Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

272 resultaten - Pagina 10 van 19

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19
[18] En zie, de toespraak van Uvrahim wekte Thahirak weer op en ook de overigen die voor Farak huichelachtige woorden vol eigenbaat gesproken hadden. En zo begon ook hij te spreken als een drager en een waar verzamelbekken voor al wat slecht is en ook als iemand die zich goddelijke rechten en eigenschappen aanmatigde - zoals Gods voor alle eeuwigheid onaantastbare heiligheid, Zijn rechtvaardigheid, Zijn liefde, Zijn almacht, ja tenslotte zelfs de ganse schepping, alsof hij die met één vinger zou kunnen vernietigen, omdat hij, zoals hij dikwijls zei, achter de trucjes van de oude God was gekomen en hij het zelfs ook tegen Mijn kracht durfde op te nemen en openlijke vijandschap tegen Mijn almacht durfde te verklaren -; en omdat Ik uit liefde het grote zwaard van Mijn toorn niet wilde trekken tegen een ellendige worm in het stof als de oneindigheid tegen een niets, dat nauwelijks onderscheiden kan worden vanwege zijn onuitsprekelijk kleine afmetingen tegenover Mijn eeuwige grootte en oneindige macht -, zei hij dus tegen iedereen dat Mijn zwakheid vrees zou hebben voor zijn kracht.
Hoofdstuk 28: Het overleg van de tien vorsten - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] Kinderen, leg Mij niet in het graf! Versier Mijn woorden niet met mooie ingebonden boeken, die Mijn Ik voorstel­len, om ze dan rustig in de boekenkast te laten staan! Maar laat deze Christus in u opstaan! Hij werd in uw hart gelegd opdat Hij levend zal worden, opdat ook in u Zijn liefde, Zijn nederigheid en Zijn offerbereidheid zal oplichten! Zo­lang gij deze eigenschappen niet in de praktijk brengt, zo lang hebt ook gij slechts een dood lichaam in uw hart en niet het warme, levende Woord dat spoedig weer alle ruim­ten opnieuw zal verlichten om daarmee te tonen dat on­danks alle intriges toch slechts Mijn leer en Mijn daden eeuwig voortbestaan, dat deze voor altijd het hoogtepunt voor alle geestelijke wezens vormen die, uitgegaan van de Schepper, weer tot Hem terugkeren.
Hoofdstuk 0: Ter Inleiding - Jakob Lorber - Kruis en Kroon
[263] Steeds voelde Hij in Zichzelf de zeer sterke aanwezigheid van de almachtige Godheid. In Zijn ziel wist Hij dat alles wat het oneindige omvat aan Zijn geringste wenk moest gehoorzamen en dat dat eeuwig zo moest zijn. In Zijn ziel voelde Hij bovendien een hevige drang over alles te heer­sen. Trots, de zucht om te heersen, ongebonden vrijheid, hang naar het goede leven, hartstocht voor vrouwen en dergelijke eigenschappen meer, evenals ook toorn waren de belangrijkste zwakheden van Zijn ziel.
Hoofdstuk 2: Gethsémane: Het geheim van de persoon Jezus; De strijd van de zich ontwikkelende Jezus-ziel; De voorbereiding op de overwinning; De gebedsstrijd van de Heer in Gethsémane; Uw wil alleen geschiede; De Heer en Judas; Simon Jona, Petrus genaamd; Het zwaard van Petrus; 'Wie naar het zwaard grijpt, zal door het zwaard omkomen'; Over de liefde en wijsheid van de hemel - Jakob Lorber - Kruis en Kroon
[649] Het spreekt natuurlijk ook voor zich dat iemand die in zichzelf krachtens zijn vrije wil reeds totaal tot hel is ge­worden, zich daar ook niet zo gauw en gemakkelijk weer uit kan losmaken; want het is u immers ook maar al te goed bekend hoe moeilijk en zwaar het is voor een hoogmoedig iemand, die in volslagen egoïsme en heerszuchtige hoog­moed gevangen is, over te gaan in het zachtmoedige en nederige van de hemel. Zoiets is weliswaar geen onmoge­lijkheid, maar het is toch een grote opgave! De trotste keert altijd weer tot de trots terug, de onkuise tot de onkuisheid, de trage tot traagheid, de afgunstige tot afgunst, de gierig­aard tot gierigheid, de leugenaar tot leugen, de brassers en zwelgers tot zwelgen, de moordenaars tot moord, de onbe­schaafde tot onbeschaafdheid, de wellusteling tot wellust, enz. Ook al laakt men hun eigenschappen, die tegen de orde indruisen, ook duizend keer, toch vervallen zij weer in dezelfde zondige hartstocht, zodra hun de voor het eeuwige leven noodzakelijke vrijheid wordt gegeven, die nodig is, opdat zij hun eigen ontwikkelingsweg kunnen be­palen. En hoe vaker ze in hun oude fouten vervallen, des te zwakker worden ze en des te moeilijker wordt het voor hen om zich van hun hartstochten vrij te maken en als ge­reinigde geesten in Mijn waarachtige, eeuwige, goddelijke vrijheid over te gaan.
