Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

8806 resultaten - Pagina 10 van 588

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[12] DE PRIESTER zei: 'Ja, verheven Heer en Meester, precies zo was het! Ik dank U uit het diepst van mijn hart voor deze opheldering, we zaten gisteren niet weinig in angst, en dachten: Nou, als dat zo doorgaat, beleven we binnenkort nog de oude godenoorlog. Daaraan hebben we in feite wel nooit geloofd, maar we veronderstelden wel dat er in de oertijd op deze aarde heel grote, aardse, elementaire omwentelingen voorgekomen kunnen zijn, waarvan het bestaan en het gebeuren door de eenvoudige natuurmensen uit die tijd in allerlei beelden en wonderlijke sagen voor hun nakomelingen zijn vastgelegd. Maar gisteren begonnen wij al bijna aan de werkelijkheid van die fabels te geloven, en des te gemakkelijker omdat wij gisteren gezien en gehoord hebben waartoe een goddelijke macht, ook al woont die slechts in een mens, allemaal in staat is. Wij zagen U en Uw leerlingen al brandende bergen en reusachtig grote eiken met verschrikkelijke kracht omhoog slingeren. Maar nu zijn die domme gedachten wel helemaal verdwenen, en ik als spreker verheug mij er nu bijzonder op dat U, o Heer en Meester, onze oerdomme vrouwen tot de orde zult roepen!'
Hoofdstuk 102: De listige vrouwen van de heidense priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] In de eerste plaats wordt de mens al dommer en onbeholpener dan een dier in deze wereld geboren, en moet jarenlang door zijn ouders verzorgd en gevoed worden voor hij kracht en inzicht genoeg heeft om zichzelf te onderhouden, -en in de tweede plaats wordt hij, wanneer hij dan een mens is geworden die zich vrij moet kunnen bewegen, door een groot aantal wetten dermate beperkt en zodanig fysiek en geestelijk gebonden, dat hij nauwelijks nog vrij kan ademhalen. En ik vraag me af, wat staat daar dan voor hem tegenover? Niets dan het goede geloof dat het hem na de dood beter en zelfs buitengewoon goed zal gaan wanneer alle moeilijk op te volgen, door de wet opgelegde levensvoorwaarden vervuld zijn. ja, dat zou allemaal goed en best zijn? als de mens daarvoor een zekere waarborg zou hebben! Maar dáár zit bij alle mensen de grootste moeilijkheid!
Hoofdstuk 106: Een schriftgeleerde ondersteunt de opvattingen van de priestervrouwen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] DE SCHRIFTGELEERDE zei: 'Dit doorjou verlangde bewijs kan niemand anders dan alleen maar jij jezelf geven, - ook God kan dat niet; want het moet pas door het handelen volgens de ware, geopenbaarde wil van God in jezelf duidelijk worden! Want juist dat is, als een levende, waarachtige bevestiging voor het bereiken van het eeuwige leven, het herkenningsteken dat aantoont dat de aan de mens geopenbaarde wil van God niet het woord van een mens is, maar het woord van de eeuwig ware, levende God, dat in zichzelf leven, liefde, kracht en wijsheid is. -Meer kan ik je niet zeggen, omdat dit op zichzelf voldoende is voor ieder die daarnaar wil leven en handelen; met het uitoefenen van allerlei kritiek bereik j e echter nooit iets voor het leven van je ziel. Wil je echter nog meer weten, wend je dan maar tot onze Heer en Meester, die zal.ie wel verder kunnen informeren! ,
Hoofdstuk 110: De uiteenzetting van de schriftgeleerde over het wezen van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] Kijk maar eens naar een slang in de natuur, dan zullen jullie zien dat juist dit dier verstandiger is dan elk ander op aarde. De natuurkundigen zeggen dat de leeuw de koning der dieren is, maar Ik zeg jullie dat dat de slang is; want hoewel de leeuw dank zij zijn kracht alle andere dieren in een gevecht overwint, vlucht hij toch voor de slang, en als zij hem beloerd en omstrengeld heeft, is hij verloren en wordt hij haar beklagenswaardige buit. Kort en goed, de slang werkt met het meeste overleg en zoekt de plaats van haar jacht met de grootst mogelijke voorzichtigheid en zuivere berekening uit, en de buit waarvoor zij op de loer is gaan liggen, ontgaat haar nooit. Alleen een mens is haar meester, maar verder geen enkel schepsel op aarde, vooral wanneer zij eenmaal volwassen is en haar volle kracht bereikt heeft. Ik spreek hier over de echte slangen en niet over haar kleine bastaarden, die echter ook nog verstandiger zijn dan heel veel grote dieren,
Hoofdstuk 114: De slang als voorbeeld - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Want het is voldoende dat de met alle verstand en inzicht begaafde en van zichzelf maar al te duidelijk bewuste mens alle ten hemel schreiende moeilijkheden van het door hem buiten zijn schuld gekregen leven moet dragen, laat staan dat hij zich voor niets en niemendal door een nergens bestaande god bepaalde harde en tegen iedere natuur ingaande wetten moet laten voorschrijven. Want een god, die zich alleen maar bij monde van een gekke en arbeidsschuwe dwaas aan ons mensen kan en wil openbaren, is ofwel niets anders dan een hersenschim van die genoemde dwaas, of hij bestaat alleen maar uit de een of andere ruwe, domme, blinde kracht met zo 'n gering zelfbewustzijn en verstand, dat deze, wil zij niet uitgelachen worden, zich alleen maar heel stilletjes heimelijk aan een domme, niets wetende en niets begrijpende, lichtgelovige dwaas durft kenbaar te maken.'
