Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2682 resultaten - Pagina 10 van 179

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[11] JACOBUS zegt: " Ja, ja broeders! Onze Nathánaël is een man waaraan wij wat betreft diepe en fijnzinnige wijsheid met z'n allen niet kunnen tippen, want hij put uit een heel diepe bron! Altijd is hij stil en spaarzaam met zijn woorden, maar als hij wat zegt, dan moet men naar hem luisteren! Want zijn woorden zijn altijd waardevol!"
Hoofdstuk 96: De leerlingen op de stormachtige zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] NATHÁNAËL zegt: "Maar broeder Jacobus, prijs me toch niet altijd als ik zo nu en dan iets zeg! De Heer weet toch het best wat mijn waarde en die van mijn wijsheid is, want als die waardevol zou zijn, dan zou ik ook al lang net als jij een uitgezondene zijn geworden. Maar ik ben nog steeds een leerling, omdat de Heer wel weten zal wat er nog aan mij mankeert. Ik heb wel een poëtische, maar nog lang geen profetische geest! Kijk eens naar de jeugdige broeder Johannes, die is vanaf de wieg al een profeet. Dat weet de Heer en daarom heeft hij hem tot Zijn geheimschrijver gemaakt!"
Hoofdstuk 96: De leerlingen op de stormachtige zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] De Esseen hief zijn handen op en riep met verheffing van stem: 'Doden ontwaak, leef verder en verdien met je levende handen eerlijk je brood! Maar geef ook voor alles de eer aan de goddelijke geest omdat hij ons mensen deze wijsheid en kracht gegeven heeft!'
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Daar hoort echter bij dat de ingewijden steeds het diepste stilzwijgen in acht nemen, en ieder heeft de strengste opdracht om tegenover de buitenstaanders de waarheid meer te mijden dan de pest, want iedere waarheid maakt de mensen tot slaven van de dood. Volgens hen duidde Mozes hier ook al op in zijn Genesis in een enkel kort vers, waarin hij met de zuivere waarheid kwam toen hij zei: ' Als je zult eten van de boom der kennis -wat zoveel wil zeggen als: de boom der waarheid -dan zul je sterven!' En zo gaat het met die mens, die overal de waarheid wil kennen en zich haar, en dus de dood, in de armen werpt. Daarom heeft ook Mozes, als ingewijde in alle wijsheid en waarheid van de Egyptische priesterkaste, bij de Joden meteen een priesterstand gevormd, die zich -weliswaar helemaal gedegenereerd -tot op deze tijd heeft staande gehouden.
Hoofdstuk 99: De levensbeschouwing van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[17] Al deze kinderen zijn volgens de Schrift opgevoed, en mijn oudste zoon is een schriftgeleerde, maar staat niet in dienst van de tempel, want hij is het slechts voor zichzelf en te eniger tijd voor zijn nakomelingen! Maar ook mijn andere kinderen zijn goed onderlegd in de Schrift, kennen de ware wil van God, en zijn altijd strikt gehouden om daarnaar te handelen. Zij hebben God lief, maar zij vrezen Hem ook, want de vreze Gods is het begin van de wijsheid. In mijn huis worden de echte wijze uitspraken van Jezus van Sirach streng nageleefd. - Bent u tevreden over mijn huisregels, grote meester?"
Hoofdstuk 103: Genezareth. De herberg van Ebahl. (6/7.12.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] JARAH zegt, terwijl zij kinderlijk lief glimlacht: "O Heer, vraag dat alstublieft niet! Want dat zou naast Uw buitengewone wijsheid toch veel te dom klinken!"
Hoofdstuk 119: Gods liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] De ESSENEN zeggen: "Wat betreft Jezus is alles zo zonneklaar als maar iets zonneklaar kan zijn, en toch gedragen ze zich zo onbegrijpelijk stompzinnig! Wij zijn toch met ons wereldse verstand uitermate ontwikkeld, want wij hebben alle scholen van Perzië en Egypte doorlopen, en de wijzen van Griekenland en ook die van de oude Joden kennen wij op ons duimpje. Los van alle ongelofelijke wonderen kunnen wij slechts zeggen: Zijn woorden en de daaruit sprekende diepe wijsheid, waarvan men nog nooit eerder op aarde een spoor heeft aangetroffen, vormen voor ons meer dan voldoende bewijs dat deze Jezus een volkomen God is. Daarbij komen dan ook nog Zijn daden op een wijze waarvan geen mens ooit heeft gedroomd. Daden, die slechts aan een God mogelijk kunnen zijn, waarin zich alle krachten van de wereld en van alle sterren, de zon en de maan verenigen, of die op een voor ons beslist onverklaarbare wijze uit zijn wonderbare almachtige wil ontstonden!
Hoofdstuk 128: Gesprek tussen Essenen en Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[15] PETRUS zegt: "Geloof jij dat onze Heer met al Zijn wonderkracht veilig is voor de arglist van de tempelpriesters? Als Hij niet tegen deze vader en moedermoordenaars als een rechter, met vuur en bliksem uit de hemelen vernietigend, optreedt, is Hij in korte tijd ondanks al Zijn macht en wijsheid een offer van hun nooit te verzadigen wraakzucht! Ja een Jood is tot grote dingen geroepen en kan een engel zijn, maar er is ook geen duivel, die nog slechter zou kunnen zijn dan een slechte en verdorven Jood!