Hoofdstuk 5: Graflegging: De Heer in het graf van Jozef van Arimathea; Nedergedaald ter helle; De 'niet te overbruggen kloof; De verheerlijking van het lichaam - Jakob Lorber - Kruis en Kroon
[9] Het bleef aan de wetenschappers van de 20e eeuw voorbehouden om -geheel los van de N .O. -de uitspraken en voorspellingen ervan te bevestigen. Waar echter de normen van de natuurwetenschappen tijd en materie zijn, zijn die van de religie en de Kerken: eeuwigheid en geestelijke transcendentie. Aan die eigenschappen heeft het de Kerk van Lorbers dagen kennelijk ontbroken. In onze dagen is het helaas nog niet anders; alhoewel er althans symptomen van nieuw geestelijk elan, van nieuwe spiritualiteit, van ware christelijke liefde allerwegen speurbaar zijn. Waar de concurrentieslag om de zieltjes schijnt te zijn uitgewoed, wordt thans binnen de Kerken samengewerkt. Voor mij is het echter de wal die het schip van de Kerken keert; want de Nieuwe openbaring heeft nog steeds geen kans gekregen, zeker in ons land niet.
Hoofdstuk 302: Informatie over Nieuwe Openbaring van kerkelijke lexicons ach­terhaald - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[2] Ge moogt daarom zeer goede hoop koesteren! Ge moet namelijk weten dat het zal geschieden -ja, het Is reeds geschied dat Ik het licht aan de kinderen van Mijn volk zal ontnemen, om het onbeperkt aan jullie, heidenen, te geven! Zeer recentelijk nog heb Ik onder de hier bij ons levende heidenen, Grieken en Romeinen, geloof aangetroffen, zoals in heel Israël niet te vinden is! Liefde en deemoed zijn onder de joden namelijk volledig onbekende eigenschappen van het menselijk hart geworden, terwijl Ik die toch vaak genoeg wel en in volle bloei bij jullie, heidenen aantref.
Hoofdstuk 10: Antwoord van Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[17] En als Ik als jullie enige ware Vader van eeuwigheid tot eeuwigheid een God ben met alle eigenschappen daarvan, wat zijn jullie dan vervolgens als Mijn kinderen?
Hoofdstuk 80: De mensen als kinderen van God, als goden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] En hoe daar het blad, de bloem, de vrucht met al de hen omgevende en hen doordringende delen worden voorbereid door vele duizenden geesteshanden, die ze dan op de juiste tijd door al die talloze kanaaltjes naar de uitmondingen aan de twijgjes leiden en ze daar dan nog eindeloos veel wonderbaarlijker ontwikkelen volgens hun bepaalde vorm en volgens alle ons ook maar mogelijk voelbare en waarneembare eigenschappen?!
Hoofdstuk 87: Jorias spreekt over de liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[9] Dwaal ik meermaals, dan word ik daar altijd voor getuchtigd, en wel omdat ik het ongelukzalige leven heb en daardoor gewaarwordingen moet ondergaan; o, jullie ellendige eigenschappen van het leven, die de dood niet heeft!
Hoofdstuk 127: De trage Enos staat afwijzend tegenover het leven en prijst het niet-zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[13] Zo zijn ook wraak en het gericht een god waardig; erbarmen, liefde, geduld, omzichtigheid en dergelijke kunnen alleen als eigenschappen van gewone schepselen worden beschouwd!'
Hoofdstuk 179: Lamech in zijn vermeende goddelijkheid en almacht door Kisehel beproefd en verdeemoedigd - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[3] Zeg me: wanneer je alle omstandigheden, alle eigenschappen die voor een zuivere goddelijkheid toch beslist vereist zijn, rijpelijk overweegt, stoot je dan niet op bedenkingen?
Hoofdstuk 262: De door de Heer terechtgewezen twijfelaar in gesprek met een van zijn vrienden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[4] Dan zouden al die boze eigenschappen die mij eeuwig kwellen me vast en zeker verlaten! Ik zou me dan volledig kunnen deemoedigden voor U en zoals al Uw uitverkoren kinderen kunnen zijn.
