Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

36210 resultaten - Pagina 10 van 2415

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[14] Ik heb je de droom, die ik werkelijk gehad heb, nu eenmaal heel eerlijk en open verteld en het is voor jou nu gemakkelijk om ervan te maken wat je wilt. Weet je, achteraf voor profeet spelen is werkelijk niet zo'n grote kunst; want iemand die goed kan redeneren kan alle omstandigheden heel geraffineerd gebruiken en daaruit zomaar -zoals men dat zegt -voor de vuist weg een idee construeren dat als zodanig niets te wensen overlaat. Lichtvaardige mensen met weinig denkvermogen en weinig ervaring zouden hier reeds uitgepraat zijn en klem zitten; maar het koele, rustige verstand van een man met veel ervaring zonder enige gedrevenheid en vrees, heeft meer nodig dan alleen maar een voortreffelijke redeneerkunst van een jong en verder zeker ook degelijk en talentvol persoon.
Hoofdstuk 182: De vormende kracht van de menselijke ziel in de droom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] HIRAM zei: 'Mijn oneindig geachte vriend, om jou te begrijpen is werkelijk meer nodig dan het harde en zeer beperkte verstand van een cynicus! Door jullie merkwaardige, nooit vermoede verschijnen, wekken jullie gedachten bij ons op die ons niet meer loslaten, en ik begin bijna waar te nemen dat er zich in een mens duidelijk een hoger wezen moet bevinden dan alleen dat, wat wij ons heel beperkt als mens voorstellen. En ik den~ nu dat ik het me ongeveer zo voor moet stellen dat dit hogere wezen rn de mens zowel vóór als na dit lichamelijke bestaan existeert; want zie, toen ik in Egypte was kon jij nauwelijks al op de wereld zijn geweest!
Hoofdstuk 184: Het bestaan van de menselijke ziel vóór het lichamelijke leven en erná - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] Hierop begon JOHANNES weer te spreken en zei: 'Mijn beste vrienden als jullie inzicht maar half zo ver ontwikkeld zou zijn, zou ik weinig woorden nodig hebben; maar nu zijn er natuurlijk meer voor nodig. Maar opdat jullie dat begrijpen, moet ik jullie eerst iets geheel nieuws onthullen en duidelijk maken hoe het een het ander tot gevolg heeft. En nog voor jullie eraan dachten om met die drie kritische vragen te komen, wist ik daar al van en heb er in mijn zojuist gedane uiteenzetting van de materiële schepping al rekening mee gehouden. O, jullie komen immers nooit met een vraag bij mij waar ik niet allang van te voren van wist! En daar ik reeds lang van te voren wist welke vraag zou komen en ook jullie reisgeschiedenis kende, kunnen jullie je ook wel gemakkelijk voorstellen, dat het voor mij met bepaald te moeilijk zal zijn om daar een definitief antwoord op te geven. - Wat denk jij hiervan, Hiram?"
Hoofdstuk 188: De noodzakelijke verscheidenheid van wezens en omstandigheden op aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] Terwijl de beide vissers met hun vrouwen en kinderen het avondmaal voor ons bereidden, vroeg eindelijk weer de zeer schuchter geworden Judas Iskariot wie het schip naar de oude Marcus terug zou brengen als wij het niet meer nodig zouden hebben.
Hoofdstuk 190: Johannes is bang voor Hirams scherpe verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] IK zeg: 'Mijn beste Johannes, dat zal nu met meer zo zeer nodig zijn. Hiram zal met betrekking tot de Messias nog wel menige tegenwerping naar voren brengen die je een beetje in verlegenheid zal brengen; maar wij beiden zullen hem ook wat dat betreft nu spoedig op de juiste weg brengen. Ga jij nu naar de hut en maak een vuur voor hen; want ze proberen nu al sinds ze ons verlieten, vuur te maken door stenen en hout tegen elkaar te wrijven, maar het lukt niet!"
