. Als zuivere kracht doordringt hij alles wat jij materie noemt, maar kan zelf door de materie niet doordrongen worden, omdat de materie verder niets anders is dan een uiterlijke uiting van de geest uit God.
Hoofdstuk 66: Het wezen van de ziel en van de geest. De ziel aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] De innerlijke geest werkt weliswaar onafgebroken aan het zo snel mogelijk rijp en volledig vrijmaken van de ziel, maar hij kan en mag haar niet de minste dwang opleggen, omdat een ziel op die wijze dan nog stoffelijker en onvrijer zou worden dan zij door alle invloeden van de buitenwereld ooit zou kunnen worden. Daarom werd aan de ziel in haar lichaam een eigen wil en een eigen verstand gegeven om er door onderricht van buitenaf toe gebracht te worden dat zij zich uit eigen vrije wil steeds meer los maakt van al het wereldse, en in zichzelf naar binnen kerend de steeds zuiver wordende geestelijke wegen betreedt.
Hoofdstuk 69: De macht van de engelen. Verhouding tussen geest en ziel. Wedergeboorte - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] De materie is dus niets en de ziel, in zekere zin een product van de materie, is op zichzelf ook niets; alleen de zuivere geest is als zodanig werkelijk iets. Wat is dan een zuivere geest in en op zichzelf voor een stof, of wat voor iets is hij? Dat is een vraag die een sterfelijk mens nooit volledig zal beantwoorden, zolang hij alleen nog maar vanuit zijn minstens nog halfstoffelijke ziel en vanuit zijn stoffelijke lichaam denkt en wil, en zelf niet bijna helemaal geestelijk is geworden. En, hemelse vriend, zodoende moet je wel een beetje geduld met ons hebben! Want ondanks de wonderen die je daar zojuist voor hebt gedaan, begrijpen wij je verklaringen met betrekking tot deze uiterst tere levensvraag niet helemaal. Je uitleg verschaft ons nog niet voldoende licht om helder te begrijpen wat de levende zuivere geest op zichzelf voor stof is en wat voor iets het eigenlijk is.
Hoofdstuk 71: Het wezen van de geest - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Als het zaad in de vochtige aarde wordt gelegd en de uitwendige substantieel-materiële bekleding week wordt, omdat haar substantiële zieledelen beginnen overeen te stemmen met de delen die haar in het vocht van de aarde omgeven, dan begint de zuivere geest meteen een juist gebruik te maken van zijn intelligentie en wil. Hij herkent precies de met hem overeenkomende deeltjes in de aarde, in het water, in de lucht en in het licht en in de warmte uit de zon, trekt die naar zich toe en schept daarmee volgens zijn ordening datgene wat met zijn wezen overeenkomt, en zo zie je dan een plant uit de aardbodem opgroeien met steeds dezelfde kenmerkende eigenschappen. Het kruid ofwel het uiterlijk lichaam van de plant vanaf de wortel tot het hoogste punt van de stam is door de geest alleen maar voortgebracht, opdat de zuivere geest zich in de nieuwe zaadkorrels scheppend kan verveelvoudigen en zo zijn ik oneindig verveelvoudigt, hoewel de geest die eenmaal zo werkzaam is geweest, zichzelf verheft en, verenigd met de zieledelen die hij naar zich toe heeft getrokken, overgaat tot de vorming van hogere en meer volmaakte vormen en wezens.
Hoofdstuk 74: Hoe de geest op de materie inwerkt - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Kijk eens naar de leerlingen van de Heer, waarvan er zich nu nog twee beneden in de tempel bevinden; één van die twee is aan de wereld verslaafd! Zie, deze leerlingen -met uitzondering van die ene - hebben al bijna het punt bereikt waarop ik mij, als zuivere geest, nu bevind; maar het was voor hen beslist niet zo gemakkelijk om zover te komen als jij je dat misschien voorstelt. Zij waren voor het merendeel vissers aan het meer van Galilea in de omgeving van Kapernaüm en waren in het bezit van een huis en grond en hebben vrouwen en kinderen, en zie, zij hebben alles verlaten en volgden gewillig en met grote vreugde de Heer omwille van Gods rijk en om Zijn kracht en macht te verkrijgen! En omdat zij zuiver terwille van het rijk van God de hele wereld de rug hebben toegekeerd, hebben zij ook in korte tijd in zichzelf bereikt wat jij als een groot man van de wereld pas geleidelijk aan zult kunnen bereiken.
Hoofdstuk 75: De geest, de meest innerlijke kracht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[8] Wat de geest in zichzelf is, heb ik je inmiddels al meerdere malen uitgelegd. Maar dat kun je nu nog niet tot in de diepste betekenis begrijpen, omdat je eigen geest jezelf nog niet heeft doordrongen, maar je kunt er toch al in zoverre in je ziel een voorstelling van maken, dat het oerbeginsel van de geest een levend en zich van zichzelf overduidelijk bewust vuur en licht is, en derhalve de hoogste liefde en de hoogste wijsheid zelf. Meer kan ook de Heer Zelf je daarover niet zeggen!'