Hoofdstuk 149: Een voorspelling van de Heer over onze hedendaagse tijd. De noodzaak van goddelijke openbaringen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Moet Ik soms, omdat zowel water als vuur voor een mens dodelijk zijn wanneer hij ofwel in een diep water valt of bij een grote brand door het vuur gegrepen wordt, geen water en geen vuur meer op aarde laten bestaan? O, zeker niet! Een mens heeft daarvoor zijn verstand en kracht en vrije wil. Zowel van water als van vuur kent hij de goede en de kwade eigenschappen. Beide moet hij met verstand gebruiken en dan zullen beide elementen hem van dienst zijn; wanneer hij echter moedwillig of uit grote onvoorzichtigheid in een diep water valt of in een kalkoven springt, draagt hij er duidelijk -vrijwillig of vaker nog onvrijwillig -zelf schuld aan dat hij daarbij zijn aardse leven verliest. Iemand die werkelijk verstandig en voorzichtig en wijs is, zal zo'n ongeluk niet gauw overkomen -en degenen die volgens Mijn leer zullen leven, al helemaal niet!'
Hoofdstuk 155: Ongelukken en ziekten die al of niet door eigen schuld ontstaan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] Ik ben nu in het vlees bij jullie als een mens; maar Ik kan jullie toch niet alle kracht van Mijn geest schenken. Wanneer Ik echter later niet meer in het vlees zoals nu, maar slechts in de geest bij jullie zal zijn, zal Ik jullie ook alle kracht en macht van Mijngeest kunnen schenken, die Ik natuurlijk van eeuwigheid Zelfben. In de geest en in zijn kracht zal Ik bij jullie blijven tot aan het einde van de tijd dat deze aarde nog zal bestaan, en tot zij de laatste gerichte geest tot rijpheid gebracht zal hebben. Maar dan zal met deze aarde ook voor eeuwig de wieg van de kinderen Gods verdwijnen. Vanaf die tijd zal alles geestelijk gericht worden.
Hoofdstuk 174: De voorspelling van het grote gericht van de huidige tijd - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[16] De ziel van een door een teken bekeerd mens lijkt precies op zo'n weggeworpen steen, en handelt blind, uit angst voor het teken; wanneer het teken mettertijd zijn kracht verliest, verslapt de liefde en de wil van de ziel en wordt helemaal traag, vooral bij de nakomelingen die geen teken gezien hebben, en zij houden het teken hetzij voor een toverkunstje of gewoonweg voor een leugen en een verzinsel van de voorouders. Want als de ziel aan het verstand vraagt wat het teken betekende, kan dit haar geen verklaring geven omdat het er zelf nooit een heeft gekregen, en het oordeelt dan heel gewoon zo: 'Zijn wij als mensen dan minder dan onze voorouders, die allerlei tekenen kregen en dan zo gemakkelijk konden geloven? Wij moeten nu geloven wat we niet begrijpen, en de tekenen waarover we alleen maar hebben horen praten, moeten ons laten geloven? Nee, dat gaat beslist niet! Dat kan een wijze God, als Hij bestaat, eeuwig nooit van ons zwakke mensen verlangen! Daarom verlangen ook wij tekenen of minstens een verklaring die een juist licht werpt op wat wij moeten geloven en moeten doen, zodat wij de juiste reden kennen. Want de redenen waarom wij willen geloven, moeten voor alle mensen in alle tijden aanvaardbaar zijn, en het moet niet zo zijn dat we eerst moeten geloven, om daarna ook dat te kunnen geloven waartoe wij door hen gedwongen worden te geloven.'
Hoofdstuk 178: Twee soorten mensen op aarde: zielen van boven en zielen van beneden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] IK zei: 'Beslist, maar vooral ook de ware, innerlijke levensvorming en vooral de mogelijke, volledige zelfstandigheid en eigen kracht van het geschapen leven van ieder mens! En die kan God slechts langzaam maar zeker teweegbrengen door Zich zo veel mogelijk op de achtergrond te houden en slechts heel zacht in te werken op het gemoed van de mensen.
