Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2737 resultaten - Pagina 10 van 183

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[14] Zoals het lichaam echter door te veel slaap steeds meer afsterft, net zo en nog veel sterker uit zich dat bij de ziel, als ze steeds meer nalaat om volgens Mijn woord en wil bezig te zijn.
Hoofdstuk 220: De rust en het nietsdoen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[25] Alleen Matthéus zei na een poosje bij zichzelf: 'Morgen bij het krieken van de dag wordt deze leer van de werkzaamheid en de rust, zo goed dat mogelijk is, opgeschreven op een vel dat alleen voor deze leer gebruikt wordt; want deze buitengewoon belangrijke leer mag voor geen goud van de wereld verloren gaan!' En toen niet lang daarna de dag aanbrak, hield Matthéus ook zijn woord; en deze leer heeft nog lang bestaan en is door Jonaël en Jaïruth ook naar Samaria meegenomen, maar in de loop der tijd werd ze zeer misvormd en is daarom ook verloren gegaan. Zolang ze echter nog in omloop was, circuleerde ze onder het volk onder de naam 'de nachtprediking'.
Hoofdstuk 221: De nachtprediking. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Ik antwoord: 'Zijn jullie dan nog steeds zo onverstandig, alsof je nog nooit een wijs woord van Mij hebt gehoord?! Zij denken dat Ik n.iets meer ben dan een dokter die begiftigd is met buitengewone geheime vaardigheden, en die met hulp van geheime krachten in de natuur zulke wonderbaarlijke genezingen verricht.
Hoofdstuk 223: Een les in het geven van onderricht. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Zij zouden wel graag meer aan Mij hebben willen vragen, maar Ik heb ze zo kort mogelijk te woord gestaan, en zij verdwenen en durfden geen verdere vragen meer te stellen; want zij zagen dat Ik volgens Mijn daden wel best een Esseen van de hoogste rang zou kunnen zijn, maar volgens de door Mij aan hen gerichte woorden toch weer niet. Maar terwijl ze onderweg aan niets anders dan aan dit verschijnsel denken, denken ze nu ook: 'Hebben de Essenen soms twee leren, een uiterlijke alleen voor het blinde wereldse volk, en een innerlijke voor zichzelf?' Het kon best zo zijn, dat Ik dus oprecht tegen hen geweest was, en dat Ik, als goede kenner van de schrift, hen zo maar enige zinnen van de innerlijke leer toegeworpen had, en het verdere zoeken aan hen zelf had overgelaten!
Hoofdstuk 223: Een les in het geven van onderricht. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Jullie hebben de boosaardige verschijnselen gezien die de satan jullie ten deel heeft laten vallen. Ze hebben je vrees en schrik bezorgd; maar je hebt je, vertrouwend op Mijn woord, vermand en bent de rust weer ingegaan en in die rust zijn jullie geheel meester geworden van alle kwade gebeurtenissen.
Hoofdstuk 226: De weg tot wedergeboorte. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[16] Wee u! God heeft u, die zichzelf schandalig genoeg Zijn volk, Zijn kinderen noemt, een God uit de hemel gezonden; ieder woord van Hem is een eeuwige waarheid uit God, overduidelijk voor ieder eerlijk mens, en u wilt Hem doden omdat Hij uw oude tempelmest afwijst!
Hoofdstuk 229: Het verweer van Jaïrus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] De opperrechter zegt: 'Het woord 'rechtsgeldig' zullen we maar weglaten! Ook al is dat zo, dan zijn dat toch afpersingen en gemene door bedrog verkregen erfenissen, en de rechtsgeldigheid heeft dus heel weinig met deze rijkdom te maken!
Hoofdstuk 234: Een goede vangst. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Faustus zegt: 'Nu, spreek dan! Mijn woord van eer, er zal jullie geen haar gekrenkt worden!'