Hoofdstuk 75: De geest, de meest innerlijke kracht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Desondanks wil ik je echter toch een paar tekenen als voorbeeld geven, waardoor je nog iets duidelijker zult zien, dat alleen in de geest alle oerstof en alle realiteit te vinden is. Jullie Romeinen hebben ook een spreuk, die we hier heel goed kunnen aanhalen. Kijk, jullie spreuk luidt als volgt: Quod a principio non valet, aut valere nequit, etiam in successu non aliquid valere potest; ex nihilo nihil erit* (Wat vanaf het begin geen kracht heeft of hebben kan, kan ook later niets tot stand brengen; uit niets komt niets voort.) Daaruit volgt menselijk geredeneerd heel duidelijk dat het zuiver geestelijke een reëel iets moet zijn; want als het volgens de materiële voorstellingen van de mensen een of ander niets zou zijn dat zich onmogelijk van zichzelf bewust kan zijn, hoe zou het dan ooit in eeuwigheid iets kunnen worden dat zich van zichzelf bewust is?!
Hoofdstuk 75: De geest, de meest innerlijke kracht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[17] God is in Zichzelf een geest van de hoogste wijsheid en Hij heeft het allerdiepste en helderste verstand en is de eeuwige waarheid zelf Wie dus doeltreffend tot God wil bidden, moet in geest en waarheid bidden. In geest en waarheid bidt echter alleen maar degene die zich in het stille liefdeskamertje van zijn hart begeeft en daarin God aanbidt en aanroept. En God, die alle harten en nieren doorziet, zal ook zeker in jullie harten zien en stellig onderkennen hoe en om wat jullie bidden en vragen, en Hij zal jullie geven waarom je zo waarachtig in geest en in waarheid gebeden hebt.
Hoofdstuk 85: Het ware vasten en bidden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] (De Heer): 'Daarop zei de raadselachtige man: 'Ik ben nog een echt en waarachtig mens, zoals er in de oertijd heel veel geweest zijn, wier levensopgave het was de innerlijke geest in zichzelf tot volle wasdom te brengen en hun ziel niet in het slijk van de stoffelijke hartstochten van het lichaam te verstikken.
Hoofdstuk 89: Het verhaal van de Romein over de macht van de Nubiër - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Wat hebben jullie aan dit uiterlijke leven als je daarmee je innerlijke geest niet wakker, vrij en machtig weet te maken! Een mens wordt pas een mens als hij zichzelf in zijn geest heeft gevonden; maar bij jullie levenswijze gaat dat eeuwig niet, omdat jullie je daarmee alleen maar steeds verder van het doel, een waar mens te worden, verwijderen, in plaats van er ook maar iets dichterbij te komen.
Hoofdstuk 89: Het verhaal van de Romein over de macht van de Nubiër - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Ja, beste vrouw, als de duivel van binnen uit in staat zou zijn om waarachtig berouw te hebben, zou hij geen duivel zijn, en bevond hij zich niet in de hel. Daarom kan een duivel ook nooit van binnen uit, dus uit zichzelf, zijn leven beteren, maar door inwerking van buitenaf is dat na verloop van onvoorstelbaar lange tijd nog wel mogelijk; deze inwerkingen moeten echter altijd volkomen overeenstemmen met het innerlijk van de duivel, dat -zoals gezegd -door en door slecht is. Op die manier verstikt het kwaad dat van buitenaf op de duivel inwerkt het innerlijk boze, en slechts daardoor kan het in zijn aartsboze geest geleidelijk aan wat lichter en dus ook wat beter worden.
Hoofdstuk 93: Het kwade en het gericht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Rafaël zei: 'Dat wordt door geen enkele leraar in welke school ter wereld dan ook onderwezen, maar dat leert Gods geest aan degene, die Hem boven alles liefheeft en zijn naaste als zichzelf Jullie zeggen ook wel, dat jullie je volk uit liefde beliegen en bedriegen en het daardoor een grote weldaad bewijzen, omdat het anders volgens jullie mening zou moeten wanhopen; maar ik zeg jullie, dat dat een grote vergissing is. Er zijn bij jullie volk al heel veel door God verlichte mensen die, in hun hart net zo weinig waardering voor jullie hebben als ik. Maar zij zijn erg bang voor jullie straf en boete oplegging, en doen daarom uiterlijk nog alsof zij jullie erg hoogachten; maar van binnen verachten zij jullie meer dan de dood zelf, en daar hebben ze ook alle reden voor. Als jullie echter zo spoedig mogelijk zouden beginnen jullie vele domheden en onnodige wreedheden één voor één na te laten en dat wat ik jullie gezegd heb daarvoor in de plaats te stellen, dan zou het volk jullie meer prijzen en eren dan nu.'
Hoofdstuk 101: Over de Indische godsdiensten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] Maar wie de schepselen en de verdere inrichting van de wereld met de ogen van de geest beschouwt, zal ontdekken dat Gods wil overal heerst, en hij zal op die wijze gemakkelijk de grote, heilige Vader vinden, die de werelden, de mensen en de geesten ordent en hij zal de kracht van Gods almachtige wil in zichzelf kunnen beproeven. Dan zal hij geen reden meer hebben om te vragen of de met Gods wil vereende wil van een mens soms ook over de elementen kan gebieden. -Heb je dat allemaal goed begrepen?'
Hoofdstuk 110: De hevige noordenwind, de bedoeling daarvan. De Dode Zee - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...