Hoofdstuk 128: Gesprek tussen Essenen en Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[18] De ESSENEN zeggen: "Dat denken wij ook! Want met zo'n puur goddelijke wijsheid en zo'n overvloed aan verborgen goddelijke kracht, zal men ten aanzien van de slechte wereld toch wel weten wat te doen! Als wij slechts het honderdduizendste deel van Zijn macht en wijsheid hadden, dan zouden wij binnen drie jaar heer van de gehele wereld zijn! Daarom zitten wij over Hem niet in angst! Tenzij Hij Zichzelf vrijwillig aan de slechte wereld over zou geven en zou zeggen: "Hier ben Ik, leef jullie boosheid uit op Mij, jullie Schepper Zelf, opdat des te sneller het oordeel van boven over jullie kome!' -En dan zou Hij nóg niets verliezen! Hij zou wel toe kunnen laten dat de slechte mensen, om de maat vol te maken, Zijn lichaam letsel toe zouden brengen, ja het zelfs zouden doden, maar wie zal Zijn eeuwige onverwoestbare en almachtige geest iets kunnen doen? Zoals gezegd, wij twijfelen er helemaal niet aan dat Hij ook zoiets zou kunnen doen, maar dat zal Zijn vijanden weinig baten, want voor men er op bedacht is, zal Hij als een onverwoestbare rechter opstaan en hen met vuur en zwaard uit de hemelen richten! Wee dan al Zijn vijanden en alle duivels! Die zullen dan pas heel pijnlijk ondervinden, wie Degene was die zij overal vervolgd hebben! -Wat denken jullie allen over deze gedachte van ons?"
Hoofdstuk 128: Gesprek tussen Essenen en Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] IK zeg: "O jij kleine wijsneus! Wie zou zoveel stralend licht in jou zoeken!? Ik zeg je dat er op aarde maar heel weinig zijn zoals jij, maar één ding moet Ik nu ondanks al Mijn grote liefde voor jou zeggen, en dat is, dat je in de toekomst veel zuiniger om moet gaan met je zuivere wijsheid en dat je alleen dan je mond moet opendoen als het werkelijk nodig is. Hier is het echter niet nodig, omdat Ikzelf, zoals je ziet, aanwezig ben en ook in staat ben de vragen van iedereen heel passend en diepgaand te beantwoorden!
Hoofdstuk 130: Een wonderbaarlijke bergbeklimming. Bij Genezareth op de berg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[17] De HOOFDMAN zegt: "O nee, mijn echt hemelse Jarah! Ik ben er alleen maar erg dankbaar voor dat je mij uit je hemels zuivere hartje ook een hemels zuivere waarheid hebt gezegd! O Jarah, wij zullen nog heel veel met elkaar te bespreken hebben, want ik merk maar al te goed dat je reine hartje vol hemelse wijsheid is, en wij blijven alleen al daarom de beste vrienden!"
Hoofdstuk 130: Een wonderbaarlijke bergbeklimming. Bij Genezareth op de berg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[13] Daarvoor zij Hem alleen alle eer, alle roem en alle prijs, want alles wat Hij doet is welgedaan en Zijn orde bestaat uit liefde gepaard met de hoogste wijsheid. Daarom is Hij alleen heilig en voor Zijn naam moeten alle knieën zich buigen in de hemel, op de aarde en onder de aarde. Amen."
Hoofdstuk 133: De weg tussen hemel en aarde.(19.2.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] IK zeg: "Maar uit de engelen straalt overal rechtstreeks Mijn liefde en Mijn wijsheid, die helemaal op Mij lijkt. Als je dus alleen om Mijn liefde van Mij houdt, hoewel Ik de Heer ben, dan zie Ik niet in waarom je deze prachtige engel niet net zo lief kunt hebben als Mij, want hij is toch alleen uit Mijn liefde en wijsheid samengesteld!?"
Hoofdstuk 135: Jarah's bewijs van liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] De vrolijke JARAH zegt: "Maar Julius, wat vraag je toch, terwijl God de Heer onze gids is?! Hij zou ons allen net zo goed door de vrije lucht omhoog hebben kunnen tillen, als langs deze wanden, waar nog nooit een mens zijn voeten liet zweven! Als wij weten dat wij hier oog in oog staan met de Almachtige, dan is iedere vraag zinloos. Wij kunnen alleen maar wegsmelten van liefde en hoogste achting voor Hem en Hem uit de diepste diepte van ons leven danken dat Hij ons waardig gevonden heeft voor zo'n ongehoorde genade. Maar Hem vragen of Zijn almacht en wijsheid dat kan, en hoe zij dat doet, vind ik nutteloos! En zou Hij het ons ook vertellen, dan is het maar de vraag hoeveel wij daarvan zouden begrijpen en of wij dan ook almachtig zouden worden?! O ja, wanneer en voor zover Hij het wil, kunnen wij uit ons zelf ook wonderbare dingen doen, maar zeker nooit meer dan Zijn heilige en almachtige wil het toestaat!"
Hoofdstuk 130: Een wonderbaarlijke bergbeklimming. Bij Genezareth op de berg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] JARAH zegt: "Heer, mijn leven. Als ik nog meer sterren zou willen bekijken om mij daardoor te bewaren voor ontrouw in mijn liefde voor U, dan zou het mij spijten die ster gezien te hebben. Want U alleen bent voor Mij oneindig veel meer waard dan alle talloze sterren met hun schatten! Waarlijk, om U boven alles lief te hebben heb ik niets, eeuwig niets nodig dan U alleen. Maar alleen voor U, omdat U het wenst, kijk ik ook graag naar de wonderen van Uw macht en wijsheid!"
Hoofdstuk 137: Geestelijke blik in de schepping. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...