Hoofdstuk 204: Het opvoeden van de mensheid in de kennis van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] God gaf de mens een vrije wil om uit zichzelf en voor zichzelf te kunnen handelen; God gaf de mens echter ook de rede en het verstand, opdat hij de raadgevingen en wetten van God vatten en begrijpen kan, en heeft hem ook de kracht verleend daarnaar te handelen. Als een mens zich daarbij echter toch uit eigen vrije wil door de wereld laat beheersen en geen acht wil slaan op de raad van God, is het dan niet zijn eigen schuld als hij, omdat hij door eigen schuld van de hele orde van God niets weet, van de ene ellende in de andere moet vallen?!
Hoofdstuk 221: De goddelijke leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[16] Om dat te bewerkstelligen moet de mens vrijwel zonder kracht in de grootste verlatenheid van deze wereld geboren worden en zijn onderricht geleidelijk aan in de uiterlijke wereld op doen. Pas als hij zich zo enige kennis en vaardigheden vergaard heeft, gaan de hem omringende goede en ook slechte geesten heel ongemerkt op hem inwerken, -de goede op zijn gemoed en de slechte op zijn fysieke natuur, opdat de ziel steeds in een volkomen vrij evenwicht blijft.
Hoofdstuk 225: Invloeden van geesten en contact met het hiernamaals - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[19] leder mens moet zich echter eerst gelovig naar de ontvangen goede lessen richten en dan op zijn gemoed letten, maar ook op de vaak sluimerende, kwade hartstochten in zijn lichaam, die zich in traagheid, arbeidsschuwheid, wellust, eigenliefde, starheid, hoogmoed, nijd, gierigheid en heerszucht maar al te duidelijk kenbaar maken. Aan deze laatste moet hij door de kracht van de liefde tot God en door de liefde tot de naaste, door geduld, deemoed en zachtmoedigheid het hoofd bieden, dan zal hij helemaal niet lang hoeven te wachten tot de goede geesten zich voelbaarder en duidelijker aan hem zullen openbaren.
Hoofdstuk 225: Invloeden van geesten en contact met het hiernamaals - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Waarom wordt het lichaam van een ouder geworden mens langzaam maar zeker steeds zwakker? Omdat bepaalde vezels en zenuwen geleidelijk aan afsterven en niet meer werken, - wat het verouderen en zwakker worden van het lichaam veroorzaakt. En toch kan de mens daarbij nog vele jaren door blijven leven zonder dat hij aan geestelijke kracht iets inboet, vooral als hij steeds volgens de wil van God geleefd heeft. En zo zal dat ook eens met de grote wereldmens het geval zijn. Ook al zullen er in hem al aeonen hulsgloben opgelost zijn, dan zal hij daarom toch nog voor jullie begrippen eindeloos lang voort kunnen bestaan, want de hulsgloben in hem zijn dat, wat bij jullie vezels en zenuwen zijn.
Hoofdstuk 246: De verlossing van de wereldmens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Maar het wordt nog alsmaar lichter en lichter. De wolkjes die het dichtst bij de opgaande zon staan -zoals de daden uit zuivere liefde tot God worden helder stralend goud. Tenslotte begint het in het oosten te gloeien en kijk, de zon zelf stijgt in de volle glorie van haar licht en majesteit boven de horizon, en zoals de nieuwe dag door het licht van de zon opnieuw uit de nacht geboren wordt, zo wordt ook de mens opnieuw geboren door de kracht van Gods woord en door de steeds stijgende liefde tot God en de naaste. Want de geestelijke wedergeboorte in de mens bestaat eruit, dat hij God steeds meer leeft kennen en daardoor ook steeds meer liefheeft.
Hoofdstuk 1: Een zonsopgang en de betekenis daarvan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] En zo is het ware, volmaakte leven in God, in de engel en in de mens voortdurend een strijd van de zeven geesten, die ik je nu heb laten zien. Maar deze strijd is zowel in God als in de engel niet zodanig, dat één van de zeven geesten ernaar streeft om de andere geesten te onderdrukken en werkeloos te maken, maar de strijd is er eeuwig op gericht, dat de ene geest de andere steeds met al zijn kracht en macht ondersteunt, zodat dus iedere geest volkomen in de andere aanwezig is. En zo is de liefde in alle andere zes geesten aanwezig en eveneens het licht of de wijsheid in de liefde en in de andere vijf geesten en zo verder, zodat in elke geest ook alle andere volledig werkzaam en aanwezig zijn en elkaar voortdurend in de mooiste harmonie ondersteunen.'
Hoofdstuk 19: De oorlogen van Jehova - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...