Hoofdstuk 190: Johannes is bang voor Hirams scherpe verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] JOHANNES zei: 'Ook dat is niet nodig, want ons schip, waarop wij allen heel goed kunnen overnachten, is daar al voor ingericht; en misschien blijven we wel zoals gewoonlijk gedurende de hele nacht zelfs buiten onder de boom op het mooie grasveld zitten, dus je hoeft nergens meer voor te zorgen.'
Hoofdstuk 191: Het vuurwonder van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] HIRAM zegt: 'Ja, ik heb wel de indruk dat ik het begrepen heb; maar om een heel duidelijk beeld te krijgen van deze eerder nog nooit vermoede en nog minder ooit gehoorde wonderbaarlijke toestanden die er in de immens grootse natuur van de grote werelden en hun ordening bestaan, is meer nodig dan mijn oneindig beperkte verstand! Vanuit de grond der zaak begrijpen kan ik dat dus onmogelijk; maar ik geloof u op uw woord; want u bent er wijs genoeg voor om dit allemaal heel precies te weten en te doorgronden, omdat uw geest, zoals Aziona mij vandaag nog vertelde in de macht, in het schouwen en in het hoogst volkomen begrijpen geheel één moet zijn met de geest van een allerhoogste Godheid, waarvan ik weliswaar ook niet inzie hoe dat mogelijk is, maar ik geloof het, omdat u er voor ons nu al zulke buitengewoon geweldige bewijzen van heeft geleverd zonder dat we erom vroegen. Misschien komt er voor ons ook nog een tijd dat we dergelijke dingen beter in zullen zien dan nu; maar voor nu moeten we het gewoon geloven"
Hoofdstuk 198: De oergeschiedenis van de levende wezens op aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Want omdat God een zuiverste en almachtige geest is, vervuld van de diepste wijsheid, kan Hij immers ook alleen Zijn vreugde aan datgene beleven wat in de hoogst mogelijke graad op Hem lijkt, en niet aan de vleesdamp van verbrande ossen, kalveren en schapen. U lijkt echter bijzonder veel op Hem en in de geest bent U zelfs vrijwel Hemzelf. Wat is er nog meer nodig om als tijdelijke aardse mede-zoon ook tegelijk een volmaakte Godszoon te zijn?! Bij U, Heer en Meester, is dat echter onmiskenbaar het geval en daarom kunt U ook de middelaar van alle volkeren naar God toe zijn, geheel afgezien van het feit dat U ons in deze verborgen hoek van de aarde bezocht hebt, alsof wij de enige mensen op aarde waren waarvoor U in volle ernst het plan had opgevat om ze te verheffen tot Uw geest.
Hoofdstuk 206: Hirams getuigenis over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:) 'O vriend, tegen jou zeg Ik: Als het mogelijk zou zijn om de lijdenskelk aan de kant te schuiven, zou het ook onmiddellijk gebeuren; maar helaas is dit onmogelijk en daarom laten we het nu rusten! Je weet nu dat dit zal gebeuren en ook waarom, en meer is niet nodig. Wanneer Ik echter ben opgestaan, zal Ikzelf jullie dopen met de Heilige Geest uit Mij, en deze zal jullie dan pas in alle wijsheid en macht binnenleiden en dan zullen jullie, als jullie volgens Mijn leer zijn blijven leven, tot alles waartoe Ik nu in staat ben ook als Mijn ware kinderen in staat zijn. Zeg Me nu weer hoe dit aanbod en deze belofte je bevalt!";
Hoofdstuk 221: Epiphanes' voorstellen ter vermijding van de dood van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Maar daar zal natuurlijk nog een buitengewoon lange tijd van meer dan aeonen maal aeonen aardse jaren voor nodig zijn. Men moet het echter niet zo opvatten alsof deze huidige schepping ooit plotseling zal ophouden en in plaats daarvan een geheel nieuwe in het leven geroepen zal worden, maar dat gebeurt slechts in fasen, zoals in een oerwoud weliswaar de oude bomen uitsterven, vergaan en tenslotte geheel tot water, lucht en ether worden, dus tot een ander, geestelijker bestaan overgaan, en in hun plaats steeds weer een aantal andere bomen uit de grond opgroeien. En zoals Gods geest op kleine schaal werkt, zo werkt hij ook in het groot, als men trouwens iets 'groot' zou kunnen noemen tegenover God. ..