Hoofdstuk 23: Satana's wens in een man veranderd te worden gaat in vervulling. De onverbeterlijkheid van Satana. De reine vrouw in de zon. Satan verdwijnt. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[3] Jullie vragen waar al dat water eigenlijk vandaan komt, dat zich van weerskanten vanuit dalen in dit nauwe ravijn stort en er als een woeste bergbeek doorheen stroomt tot in de baai van de grote zee? Dit water betekent de kennis en de daaruit voortvloeiende nuttige toepassingen die zulke mensen door middel van hun verstand en vernuft langs proefondervindelijke weg hebben ontleend aan de natuurkundige eigenschappen van de dingen. Het water dat van rechts komt is, zoals jullie zien, veel troebeler. Dat stelt het vele onware voor dat in al die geleerde kennis voorhanden is, en het iets minder troebele dat van de linkerkant komt, betekent dat de rijken van de wereld met hu n geringe wetenschappelijke rijkdom toch beter wisten te rekenen dan de eigenlijke pure geleerden. Dat het water hier in dit ravijn samenkomt, betekent dat het vermogen van de wetenschap en het vermogen aan wereldse schatten altijd samengaan en tenslotte op hetzelfde neerkomen. Want de geleerde zoekt de wetenschap om door haar rijk te worden aan wereldse schatten; maar degene die rijk is aan wereldse schatten, zoekt de wetenschap om met behulp daarvan zijn vermogen nog groter te maken. Dat is de reden dat jullie het water van links ook lang niet zo sterk zien bruisen als dat van rechts. Dat betekent bovendien dat degene die rijk is aan wereldse schatten zich steeds op een politieke manier onder de geleerden weet te bewegen om van hun geleerdheid het een of het ander voor zijn speculatieve behoefte te bemachtigen. Dit weten we nu ook en daarom kunnen we onze reis weer vervolgen.
Hoofdstuk 28: De dalen van rijken, geleerden, vernuft- en verstandsmensen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[12] In het paleis hier voor ons wonen zielen die al van oorsprong gelovige christenen waren en wel uit de sekte van de calvinisten. Drie van hen waren op aarde rijk; zij zijn hier juist niet de rijksten maar behoren meer tot de dietiende klasse. De beide eersten die jullie bij de poort hebben gezien en daar nog zien, waren op aarde heel arm. Hij was alpenherder in Zwitserland en zij was eveneens een heel onaanzienlijke koehoedster. Mettertijd leerde deze vrome herder de goede christelijke eigenschappen van het meisje kennen en hij heeft haar toen volgens zijn confessie tot vrouw genomen. Dit paar leeftic hun hele leven lang heel kuis met elkaar. Ze hadden ook enkele kinderen; deze werden volgens hun christelijke geloofsovertuiging streng opgevoed en deze principes werden dan door vijf opeenvolgende geslachten trouw in acht genomen. Zo zien jullie hier dus iets wat zelden voorkomt, een zalige familie bloedverwanten, bestaande uit ouders, kinderen en kleinkinderen. De beiden die jullie zien zijn dus de stamouders van de hele familie. De drie ondergeschikten in dit gezelschap zijn weliswaar ook verwanten van deze familie, maar zij waren mensen die zich door gelukkige aardse omstandigheden op werelds gebied hebben opgewerkt en daardoor voornaam en rijk zijn geworden. Door zo'n aardse rijkdom en aards aanzien hebben ze tijdens hun aardse leven ook veel voordeel en comfort genoten, wat de andere arm gebleven familieleden vreemd is gebleven. Daarom moeten zij hier nu juist ook veel dingen ontberen waarvan de armere familieleden nu ten volle kunnen genieten. Desalniettemin zijn ze hier ook voor jullie zo te zien toch onuitsprekelijk gelukkig, omdat ze hun wereldse aanzien en hun rijkdom merendeels voor goede doelen gebruikt hebben.
Hoofdstuk 44: Schoonheid en pracht van de middag. Onderricht over het wezen van liefde en wijsheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Kijk, dat is een beeld van de onderste hel, dat jullie dagelijks onder de mensen kunnen aantreffen onder alle standen, te beginnen bij de gewone marskramer tot aan de grootste speculant. Wat belet hen om zulke zogenaamde loffelijke ideeën te realiseren? Niets anders dan de fatale materie. Nemen we deze echter weg en beschouwen we dan de absolute geest met dezelfde eigenschappen, dan hebben we de onderste hel in topvorm voor ons!
Hoofdstuk 112: Aardse beelden van de onderste hel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19