Hoofdstuk 238: Het verhaal van de diefstal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Als hij zover gekomen is, vertel hem dan met mate steeds meer en meer. Vind je na zulke gesprekken, dat het hart van de luisteraar steeds levendiger wordt, zeg hem dan tenslotte alles, en hij zal het zeker aanvaarden en elk woord van je geloven. Als je hem echter in één keer te veel geeft, zal het hem terneer drukken en zijn zintuigen verwarren, en zal hij je nog veel werk bezorgen.
Hoofdstuk 3: Het juiste gebruik van wonder en geneeskracht. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Ik zeg: "Vraag aan de Farizeeën het geschreven woord van God, en lees daarin de psalmen van koning David; daarin zul je dat allemaal vinden! Overste Jaïrus waar we vandaag nog mee te maken krijgen, zal je die Schrift wel bezorgen. Want twee dagen geleden hebben ze zijn dochter in het graf gelegd; zij is gestorven! Hij heeft zeer veel berouw over zijn zonde tegen Mij; daarom moet hij ook geholpen worden, dan zal hij voor het hemelrijk van God niet verloren gaan!"
Hoofdstuk 8: Over het rijk der hemelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] PHILOPOLD zegt: "Heer, laat deze proef maar achterwege; want Uw heilig woord is voor mij voldoende!"
Hoofdstuk 14: Goddelijke macht.( 12.8.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Bovendien hebben alle profeten, ieder op gelijke wijze, in een steeds eendere geheime beeldspraak gesproken en geschreven, en wie niet uit hun school kwam, kon hen onmogelijk verstaan! Ik ben weliswaar een Griek; maar daarom ken ik jullie Schrift wel en ook Mozes en al jullie profeten! Wie die woord voor woord begrijpt, moet echt wel van goeden huize zijn!
Hoofdstuk 15: Philopolds getuigenis over de godheid van Jezus.(17.8.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[13] Nu vraag ik als jong meisje: Is dat Gods woord, is dat een godsdienst? Jezus heeft hen duidelijk bewezen, dat het alleen maar een woord uit de hel kan zijn en een dienst, die alleen de satan zich wensen kan; en ze wilden Hem alleen maar stenigen, omdat Hij hen te zeer de waarheid had gezegd ten overstaan van het volk, dat daarop hun rijke inkomen wel eens zou kunnen inperken!
Hoofdstuk 20: Sarah 's belevenissen in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] CYRENIUS stapt naar voren, gebiedt stilte en zegt dan: "Luister naar mij, booswichten! Dat ik jullie niet met z'n allen de woestijn in laat jagen, en daar op door afgronden omgeven rotsen laat zetten, en de ogen uit laat steken, hebben jullie alleen maar te danken aan Deze hier, Die jullie ter wille van de heilige waarheid, die Hij tegen jullie sprak, wilden stenigen! Maar degene, die het waagt ook maar met één woord iets aan te duiden van wat er is voorgevallen, hetzij mondeling, schriftelijk, door gebaren, gelaatsuitdrukkingen of handbewegingen, zal onverbiddelijk de strengste straf ondergaan!
Hoofdstuk 21: Cyrenius en de tempeldienaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Ik zal het goud en zilver niet rechtstreeks aan de mensen geven, want dan is het echt een vergif voor de zwakke aardse mensenharten, maar ik zal onderdak en bezit aan de dak en bezitlozen geven, met daarbij belastingvrije grond en vee, en brood en kleding. Aan ieder die ik gelukkig zal maken, wordt Uw woord gepredikt en Uw naam zal aan hem worden bekendgemaakt opdat hij duidelijk weet, aan wie hij alles te danken heeft, en dat Ik slechts een slechte en trage dienaar ben! - O Heer, sterk mij steeds als ik in Uw naam zal dienen! Mocht ik ooit lust hebben om ook maar één zintuig naar de wereld te richten, laat dan al mijn krachten zwak worden, zodat ik zal merken dat ik een zwak mens ben en niets uit eigen kracht kan volbrengen!"
Hoofdstuk 3: Het juiste gebruik van wonder en geneeskracht. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...