Hoofdstuk 233: Het vergaan en ontstaan van materiële scheppingen Jezus in de buurt van Kapérnaum (Ev. Matth. hfdst 17) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Mijn lieve Heer en Meester! Met deze leer zal het niet gaan zoals U nu gesproken heeft! Of er een andere betekenis achter schuilgaat, is een vraag die zelfs voor de meest wijze mens moeilijk te beantwoorden zal zijn. Eer hij deze leer dus zonder meer, zoals U haar nu hebt geformuleerd, serieus als waar en wettelijk aanneemt, zal hij veel tijd nodig hebben, en zeker aan zijn oude leer vasthouden. Hoe waardevol Uw hemelrijk ook is en kan zijn, ik wil het zelf wel door alle mogelijke zelfverloochening verdienen, maar nooit door handen en voeten af te hakken en ogen uit te rukken! In plaats daarvan kan men zich beter meteen van het hele leven beroven, dan is men helemaal veilig voor alle ergernis!'
Hoofdstuk 244: De grootste in het hemelrijk. Over de ergernissen (Ev. Matth. 18. 1-9) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] IK zei: 'Geef ons wat brood en wijn en daarna een goede slaapplaats! Meer hebben wij niet nodig."
Hoofdstuk 254: De Heer met de Zijnen in het huis van de Griekse herbergier. Waarheid maakt vrij - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] Toen we 's ochtends goed uitgerust en gesterkt van onze rustplaatsen opstonden en naar buiten gingen, was onze waard ook al op en de beide knechten van Petrus bevonden zich ook al op het schip om spoedig weg te varen. Maar we zeiden hun dat ze nog op hun ochtendbrood moesten wachten, dat onze waard hun ook meteen liet overhandigen. Toen voeren ze weg omdat wij het schip nu langere tijd niet meer nodig hadden.
Hoofdstuk 255: Het verbod van echtscheiding (Ev. Matth. 19, 3-9) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[13] Maar toen we ongeveer twee uur lang zo aan tafel zaten, kwam een BUURMAN die iets verder woonde en nog niets van Mijn aanwezigheid vernomen had met een totaal wanhopig gezicht het huis van de leider binnen en zei: 'Barnabe, Barnabe, we zijn zo goed als verloren! Hoe het gebeurd is weet ik niet; maar het is werkelijk waar: Onze enige en noodzakelijke weg naar Nahim is er niet meer! Er is nu een soort gemetselde borstwering; als je daar overheen kijkt zie je zo'n grote diepte dat je ervan gruwt! Om daar naar beneden te gaan is alleen voor een vogel, maar niet meer voor een mens mogelijk! En een andere weg naar beneden ken ik niet, omdat dit gebergte naar alle kanten niets dan uiterst steile rotswanden heeft. Wat moeten we nu doen als we zout nodig hebben? Mijn voorraad is uitgeput en die van jullie zal ook opraken; wat dan? Wie heeft ons dat aangedaan?"
Hoofdstuk 268: Genezing van de door een giftige slang gebeten man. De wonderwijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[12] IK zei: 'Ze hebben zoveel gehoord en gezien, dat ze precies weten wat ze moeten doen om het eeuwige leven te bereiken, en meer hebben zij niet nodig. Zij wilden Mij vanwege hun huiselijke omstandigheden ook niet steeds en overal heen volgen en zo liet Ik hen voorlopig gaan; maar ze zullen wel weer terugkomen en Mij volgen op alle wegen en paden, want ze hebben Mijn woord aangenomen en leven en handelen er nu naar, en ze verlangen er nu al zeer sterk naar om zo vlug mogelijk weer bij Mij te komen. Het zijn voor het grootste deel Galileeërs, zoals Ik en Mijn twaalf belangrijkste leerlingen. - Nu weet je ook dit overeenkomstig de volste waarheid; en als je nog iets wilt weten, vraag het dan!"
Hoofdstuk 273: De geldzucht van Judas Iskariot - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...